Onderwijs in relatie tot P2P/Effect van de laagste gemene deler: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 12:
Het begrip ‘'''effect van de laagste gemene deler'''’ kan worden opgesplitst in een aantal delen.
 
‘Effect’ verwijst naar een gevolg, iets dat door een andere gebeurtenis tot stand gebracht wordt (Wikipedia, effect).
 
De ‘gemene deler’ kan men in de wiskunde omschrijven als een getal waardoor men twee of meerdere andere getallen kan delen, ze hebben dit gemeen of gemeenschappelijk (Wikipedia, grootste gemene deler).
 
De ‘laagste gemene deler’ is het eenvoudigste, minst geavanceerde niveau van smaak, gevoeligheid of advies dat een bepaalde groep mensen gemeenschappelijk heeft. Dit minst geavanceerde niveau van smaak, gevoeligheid of advies heeft een invloed op het gedrag en de strategie van bedrijven en de maatschappij. De invloed die deze ‘laagste gemene deler’ heeft op een samenleving, is dus het ‘effect van de laagste gemene deler’. (P2P Foundation)
 
 
==Effect van de laagste gemene deler en P2P==
 
De ‘laagste gemene deler’ (Bauwens, M. & Lievens, J. (2014). De wereld redden. Pagina 144.) kun je omschrijven als datgene wat de meeste mensen binnen een bepaalde groep/maatschappij gemeenschappelijk hebben, met andere woorden zowel de lagere als de hogere lagen van de maatschappij.
 
Het ‘effect van de laagste gemene deler’ is dan het feit dat media, maar ook bedrijven en de samenleving in zijn geheel zoveel mogelijk inspelen op deze gemeenschappelijke interesses van alle lagen van de bevolking. Hierdoor bereiken ze de meeste mensen en verwerven ze dus meer populariteit en bekendheid. Dit effect toont aan dat media, maar ook algemeen gezien, de samenleving gericht is op populariteit en niet op kwaliteit. In een winkel zullen de producten die het meest opbrengen op ooghoogte staan, omdat ze dan sneller gekocht worden. Als men zou focussen op kwaliteit, zou men de producten die het meest kwalitatief zijn op ooghoogte plaatsen en niet de producten die het meest opbrengen. (Express.be)
 
In de context van peer-to-peer kan dit ‘laagste gemene delereffect’ eerder omschreven worden als een negatief effect (althans volgens Bauwens). Dit omdat het afbreuk doet aan de kwaliteit. Om iets (een artikel, een programma, …) aantrekkelijk te maken voor iedereen, moet het zo eenvoudig mogelijk gehouden worden, zodat iedereen het zeker begrijpt. Hierdoor zal peer-to-peer niet leiden tot een kwaliteitsverbetering, maar eerder tot een daling van de kwaliteit. Uiteraard is het positief dat veel mensen kunnen meewerken aan het project, maar doordat onze samenleving net zoveel mogelijk mensen wil warm maken voor een bepaald project, moet het inboeten aan kwaliteit. (Bauwens, M. & Lievens, J. (2014).)
 
 
Regel 32:
Hier worden enkele voorbeelden gegeven om het ‘effect van de laagste gemene deler’ te verduidelijken.
 
Eerst en vooral is het zo dat TV-zenders die programma’s uitzenden die aantrekkelijk (kunnen) zijn voor iedereen, normaal gezien ook meer kijkcijfers zullen hebben. Dit komt doordat de programma’s die op deze zenders worden uitgezonden, makkelijk te begrijpen zijn en duidelijk te linken zijn aan de realiteit. Zo heeft bv. Canvas lagere kijkcijfers dan een zender als VTM. VTM is een commerciële zender die enorm sterk op de ‘laagste gemene deler’ inspeelt. Dit wil niet zeggen dat TV-zenders als Canvas niet gewaardeerd worden, ze spelen minder in op populariteit en focussen zich meer op de kwaliteit van de programma’s die ze aanbieden. (Express.be)
 
Een ander concreet voorbeeld is een site als Google. Wanneer je een zoekwoord ingeeft, krijg je een resem aan mogelijke matches op je scherm. De links die bovenaan de lijst staan, zijn de sites die het populairst zijn, het zijn de sites waar mensen het eerst op zouden klikken. Hier ligt duidelijk de focus ook populariteit en niet op kwaliteit, aangezien de rangorde niet op basis van kwaliteitscriteria tot stand komt. (P2P Foundation)
 
Op schoolse activiteiten kun je de ‘laagste gemene deler’ ook toepassen. In het lager onderwijs worden zeer algemene vakken gegeven aan leerlingen, omdat ze in deze jaren leerlingen van zeer verschillende intelligentie in de klas hebben. Vakken moeten zeer algemeen zijn en belangrijk zijn voor elke leerling. In het secundair onderwijs krijg je naargelang je keuze meer specifieke vakken, die meer aansluiten bij je studierichting. Hier zie je dat er dus meer variatie is omdat er niet meer leerlingen van alle niveaus in een klas kunnen zitten. Dit is een voorbeeld van hoe dit effect op een positieve manier gebruikt kan worden, want dit zorgt niet voor een daling van de kwaliteit. Leerlingen krijgen in het lager onderwijs in vergelijking met het secundair onderwijs een algemene- en basisvorming die noodzakelijk is om het secundair onderwijs te kunnen aanvatten.
Regel 41:
==Theoretische duiding==
 
Collectivisme is een begrip dat in dit verband sterk aanleunt bij de ‘laagste gemene deler’. Collectivisme stelt het belang van de gemeenschap boven het belang van individuele personen. Aangezien men bij de ‘laagste gemene deler’ inspeelt op die interesses of factoren die zoveel mogelijk mensen gemeenschappelijk hebben, is dit eigenlijk een vorm van collectivisme. (Wikipedia, collectivisme) Uiteraard moet wel de kanttekening gemaakt worden dat de ‘laagste gemene deler’ vaak als commerciële strategie gebruikt wordt om meer populariteit te verwerven of winst te maken (wat het kadert binnen het kapitalisme, zie verder). Het gebruiken van de 'laagste gemene deler' is niet enkel collectivistisch, om er voordeel uit te halen moet een bepaalde strategie ook deels individualistisch zijn om het voor het individu aantrekkelijk te maken/houden. (Wikipedia, individualisme)
 
In de media speelt men enorm sterk in op het ‘effect van de laagste gemene deler’. Zo zal men de matchen van de Rode Duivels altijd uitzenden, omdat bijna elke Belg de nationale voetbalploeg op de voet volgt. Andere, minder bekende sporten als hockey, darts, tafeltennis, … zullen veel minder of nooit worden uitgezonden omdat dit niet voor hogere kijkcijfers zal zorgen. In deze sporten zullen procentueel gezien minder Vlamingen zich interesseren. Toch zou het kunnen dat deze sporten kwalitatief gezien niet zouden moeten inboeten voor voetbal, populariteit primeert hier duidelijk op kwaliteit. Ook merk je dat in veel TV-programma’s algemene thema’s zoals seks, vriendschap, geweld, moderne technologie, … aan bod komen, omdat dit aansluit bij het leven van de meeste Vlamingen. Dit kan bv. niet gezegd worden van een documentaire over een met uitsterven bedreigde diersoort. Het 'laagste gemene delereffect' is sterk aanwezig in de media. (P2P Foundation)
 
Dit effect doet volgens Bauwens inbreuk op de kwaliteit van het gekozen materiaal, hij waarschuwt sterk voor dit proces, omdat door dit effect de focus verlegd wordt op het vergaren van zoveel mogelijk populariteit of winst in plaats van te focussen op kwaliteit. Hij haalt aan dat elk individu een goede smaak kan hebben. Wanneer je dit smaakgevoel van een gemeenschap wil definiëren zal je altijd tot de constatatie komen dat dit smaakgevoel minder goed is dan de smaak van de individuen apart. Bauwens pleit hier indirect voor een sterke focus op de noden van een individu in plaats van te focussen op wat de meerderheid van de samenleving wenst. (Bauwens, M. & Lievens, J. (2014). Pagina 144.)
 
Er is daarnaast ook een duidelijke link tussen het effect van de laagste gemene deler en onze kapitalistische samenleving. De 'laagste gemene deler' wordt door bedrijven/media gebruikt als commerciële strategie om meer winst te maken. In tegenstelling tot het focussen op kwaliteit, wordt er gefocust op het behalen van de hoogste kijkcijfers, populariteit, winst, ... (Wikipedia, kapitalisme)
 
==Externe links==
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.