Onderwijs in relatie tot P2P/Rapid prototype technologie - ref. nr. 3D-printer: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
GlennVdA-182 (overleg | bijdragen)
Nieuwe pagina aangemaakt met 'Driedimensionale voorwerpen afdrukken door het laag na laag opbouwen van een 3D-model. Dit gehele wordt aangeduid met de naam '''Rapid prototype Technologie'''.
(...'
 
GlennVdA-182 (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 30:
De persoonlijke 3D-printers van vandaag (Evans, 2012) maken de meeste objecten uit plastic, door gebruik te maken van een proces genaamd ''“fused filament fabrication”'' (gesmolten gloeidraad fabricage). Plastic gloeidraad wordt opgewarmd en door een dun mondstuk gejaagd zoals bij een lijmpistool, terwijl de machine 3D-objecten laag per laag tekent. Wanneer een laagje plastic bovenop een ander laagje wordt gelegd, smelten deze twee lagen samen. Als de lagen zijn afgekoeld vormen ze een duurzaam en vast geheel uit plastic. Om dit object te maken heb je wel een design nodig. Dit design wordt gemaakt a.d.h.v. een tekenprogramma waarmee je CAD-tekeningen kan maken (Computer Aided Drafting). Een voorbeeld van zo een programma is “Solid Works”.
 
Vele 3D-printers die je voor persoonlijk gebruik kan aanschaffen, werken min of meer volgens hetzelfde principe. Deze 3D-printers bestaan uit enkele essentiële onderdelen die hieronder worden besproken (Evans, 2012) a.d.h.v. figuur 1.1.
 
 
'''De cartesische robot'''
 
Het centrale idee bij een 3D-printer is dat van een “cartesische robot”. Dit is een machine dat kan bewegen in drie lineaire richtingen over de x-, y-, en z-as. Dit systeem wordt ook het cartesisch coördinatenstelsel genoemd. Om dit te doen maakt de printer gebruik van een kleine stappenmotor (te zien in figuur 1.1 onder stepper motor) die kan bewegen met een zeer grote precisie en accuraatheid. Deze motor is computergestuurd (CNC) en kan zo de thermoplastische extruder verplaatsen langs de lineaire assen.
 
 
Regel 41:
'''De thermoplastische extruder'''
 
Bij het voorgaande systeem hoort een thermoplastische extruder. Deze moet dunne laagjes van thermoplasten (soort plastic dat smelt wanneer je het opwarmt) neer kunnen leggen. Dit onderdeel dat je kan zien in figuur 1.2 wordt wel eens gezien als het meest complexe onderdeel van de 3D-printer. De extruder bestaat eigenlijk uit twee sleutel onderdelen: de gloeidraad aandrijving en het thermisch hete einde.
 
De gloeidraad aandrijving drijft de gloeidraad (meestal gebundeld in spoelen van 3mm of 1,75mm) aan, door gebruik te maken van een getand aandrijfmechanisme. De meeste aandrijvingen gebruiken een stappenmotor. Dit om de toevoer van gloeidraad in het hete einde beter te controleren. De gloeidraad aandrijving is verbonden met het thermisch hete einde.

Regel 50:
'''Het Printbed'''
 
Het printbed (figuur 1.3) is het oppervlakte waar de 3D onderdelen op worden geprint. De grootte hiervan varieert van printer tot printer. De meeste 3D-printers voor persoonlijk gebruik, worden (of kunnen worden) voorzien van een verwarmd printbed. Dit om het kromtrekken of barsten van geprinte objecten te voorkomen wanneer deze afkoelen. Het verwarmde oppervlak zorgt ook voor een betere adhesie tussen de eerste geprinte laag en het oppervlak van het printbed.
 
Het oppervlak wordt meestal gemaakt uit glas of aluminium, om zo de warmte beter te kunnen verspreiden en een glad oppervlak te creëren. Glas biedt het gladste oppervlak terwijl aluminium de warmte het best zal geleiden. Om te vermijden dat geprinte onderdelen worden opgehesen tijdens het printen, zal men het oppervlak bedekken met een bepaalde soort tape.
Regel 57:
'''Het lineaire bewegingssysteem'''
 
Het type van bewegingssysteem (de mechanische samenstelling dat de beweging over de verschillende assen toelaat) zal bepalen hoe accuraat de printer is, hoe snel hij kan printen, en hoe veel of weinig onderhoud de printer vraagt over een langere tijdspanne. De meeste 3D printers voor persoonlijk gebruik zullen gebruik maken van een nauwkeurig geslepen staaf voor elke as en een plastic, bronzen of lineaire kogellager om over elke staaf te glijden. Die laatste (figuur 1.4) is zeer populair om zijn lange levensduur en soepele werking.

 
 
'''De eindstoppen'''
 
De afstand dat over elke as kan worden overbrugd, wordt gelimiteerd door mechanische of optische stopeinden (figuur 1.5). In principe zijn dit schakelaars die de printer vertellen wanneer er een bepaalde limiet bereikt is, in een bepaalde richting. Zo kan er worden voorkomen dat er voorbij de limieten wordt bewogen.
 
Hoewel eindstoppen niet nodig zijn voor de werking, zal er eentje hebben in de minimum positie van elke as, de printer toelaten zichzelf steeds weer naar het begin van elke bewerking te begeleiden. Dit kan handig zijn om bij herhaaldelijke bewerkingen ook steeds een accurate bewerking te verkrijgen.
Regel 69:
'''Het frame'''
 
Dit laatste onderdeel houdt alle andere onderdelen samen, en vormt het constructiedeel van de 3D-printer. Het materiaal en de constructie hiervan, zeggen veel over de accuraatheid van de printer. Het merk MakerBot maakt bijvoorbeeld gebruik van een met laser gesneden soort multiplex, die in elkaar wordt geschroefd om zo het frame te vormen (figuur 1.6).
 
 
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.