Modelspoorwegbouw/Veiligheid en regelgeving: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 17:
Je gaat niet dood aan de spanning, maar aan de elektrische stroom door je lijf.
Een stroom van 50 mA (0,05 Ampere, het verbruik van een ouderwets fiets-achter-lampje) is al fataal.
De stroom wordt hoger naarmate de spanning hoger is en hangt (mede) af van de elektrische weerstand van je lijf en een veelheid aan andere factoren zoals schoenen, vloerbedekking etc.
Daarbij komt dat de bekende 50
De digitale besturingen werken op hogere frequenties en geven daardoor al minder problemen, ze werken vaak op (computer-gerelateerde baudrate) frequenties van 19k2 of 38k4.
Verder is de afgegeven spanning maximaal plus en min 20 Volt. Dit is een TOP-waarde omdat deze wisselspanning NIET sinusvormig is zoals uit het lichtnet betrokken spanningen maar blokvormig.
De maximale spanning op enig moment is bij digitaal dus 20 Volt en bij de ouderwetse
----
Regel 33:
Er kan gewerkt worden op een veel hogere frequentie waardoor de efficiëntie stijgt en afmetingen van de trafo-kernen veel kleiner kunnen zijn.
Het materiaal van de kern is afwijkend maar bevat in essentie ook ijzer - ferro, vandaar de naam ferriet-kern.
Een ander verschil is de uitgangsspanning; die is geen 50
----
Regel 46:
B.v. 1 Hertz is 1 trilling per seconde en de hele cyclus van het boven omschreven spanningsverloop duurt dus 1 seconde. Deze cyclus wordt periode genoemd.
Bij het lichtnet hebben we 50 Hertz en 1 volledige trilling duurt dan 1000 ms gedeeld door 50 is 20 ms.
Voor hogere frequenties en dus kortere tijden gebruiken we andere geschikte maten zoals mili- micro- of nano-seconden.
Voor frequentie hebben we dan kilo-, mega- en gigahertz.
|