Onderwijs in relatie tot P2P/Partnerstaat: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 8:
}}
 
Een '''partnerstaat''' (of faciliterende staat) is een staatsvorm die haar burgers toelaat om aan zelforganisatie te doen. Ze maakt dit mogelijk door de omstandigheden te creëren en de infrastructuur te bieden die nodig zijn om mensen zelf aan te zetten tot het nemen van beslissingen. Anders gezegd: ze ondersteunt of faciliteert (Lievens, 2013). Zelforganisatie betekent dat uit de interacties tussen mensen een systeem ontstaat dat zichzelf in stand houdt en reproduceert (Benschop, 2006)
 
== Partnerstaat en P2P==
 
De opkomende P2P-beweging gaat ervan uit dat de huidige staatsvorm naar het idee van de partnerstaat moet transformeren. Momenteel leven we immers in een welvaartsstaat, waarbij de overheid vanuit een centrale positie beslissingen neemt over socio-economische kwesties. DitDeze modelstaat heeft eenis zeer sturendesturend functieen die laat niet alle burgers toelaattoe om zelf waarde te scheppen in hun activiteiten. Waarde ziet Bauwens als het inbrengen van een persoonlijke betekenis in beslissingen die gevolgen hebben voor de hele gemeenschap.
 
In het partnerstaat-model daarentegen kunnen burgers wel samen waarde naar voren brengen waarvan de gehele gemeenschap profiteert, doordat de overheid de randvoorwaarden hiervoor schept. Deze staat wordt zo meer dan de som van de individuen en behartigt de algemene belangen van de gemeenschap. Bauwens ziet 'waarde' als het expliciet inbreng hebben in een beslissing die gevolgen heeft voor de gemeenschap.
 
Hoewel er vandaag de dag her en der in de wereldreeds kenmerken van partnerstatende partnerstaat te herkennen zijn op lokale en regionale niveaus, kan men nog niet spreken overvan partnerstaten op het niveau van de nationale overheden. Volgens Michel Bauwens is er nog een lange weg te gaan vooraleer een staat effectief de overgang maakt naar het nieuwe model. Hij stelt deze mogelijke overgang voor a.d.h.v. een strategie met drie verschillende fasen. Deze fasen volgen elkaar niet noodzakelijk achtereenvolgens op, maar worden wel allemaal op de een of andere manier doorlopen.
 
#Eerst en vooral moet er een menselijk draagvlak zijn dat zich achter dit vernieuwende idee wil scharen. Dit kan volgens Bauwens alleen maar door het netwerk van P2P-sympathisanten te laten groeien.
#Zodra er voldoende mensen voorstander zijn van de ideeën, kan P2P ook op de politieke agenda’s geplaatst worden van verschillende partijen. Hierdoor kan er een nieuwe politieke meerderheid gecreëerd worden, een coalitie die de commons verdedigt.
#Tot slot begint het echte proces van de transformatie van de staat tot een partnerstaat. Op veel vlakken van de samenleving zal een sterke decentralisering gebeuren; de overheden zullen niet meer vanuit een centrale positie beslissingen nemen, waardoor zelforganisatie van de burgers primeert. Dit zal bereikt worden via de idee van echteéchte democratie, de idee van diepe participatie (participatieve democratie), enz. (p.119)
 
De partnerstaat is volgens Bauwens dus een verder gedemocratiseerde staat (een [[Onderwijs_in_relatie_tot_P2P/Polyarchie|polyarchie]]). MeerHierin bepaaldwordt de participatieve democratie wordt gestimuleerd: iedereen die bepaalde gevolgen ondergaat, krijgt medezeggenschap. In concreto kan het gaan van inspraak in het verloop van productieprocessen tot de [[Onderwijs_in_relatie_tot_P2P/Commonificatie_van_openbare_diensten|commonificatie van publieke goederen]]: het hebben van gelijke toegang tot openbare diensten en van zo veel mogelijk zeggenschap in het beheer ervan.
 
Deze transformatie is nodig om op beleidsniveau de P2P-gedachten te verankeren. Bauwens meent immers dat P2P niet zonder staat kan, er is een apparaat nodig dat het algemeen belang nastreeft, de markt reguleert, de openbare veiligheid reguleert en de vorming van commons en zelfproductie bevordert. P2P ziet het als én-én: én een krachtige beweging van onderop én een krachtig beleid van bovenaf. Het is dus niet hetzelfde als een terugtrekkende overheid, waarbij zoveel mogelijk regels en wetten gemeden worden en dus ook geen ondersteunend kader wordt geboden bijvoorbeeld inzake infrastructuur (Lievens, 2013).
Regel 36:
==Theoretische duiding==
 
Op de eerste academische conferentie over peer productie, die in 2007 door Bauwens werd georganiseerd, stelde de Italiaanse politicologe Cosma Orsi haar gedachtengoed voor. Het sloot enorm aan bij het P2P-denken en gaf ook mogelijkheden om het P2P-denken uit te breiden. Net zoals Bauwens zocht Orsi naar een alternatieve manier om de samenleving vandaag vorm te geven. Hierbij kwam zij eveneens tot de conclusie dat de staat een andere vorm moetmoest aannemen dan vandaag het geval is. Het begrip partnerstaat dat zij bedacht, gaf hier een invulling aan die na de conferentie ook deel ging uitmaken van het P2P-denken (Orsi, 2007). Haar invulling van de partnerstaat is dus dezelfde als die hierboven beschreven staat; een staat die faciliteert en haarzelforganisatie bij burgers aan zelforganisatie laat doenstimuleert.
 
Haar inspiratie voor het bedenken van deze term haalde Orsi bij de Italiaanse filosoof Salvatore Veca. Hij was bedrijvig in de politieke filosofie die zich bezig houdt met kwesties waarin de relatie tussen sociologie en politicologie aan de orde is. Vanuit zijn interesse in de manier waarop een rechtvaardige samenleving kan worden ingericht, filosofeerde hij over wat hij noemt de 'Stato Sociale Minimo'; een staat die instaat voor een maximalisatie van de mogelijkheden, de autonomie en het welzijn van individuen. Hij was ervan overtuigd dat de samenleving rechtvaardiger kan zijn door een staat die minder stuurt en meer faciliteert. Hetgeen Orsi dus later uitwerkte tot het idee van de partnerstaat (Veca, 2007).
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.