Onderwijstechnologie/Voorbeelden onderwijstechnologische realisaties/Rapport NT2 2012-2013: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Vberth (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Vberth (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 16:
 
Deze realisatie is er gekomen dankzij bovenstaande groepsleden die in eerste instantie elk vanuit hun eigen expertise (opleiding en/of job) een bijdrage hebben geleverd: Fiona, vanuit haar taalkundige achtergrond en haar expertise in het beheren van een website; Anne Maria, vanuit haar juridische achtergrond en haar ervaring als leerkracht NT2; Norah, vanuit haar werkervaringen als maatschappelijk assistente, beleidsmedewerker integratie en leerkracht NT2; Bart, vanuit zijn politiek en sociologische opleidingsachtergrond; Veronique, vanuit haar achtergrond als psychologe en haar ervaring met de doelgroep geïnterneerden in de gevangenis, waaraan zij onder meer basislessen Nederlands geeft.
 
'''
'''2. Doelgroepen van de ontwikkelde website''''''
 
'''a. De bezoekers: mensen met een psychiatrische stoornis die Nederlands als vreemde taal leren.'''
Regel 25 ⟶ 26:
Geïnterneerden zijn mensen die een misdrijf hebben gepleegd en zowel op het moment van de feiten als op het ogenblik van berechting ontoerekeningsvatbaar worden geacht. Het gaat vooral om mensen met psychiatrische stoornissen zoals psychosen en persoonlijkheidsstoornissen. Deze komen vaak samen voor met middelenmisbruik- en/of afhankelijkheid. Verder kampen velen met een verstandelijke beperking.
 
Een '''psychose''' is een toestand waarin iemand het contact met de werkelijkheid heeft verloren. De persoon leeft in een waanwereld, hoort stemmen en is soms verward of bewegingsloos. De meest ernstige psychotische stoornis is schizofrenie.
 
'''Schizofrenie''' heeft meerdere oorzaken die te herleiden zijn tot een samenspel van biologische, psychologische en sociale factoren.
 
Haar symptomen zijn zeer variabel. Gewoonlijk spreekt men van negatieve en positieve symptomen. '''Positieve symptomen''' zijn de wanen, hallucinaties (> gestoord realiteitsbesef) en de cognitieve denkstoornissen. Wat de '''cognitieve denkstoornissen''' betreft gaat het meer concreet om:
- incoherentie (van de hak op tak springen in een gesprek, moeilijk te volgen gedachtegang, patiënt kan moeilijk de draad van zijn betoog vasthouden);
- abstract denken verloopt moeilijker, patiënten hebben de neiging om begrippen concreet uit te leggen
- gestoord tempo en voortgang van het denken: meestal gaat het om een vertraging van het denken, lange pauzes alvorens te antwoorden, inhoudelijk zijn de gedachten “arm”.
 
Naast de positieve symptomen zijn er ook '''negatieve symptomen''': een afgevlakt affect, het zich sociaal isoleren, apathie, spraakarmoede en initiatiefverlies. Deze negatieve symptomen kunnen ook een gevolg zijn van hun medicatie-inname.
 
In het algemeen steunt de behandeling van psychiatrische stoornissen op het toedienen van medicatie (met vaak bijwerkingen zoals sedatie) en op psychosociale interventies.
 
In het ''derde hoofdstuk'' leggen we kort uit wat er reeds bestaat aan psychosociale interventies in de gevangenis van Vorst. Het inzetten van onze onderwijstechnologische tool situeert zich namelijk binnen deze interventies.
 
Het is ook belangrijk te weten dat wat de populatie geïnterneerden in Vorst betreft, de (grote) meerderheid uit een sociaal achtergesteld milieu komt. Dit betekent dat onze doelgroep te vergelijken is met de doelgroep van cursisten Nederlands met een beperkte schoolse achtergrond en negatieve ervaringen met onderwijs. Het leren van een nieuwe taal is geen evidentie. Nederlands is bovendien vaak een derde of vierde taal die wordt aangeleerd.
Regel 62 ⟶ 63:
'''4. Doelstellingen van de website'''
 
Het gebruiken van onze website beantwoordt aan '''twee verschillende doelstellingen''':
 
Ten eerste situeert het leeraanbod zich binnen een '''primair traject'''. Hiermee bedoelen we het traject binnen de gevangenis waarbij het leeraanbod deel zal uitmaken van de psychosociale interventies van het zorgteam. Via onze website kunnen de zorgverleners in de gevangenis een extra activiteit aan hun therapeutisch aanbod toevoegen die de reeds bestaande taallessen verder aanvult en voortbouwt op de basiskennis die tijdens de informaticalessen werd gelegd. De door ons ontwikkelde tool is geen vaststaand geheel, maar wel constant aanpasbaar en de lesgevers kunnen naar believen materiaal toevoegen en verwijderen.
 
Via onze website leren geïnterneerden vaardigheden en taal (NT2 en basisNederlands voor Nederlandstaligen met beperkte taalkennis) en worden ze tegelijkertijd cognitief gestimuleerd. Hiernaast – gezien het doelpubliek – beschouwen we het verlaten van de cel en deelname aan de activiteit op zich al als een belangrijke stap in het doorbreken van de negatieve symptomen. Dus naast het aanleren van vaardigheden is ons leeraanbod via de computer ook een therapeutisch middel tot activatie en stimulatie van een publiek dat zowel letterlijk als figuurlijk moeilijk te bewegen is. Het is belangrijk dit mee te geven om te begrijpen dat wij in deze zin geen perfecte leerresultaten van onze leerlingen zullen verwachten maar reeds de deelname op zich willen aanmoedigen.
 
De tweede doelstelling komt tegemoet aan het '''secundair traject'''. In dit traject is de psychiatrische patiënt niet langer opgesloten in de gevangenis maar zich volop aan het re-integreren in de maatschappij. Met onze tool wensen we hier op twee manieren aan bij te dragen:
 
''Ten eerste'' bieden we praktische taaloefeningen aan over een zestal levensdomeinen die belangrijk zijn voor de band met de samenleving.
 
''Ten tweede'' helpen we via onze website geïnterneerden die uit de gevangenis ontslagen zijn Brusselse initiatieven en activiteiten te vinden voor het leren van Nederlands. We focussen ons hierbij op initiatieven waarbij het samen-leren met andere NT2-studenten centraal staat, ter bevordering van hun integratie. We denken hierbij bijvoorbeeld aan conversatietafels.
 
'''5. Over (her)integratie'''
Regel 82 ⟶ 83:
Wie gebruik maakt van begrippen als (her)integratie of re-integratie dient ons inziens eerst te belichten waarom de mens in kwestie geen deel meer uitmaakt van het groter geheel. Onze doelgroep is als het ware letterlijk uit de samenleving gerukt. De wet van 2007 inzake leert ons wat internering is en we citeren :
 
“een“''een veiligheidsmaatregel die ertoe strekt de maatschappij te beschermen én er voor te zorgen dat aan de geïnterneerde de zorgen worden verstrekt die zijn toestand vereist met het oog op zijn re-integratie in de maatschappij kan plaatsvinden in verschillende instellingen”instellingen''”.
 
Vooraleer dieper in te gaan op herintegratie staan we nog even stil bij voorafgaande. Er bestaat namelijk zoiets als burger en burgerschap. Juridisch gezien kan men spreken van drie categorieën van rechten. Vooreerst omvat burgerschap civiele rechten. We denken hierbij o.a aan burgerlijke vrijheden, de garantie van een eerlijke rechtspraak enzovoort; secundo omvat het de politieke rechten; tertio zijn er de sociale rechten. Bij het definiëren van burgerschap spreekt het vanzelf dat de centrale vraagt rijst naar in hoeverre een individu die rechten al dan niet ontvangt van de staat. De geïnterneerden werden door de overheid van hun vrijheid beroofd.
Regel 103 ⟶ 104:
Vooraleer effectief te zijn overgegaan tot de creatie van onze website, bogen wij ons over een aantal vragen die van invloed waren op het verdere verloop van ons groepswerk:
 
a) Hoe tegemoetkomen aan de cognitieve en psychologische moeilijkheden van de geïnterneerden? Bovendien betreft het vaak een sociaal achtergesteld publiek, wat ons noopt tot het gebruik van een aantal pedagogisch didactische technieken die ook van toepassing zijn op lager geschoolden.
 
Een eerste brainstorm leverde al heel wat ideeën op: werken met symbolen, integreren van bestaand lesmateriaal, inbouwen van succeservaringen,... . Uiteindelijk besloten we op een heel gestructureerde manier lesmateriaal (vooral oefeningen) aan te bieden aangaande heel praktische zaken die we in domeinen zouden onderverdelen. De oefeningen onder deze domeinen hebben verschillende niveaus van moeilijkheid waaruit de geïnterneerden kunnen kiezen.
 
b) Wat is het huidig (taal)niveau van de leerlingen? Anne Maria, leerkracht NT2 vond het wel belangrijk om via een test vooraf het niveau van onze leerlingen te bepalen. Op die manier kunnen zij voor zichzelf beter inschatten welke moeilijkheidsgraad ze aankunnen en kan nattevingerwerk vermeden worden. De Covaartest is een voorbeeld van een test die wordt gebruikt voor laaggeschoolden en mensen uit een andere cultuur die NT2 gaan volgen. De test meet niet de taalkennis op zich maar wel het leervermogen (vermogen om verbanden te leggen, om te redeneren,...). Onze meningen rond het al dan niet bepalen van het niveau vooraf waren verdeeld. We vroegen ons onder meer af of dit niet stigmatiserend zal gaan werken. Uiteindelijk werd besloten een test online aan te bieden en te laten afnemen onder begeleiding. Het zorgteam zal de resultaten enkel als advies meegeven waardoor mensen de vrije keuze behouden om binnen het menu te kiezen.
 
Tijdens de zoektocht naar een geschikte online taaltest hebben we hulp gekregen van het Huis van het Nederlands Brussel (HvN). Deze kleine samenwerking zorgde er tevens voor dat het HvN geïnteresseerd is in het uiteindelijk resultaat van ons project.
Regel 113 ⟶ 114:
Het HvN bezorgde ons een lange lijst met verschillende online taaltesten. Norah heeft deze lijst gescreend en de meest geschikte test werd op de website geplaatst.
 
c) Wat met de geïnterneerden die niet (goed) met de computer overweg kunnen? Gezien er reeds informaticalessen door het zorgteam aangeboden worden, kunnen zij vooraf een initiatie volgen met de ergotherapeut alvorens naar onze website te gaan. Ze leren er eenvoudige operaties aan, zoals het aan- en afzetten van de computer, het bedienen van het toetsenbord en de muis, enz..
 
d) Zijn bepaalde prikkels die onze website zal bevatten wel (ethisch) verantwoord om te gebruiken? Bepaalde muziek of beelden riskeren immers andere connotaties (vaak seksuele) te verwerven door mensen die al lang zijn opgesloten en/of aan een psychiatrische aandoening lijden. Degene die vrij (op proef) zijn hebben mogelijks wel meer weerbaarheid en zijn minder kwetsbaar dan zij in de gevangenis. We spreken af dat we niet teveel prikkels tegelijkertijd aanbieden, temeer ook gezien de cognitieve beperkingen van sommige patiënten. Bij de keuze van geschikte oefeningen hebben we hiermee rekening gehouden.
 
Het is belangrijk mee te geven dat mensen die volop aan het wanen of hallucineren zijn niet uitgenodigd worden voor de lessen. Voor hen is het toedienen van medicatie prioritair om hun toestandsbeeld te doen afzwakken en hen te stabiliseren.
Regel 167 ⟶ 168:
Vanuit de NT2 ervaringen merkten we op dat veel mensen wel een schoolse kennis hebben van het Nederlands, maar dat het praktisch gebruiken van de taal, in concrete levensechte situaties heel moeizaam verloopt.
 
Hierop hebben we dan een denkoefening gemaakt: welke (levens)domeinen zijn van cruciaal belang bij de integratie in de samenleving? Geïnspireerd door de conceptnota inburgering kwamen we al snel tot een zestal levensdomeinen waarbinnen we oefeningen wensten aan te bieden. Deze domeinen zijn '''Tewerkstelling, Burger (consument), Administratie thuis, Vrije tijd, Openbaar vervoer en Gezondheid'''.
Per domein zullen we oefeningen aanbieden waarbij de vier taalvaardigheden (lezen, spreken, luisteren en schrijven) aan bod komen. Het was oorspronkelijk de bedoeling om deze vaardigheden aan te duiden met icoontjes. Maar aangezien de meeste oefeningen deze vaardigen geïntegreerd aanbieden, hebben we dit idee laten varen.
 
Regel 303 ⟶ 304:
'''15. Bibliografie
'''
 
'''Geraadpleegde werken''':
 
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.