Leer jezelf ecologisch tuinieren/Eenjarig bonenkruid: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Vangelis (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Vangelis (overleg | bijdragen)
aanvul
Regel 2:
{{Leer jezelf ecologisch tuinieren|Afbeelding=Satureja_montana1.jpg}}
{{Tuinkalender-Tabelkop|
|plaatje1= Satureja_montana2.jpg
|divers=
|plaatje2= Satureja_hortensis.jpg
|divers= De twee soorten, het eenjarig bonenkruid¹ (rechtsboven) en het bergbonenkruid² (rechts en linksboven) lijken veel op elkaar. Ze groeien beide ruig en ongelijkmatig en hebben zwakke, houtige stengels. De stengel van het overblijvend bonenkruid is vrijwel gelijk aan die van eenjarig bonenkruid, maar verhout sneller. Het meerjarige bonenkruid kan vijf jaar groeien. De eenjarige soort is echter beter bestand tegen kou en vocht. Ze verdient daarom de voorkeur in de tuin. In de siertuin vormt overblijvend bonenkruid een geschikte omranding van bloembedden daar het kan worden ingesnoeid en laag gehouden.
|familie= Lipbloemen
|latijn= Lamiaceae
|soort= ¹Satureja hortensis L.<br/> ²Satureja montana L.
|soort=
|bloei= Juli tot oktober.
|kleur= Paarsrood, lichtrood tot witachtig met donkerrode stippen. De bloemkelk is grijs.
|kleur=
|hoog= 30-50
|plek= <span style="font-size: 200150%;"><font color="orange">●</font color></span> <span style="font-size: 150%;"><font color="blue">~</font color></span>
|grond1=
|compost1=
|kali1=
|grond2=
|compost2=
|kali2=
|goede buren= [[Leer jezelf ecologisch tuinieren/De moestuin#Boon|Boon]], [[Leer jezelf ecologisch tuinieren/Pepermunt|pepermunt]], [[Leer jezelf ecologisch tuinieren/Radijs|radijs]].
|slechte buren=
|weert=
|lokt=
|keuken= De smaak is enigszins bitter. Eenjarig bonenkruid smaakt zoeter en minder pikant dan het bergbonenkruid. Zowel het verse, bloeiende kruid als de drogerij worden in de keuken gebruikt en als thee. Kan ook tussen de kleren gelegd worden, om schadelijke insecten te verjagen - bloeiende takjes worden in de kleren- en linnenkast gelegd om motten en zilvervisjes te weren.
|keuken=
|kookboek= Bonenkruid
|genees= diarree (wegens de etherische olie en looistoffen), als [[w:carminativum]] en [[w:stomachicum]]. De drogerij wordt nuttig aangewend bij [[w:gastroenteritis]], [[w:gastralgiën]] en slecht ruikende stoelgang. Bonenkruid wordt gunstig gecombineerd met valeriaan, munt of melisse. Het bonenkruid wordt gebruikt als antiseptisch middel. Verder om de adem te verbeteren, maag en ingewanden te ventileren en als zenuwsterkend middel, ook als tonicum voor de voortplantingsorganen; om onregelmatige menstruatie te corrigeren. Als zweetafdrijvend middel en om wormen af te drijven, bij allerlei [[w:catarre]], bij jicht, bij neusbloeding. Het bonenkruid heeft een gunstige uitwerking bij te lage bloeddruk. Bonenkruidaftreksel wordt aanbevolen als dorstlessende drank voor diabetici (4 gram kruid per 2 koppen). Bonenkruidthee bevordert ook de spijsvertering. Een sterk aftreksel van bonenkruid, op de nuchtere maag gedronken, blijkt ook een probaat middel te zijn tegen ingewandswormen. Het wordt ook gebruikt ter behandeling van wind bij kinderen, diarree, verkoudheid. De tinctuur als zenuwversterkend middel. De etherische olie als antisepticum en stimulans. Een kopje thee (10gr. op 0,5l. water, niet doorkoken) in de ochtend en avond. Wil men bonenkruidthee drinken ter genezing van maag- en darmstoornissen, dan zal men er 3 kopjes per dag van moeten nemen. Uitwendig wordt het gebruikt als mondspoelmiddel (5% aftreksel). Gekneusd blad is volgens oude opvattingen een remedie tegen bijen- en wespensteken.
|genees=
|waarschuwing= Bonenkruid is een veilig [[w:fytotherapeuticum]]. Het inwendig gebruik kan aanleiding geven tot huiduitslag.
|zaaimaand= 4
|zaaiomschrijf=
|zaaiomschrijf= Eenjarig en overblijvend bonenkruid staan beide graag in de volle zon en in gewone, niet bijzonder vruchtbare, goed gedraineerde grond. Verse stalmest moet men achterwege laten, daar deze aan het aroma schade doet. Het zaad behoeft voor de kieming licht, zodat het slechts met een dun laagje aarde bedekt mag worden. Voor een doorlopende voorraad verse blaadjes zaait u een paar maal achtereen met tussenpozen van drie tot vier weken.
|kk=
|kt=
|lt= 1
|zd=
|plantmaand=
|plantomschrijf=
|pa= 10
|ra= 30
|verzorgmaand=
|verzorgomschrijf= Dun de zaailingen uit. Als ze later wat hoger zijn breng je om de voet van de planten wat aarde aan om ze overeind te houden. In de moestuin hoeft men slechts enkele planten voor zaad tot de herfst te laten staan om het volgend jaar weer nieuwe planten te kunnen kweken.
|verzorgomschrijf=
|oogstmaand= 7-9
|oogstomschrijf= Pluk het bloeiende kruid voor vers gebruik. Om te drogen resp. invriezen voor wintergebruik pluk je de stengels met de malse blaadjes voor de plant gaat bloeien. Bij het plukken voor conservering dient men ervoor te zorgen dat er genoeg van overblijft zodat er later nog een tweede maal kan worden geoogst. De stengels worden in bundels gedroogd waarna men de blaadjes eraf stroopt. Bij het oogsten verzamelt men alle groene delen behalve de verhoute stengelstukken. De meerjarige in het eerste jaar van in de lente gezaaide planten voor het eerst in september snijden, vanaf het tweede jaar zijn 2 tot 3 sneden mogelijk. De laatste snede mag niet al te laat plaatshebben, want daardoor zouden de planten bij strenge vorst schade kunnen lijden. Men kan vanaf mei snijden als men overblijvend bonenkruid vers wil gebruiken. De voornaamste oogst voor de wintervoorraad valt kort voor de bloeitijd, want dan hebben de planten het grootste gehalte aan vluchtige olie en zijn de stengels nog weinig verhout. Men droogt de planten in de schaduw bij een temperatuur van niet meer dan 35°C.
|oogstomschrijf=
|vermeermaand= 7-9
|vermeeromschrijf= Als de planten bloeien en zaad vormen vermenigvuldigen ze zich snel door middel van zelf uitgezaaide plantjes. Bergbonenkruid is over het algemeen winterhard. Vermeerderen door scheuren en stekken of door afleggen. Zet de planten vroeg in het voorjaar 30-cm uit elkaar in de grond. Als ze 15-cm hoog zijn haalt u de toppen er uit om een volle groei te bevorderen. Verwijder dood hout en snijd de plant in gebieden met veel vorst in de herfst tot op 7 à 15-cm van de grond af; bedek nadat de grond bevroren is iedere plant met varens of stro. Het dek verwijderen als de eerste jonge scheuten opkomen. Overblijvend bonenkruid moet iedere twee of drie jaar worden gesnoeid.
|vermeeromschrijf=
|vw= Z
|wplant= Bonenkruid
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.