Heksenvervolging in Europa (1300-1720)/Heksenvervolging in Nederland/Heksenprocessen te Asten (1595): verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 40:
==Afloop==
De pastoor van Mierlo was ontzet over de gang van zaken. Hij ging naar bisschop [[w:Ghisbertus Masius|Ghisbertus Masius]] van 's-Hertogenbosch. Deze alarmeerde de Bossche Schepenbank. De schepenen voorkwamen dat er nog meer doodvonissen werden uitgesproken. Het definitieve vonnis over de nog niet terechtgestelde beschuldigden legden zij voor aan een hogere rechtbank te Cuyck<ref>
Per koninklijke [[w:ordonnantie|ordonnantie]] uit naam van Filips II werd de waterproef verboden. Kort daarop liet de heer van Asten degenen die nog niet terecht gesteld waren, op borgtocht vrij. De heer van Asten had aan universiteiten gestudeerd dus waarschijnlijk wist hij dat er bezwaren waren tegen de waterproef. Maar hij beriep zich op het feit dat deze in 1581 in delen van Duitsland weer was ingevoerd. Het jaar 1595 markeerde het einde van de heksenprocessen in Brabant.
|