Sociale geschiedenis van de vroege middeleeuwen/Kloosterleven: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Beetjedwars (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Beetjedwars (overleg | bijdragen)
Regel 41:
Volgens de regel van Benedictus moest de monnik zwijgen totdat hem iets gevraagd werd. Na afloop van de [[w:completen|completen]] mochten hij helemaal niet meer praten. De stilte was onmisbaar voor de zelfinkeer van de monnik. Daardoor kon hij zich met heel zijn wezen op het eeuwige leven richten.
 
===CopiïstenKopiisten===
[[File:Escribano.jpg|thumb|200px|left|Bourgondische copiïst, 15e eeuw]]
[[Afbeelding:Caroline 2.jpg|thumb|left|200px|Karolingische minuskel (handschrift 11e eeuw); de bovenste regels zijn uncialen]]
Omdat er nog geen [[w:boekdrukkunst|boekdrukkunst]] bestond, moesten de boeken vermenigvuldigd worden door ze over te schrijven. Dit moeizame werk werd door monniken verricht. Zonder hen zouden er veel klassieke werken verloren zijn gegaan. Er zijn overigens veel boeken verloren gegaan bij de vele branden die de kloosterbibliotheken geteisterd hebben.
 
De copiïstkopiist had een zwaar leven, hij moest vaak in een koude ruimte werken en soms knielend. Het was geconcentreerd werk en het moest in stilte gebeuren. Hij liep het risico om blind te worden, een bochel te krijgen of pijn over zijn hele lichaam. Het was een vorm van [[w:ascese|ascese]], net als bidden en vasten. De monnik kon er zijn fantasie mee beteugelen. Het copierenkopiëren van een bijbel kostte een copiïst een jaar.
 
De [[w:Merovingische cursief|Merovingische cursief]] kon nog in één pennenstreek geschreven worden maar de [[w:Karolingische minuskel|Karolingische minuskel]] moest [[w:Kalligrafie|gekalligrafeerd]] worden, hetgeen meer werk betekende voor de copiïstkopiist. De copiïstHij schreef eerst met een gekloofd riet en in de [[w:Karolingen|Karolingische]] tijd met een vogelveer.
 
Aan het einde van de oudheid maakte de [[w:papyrus|papyrus]]rol plaats voor het vlakke [[w:perkament|perkamenten]] vel. Men had nu geen twee handen meer nodig om de rol vast te houden. Men kon een blanco boek naast het te copierenkopiëren boek leggen, met een hand vrij om in het blanco boek schrijven. De papyrusrollen werden meestal nog hardop voorgelezen maar in de Karolingische tijd werd het 'stil' lezen gangbaar. Daardoor werd een innerlijke dialoog met de tekst mogelijk.
 
Perkament werd gemaakt van schapenhuiden. Om [[w:Marcus Tullius Cicero|Cicero]] of [[w:Senega|Senega]] te kopierenkopiëren was er een hele kudde schapen nodig. Behalve copiïstenkopiisten waren er voor de vervaardiging van een boek nog correctoren, rubricatoren, schilders, verluchters en inbinders nodig. Hoewel het copierenkopiëren van een boek oorspronkelijk als een [[w:meditatie|meditatieve]] bezigheid werd gezien en de boeken eenvoudig waren, werden ze later kostbaar en versierd met goud en edelstenen.
 
De monniken selecteerden of [[w:censuur (informatie)|censureerden]] hun teksten niet: ze volgden de tekst getrouw, ook al waren het heidense teksten waar ze het mogelijk totaal mee oneens waren.
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.