Plato/Euthyphro: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting |
interne links naar Fil.woordenboek |
||
Regel 1:
{{Plato}}
'''Euthyphro''' (Oudgrieks: Ευθυφρον) is een van de vroege dialogen van [[Plato]], gedateerd na 399 v.Chr. Het is een vrij korte tekst die handelt over een ethische kwestie, waarbij getracht wordt te definiëren wat vroomheid is. [[Filosofisch woordenboek#S|Socrates]] steelt zoals gewoonlijk de show. Hij ondervraagt een zekere 'Euthyphro', die beweert een expert te zijn in [[Filosofisch woordenboek#E|ethiek]] en [[Filosofisch woordenboek#T|theologische]] kwesties. De dialoog eindigt eigenlijk zonder werkelijke conclusie en zit barstensvol socratische [[w:ironie|ironie]]. Socrates poseert als een onwetende student en doet alsof hij van Eutyphro wil leren. In werkelijkheid wil hij gewoon de arme man ontmaskeren als een onwetende die eigenlijk niets
==Setting en personages==
Regel 40:
12e-16a
Vroomheid is dat deel van rechtvaardigheid dat zich bekommert om de zorg voor de goden. Maar welke soort verzorging hebben de goden dan wel nodig? En waarom? De zorg (het eren van) de goden moet met het nodige inzicht gebeuren. Terugkeer naar de propositie dat 'wat de goden behaagt is vroom'. De dialoog eindigt met een [[Filosofisch woordenboek#A|aporie]], onbeslist en zonder een duidelijke conclusie.
|