Onderwijstechnologie/Klastechnologie/Videoprojectoren: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 159:
Het hanteren van film als onderwijsmedium in de klas, heeft ook implicaties voor de leerkracht en zijn leerstijl. Het heeft geen zin om voor een video of dvd te kiezen wanneer de leerkracht voortdurend blijft praten doorheen de film, de aandacht meer naar het medium gaat, of de leerlingen niet graag film kijken. De leerkracht moet dus een evenwicht zien te vinden tussen doceren en mediëren. Video en dvd's kunnen op verschillende manieren gebruikt worden in de les, afhankelijk van de functie die ze moeten vervullen.
::(1) Gevarieerde aanwending van documentair beeldmateriaal: Dit is wanneer de leerkracht een video of dvd ononderbroken door een groep leerlingen laat bekijken, zoals bijvoorbeeld een
::(2) Aanschouwelijke momenten van documentair beeldmateriaal: Dit is wanneer de leerkracht een video of dvd onderbroken laat zien en bepaalde beeldfragmenten selecteert als illustratie
Bij beide opties is het belangrijk dat de leerling zelf wordt gestimuleerd tot inzichtelijke verwerking. Dit betekent dat de leerling niet simpelweg moet kijken en observeren, maar ook de beelden moet analyseren, vergelijken, reflecteren, beoordelen en concluderen. Dit kan bereikt worden op volgende manieren:
|