Platbodemzeilen op een Volendammer Kwak/Veiligheid: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Vd172hb (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Vd172hb (overleg | bijdragen)
Regel 6:
 
 
*zolang de giek alleen in de [[Achtergrond: kennis schip#Grootzeil|dirk]] hangt: niemand onder de giek. Er is nu eenmaal altijd gering een risico dat de giek valt. De gevolgen kunnen zeer ernstig zijn. Vergelijk met een kraan; daar mag ook niemand zich onder de hijslast begeven.
*bij [[Vaarpraktijk#OVERSTAG|overstaggaan]]: het gebied rond de grootschoot, de roerganger, de klampen in de zij en de omgeving van fokkeschoot en schoothoek. Kortom, laat iedereen zich verzamelen rond de achterste helft van de trog.
*op de plecht komen tijdens de vaart alleen mensen die er echt iets te zoeken hebben. Een [[w:nl:reddingsvest|reddingsvest]] is daar verplicht. Blijf zoveel mogelijk aan de hoge kant en maak jezelf “klein”. Hou de fok in de gaten; hij kan je overboord vegen.
*op bepaalde koersen kan de schoothoek van de fok klappen geven (aan-de-wind bij windschiftingen, ruimwinds als er geen stok in de fok staat). De omgeving van schoothoek en schoot is dan verboden terrein. Bij varen over stuurboord: ook de schuine loopplank naar de plecht.
*op voordewindse koersen, zolang er geen [[vaarpraktijk#BULLETALIE|bulletalie]] bijstaat: omgeving van de grootschoot, vanwege het klapgijp-risico.
*bij manoeuvreren op de motor: het gebied achter de grootschoot-overloop, in verband met de bewegingsvrijheid van de roerganger.
 
 
===Andere spelregels===
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.