Nederlandse literatuurgeschiedenis/De jaren zestig (bewerken)
Versie van 29 okt 2014 16:01
, 8 jaar geleden→hoe het was om in de jaren 60 te leven met een kip als huisdier
[[Bestand:Bernlef.jpg|thumb|100 px|J. Bernlef]]
[[Bestand:Auteursfoto_Jef_Geeraerts_en_zijn_vrouw_Eleonore_Vigenon.jpg|thumb|100 px|Jef Geeraerts en zijn vrouw Eleonore Vigenon]]
Als reactie op de vrije opvattingen van de vijftigers ontstaat een [[w:Neorealisme (beweging)|neorealistische]] stroming in de
In deze periode worden nog steeds romans geschreven in de traditie van het naoorlogs realisme, bijvoorbeeld [[w:Jan Wolkers|Jan Wolkers]] debuutroman ''[[w:Kort Amerikaans (boek)|Kort Amerikaans]]'' uit 1962. Er ontstaat echter een stroming, 'het 'Ander proza' <ref>zie Sybren Pollets bloemlezing ''Ander proza'' (1978)</ref> genoemd, die het einde van de roman aankondigt en geen vertrouwen meer heeft in de roman als spiegel van de werkelijkheid. Het is in deze periode dat [[w:Harry Mulisch|Harry Mulisch]] geen fictie meer schrijft, maar zich concentreert op bespiegelende reportages. Een voorbeeld van zulk experimenteel proza is ''[[w:Breekwater (boek)|Breekwater]]'' (1961) van [[w:Sybren Polet|Sybren Polet]]. In zijn verhaal past hij een literaire kunstgreep toe om de werkelijkheidsillusie te doorbreken door de naam van de hoofdpersoon na twee bladzijden te veranderen. Identiteit wordt gezien als een fictieve constructie, en de chronologische opbouw van een verhaal is niet langer dwingend.
|