Papier/Water: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
redactie |
|||
Regel 11:
In papier bevindt zich 4% tot 10% water, afhankelijk van de papiersoort. Water als grondstof is niet alleen goedkoop, het zorgt er ook voor dat de papiervezels met elkaar worden verbonden. Papier zonder water zou als los zand uit elkaar vallen.
[[Image:Legameidrogeno-h2o.jpg|left|100px]]Water functioneert als verbindingsmiddel tussen de papiervezels door de vezels met [[
Het watergehalte kan op 2 manieren worden aangegeven:
Regel 24:
<div style="padding: 0.2em 0.1em 0.2em 0.5em; width: 100%; background-color: cornsilk; border: 1px solid #777777; -moz-border-radius-topleft: 8px; -moz-border-radius-bottomleft: 8px; -moz-border-radius-topright: 8px; -moz-border-radius-bottomright: 8px; width:98%;">
===Relatief vocht===
Omdat het bepalen van het absolute vochtgehalte een bewerkelijk proces is, wordt het vochtgehalte van papier vaak uitgedrukt in een relatief vochtgehalte, gemeten met een hygrometer. Dit is een afgeleide eenheid: men bepaalt namelijk niet het vochtgehalte van het papier zelf, maar van de omgevingslucht van het papier. Die omgevingslucht bevat een bepaald percentage water. Papier is een materiaal dat water uit de lucht kan opnemen, maar ook afgeven. Aangenomen dat de vochtuitwisseling tussen het papier en de lucht in evenwicht is, kan men uit het relatieve vochtgehalte van de lucht dus het vochtgehalte van het papier
Indien het watergehalte van de papiersoort kopieerpapier 5% is (absoluut vochtgehalte), komt dit ongeveer overeen met een relatief vochtgehalte van 50% in de omgevingslucht, bij een standaardtemperatuur van 23°C. Als dit papier in een ruimte komt met een relatief vochtgehalte van 30% (dat is relatief droog), dan zal het papier water afgeven aan de omgevingslucht waardoor het absolute vochtgehalte in het papier zal dalen. Bij één vel papier zal zich snel een evenwicht instellen, waarbij netto geen vocht meer wordt uitgewisseld tussen het papier en de omgevingslucht.
|