Onderwijs in relatie tot P2P/Motivatie (extrinsieke-, intrinsieke, zelf-): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Vangelis (overleg | bijdragen)
sub
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 7:
|tekstvolgende=
}}
 
 
 
'''Extrinsieke motivatie''' = Bij extrinsieke motivatie ligt de bron voor de motivatie buiten de persoon zelf. Bij extrinsieke motivatie is de persoon gemotiveerd omwille van een materiële of immateriële beloning of om een straf (vb. ontslag, blaam,…) te voorkomen. We kunnen dus spreken van een externe motivatie.
Regel 25 ⟶ 23:
* ''Negatieve zelfmotivatie:''
Bij negatieve zelfmotivatie ga je jezelf motiveren op basis van verplichtingen, eisen en/of verboden. Vaak worden deze verplichtingen, eisen of verboden opgelegd van buitenaf. Hierdoor kan je negatieve zelfmotivatie vaak koppelen aan extrinsieke motivatie.
 
 
== Motivatie (extrinsieke-, intrinsieke-, zelf-) en P2P==
 
Michel Bauwens (2013) gebruikt in zijn boek (p.24-27) deze verschillende soorten motivatie. Hij spreekt zowel over extrinsieke, intrinsieke als zelfmotivatie. Hierbij is het zeer belangrijk om te weten dat extrinsieke en intrinsieke motivatie altijd gekoppeld zijn aan positieve of negatieve zelfmotivatie. Michel Bauwens koppelt intrinsieke of extrinsieke motivatie telkens aan één van de drie productiviteitsrevoluties (Bauwens, 2013).
De eerste productiviteitsrevolutie is het feodalisme, de tweede het kapitalisme en de derde wordt teweeggebracht door peer-to-peer.
Regel 40 ⟶ 36:
 
Maar we kunnen ons natuurlijk wel vragen stellen bij een peer-productie die volledig steunt op intrinsieke motivatie. Want misschien kan niet iedereen erin slagen om enkel te handelen op basis van intrinsieke motivatie en zullen er altijd mensen zijn die enkel willen werken wanneer er iets tegenover staat (extrinsieke motivatie). Daarom haalt Michel Bauwens (2013) aan dat het zeer belangrijk is dat bij een peer-productie het individueel belang samenvalt met het gemeenschappelijk belang.
 
 
==Voorbeeld==
 
Hieronder worden enkele voorbeelden gegeven om het concept ‘motivatie (extrinsieke-, intrinsieke- en zelf-)’ beter te begrijpen:
 
 
Bij Wikipedia worden mensen gedreven door intrinsieke motivatie om een bijdrage te leveren aan een Wikipedia-pagina. Ze doen dit omwille van hun eigen interesse, ambitie, passie,… (intrinsieke motivatie). Men krijgt hier namelijk geen diploma, loon, eer,… voor (extrinsieke motivatie).
 
 
Binnen een bedrijf (bv. Apple) kunnen mensen gedreven worden door intrinsieke en/of extrinsieke motivatie:
Regel 54 ⟶ 46:
* ''Extrinsieke motivatie'': Anderen kunnen dan weer gedreven worden uit pure extrinsieke motivatie. Bijvoorbeeld omwille van het loon, de sociale status,…
* ''Extrinsieke en intrinsieke motivatie:'' Maar het kan natuurlijk ook zo zijn dat een werknemer gedreven wordt door intrinsieke én extrinsieke motivatie. Bijvoorbeeld wanneer iemand voor een bepaalde job heeft gekozen uit interesse en daarom zijn functie goed wil uitvoeren. Maar deze persoon kan daarnaast ook gedreven worden door het loon.
 
 
Het vorige voorbeeld kunnen we natuurlijk ook koppelen aan positieve en/of negatieve zelfmotivatie waardoor mensen binnen een bedrijf gedreven kunnen worden omdat dit samenhangt met extrinsieke en intrinsieke motivatie:
* ''Positieve zelfmotivatie:'' Hierbij gaat men zich motiveren op basis van de eigen gevoelens, wensen… Dit wil dus zeggen dat men zichzelf motiveert om een functie in een bedrijf goed uit te voeren omdat men zich hier goed bij voelt. Het gaat hier dus om interne gevoelens.
* ''Negatieve zelfmotivatie:'' Hierbij gaat men zichzelf motiveren op basis van door buitenaf opgelegde (extrinsieke) of door zichzelf opgelegde (intrinsieke) verplichtingen, eisen, verboden,… Dit wil dus zeggen dat men zijn functie in een bedrijf goed wil uitvoeren om een ontslag te voorkomen.
 
 
==Theoretische duiding==
 
Het begrip motivatie (extrinsieke-, intrinsieke- en zelf-) komt in verschillende theorieën aan bod. Daarom worden hieronder twee belangrijke theorieën uit de psychologie en sociologie kort besproken.
 
 
Een eerste theorie is de X en Y theorie van Douglas Murray McGregor, een sociaalpsycholoog (''Theorie X en theorie Y'', 2014). Hij ontwikkelde de X theorie en Y theorie waarbij elke theorie naar een specifiek mensbeeld verwijst over het functioneren van mensen binnen een organisatie. De X theorie representeert het slechte mensbeeld en de Y theorie representeert het goede mensbeeld.
Theorie X gaat erervan vanuituit dat werknemers lui zijn en zoveel mogelijk werk proberen te vermijden. Een werkgever kan deze werknemers enkel motiveren met behulp van beloning, bestraffing en strikte controle. Theorie X kunnen we dus koppelen aan extrinsieke motivatie.
Theorie Y is de tegenovergestelde theorie en gaat erervan vanuituit dat werknemers graag werken en verantwoordelijkheidszin hebben. Een werkgever kan deze werknemers motiveren door hen erbij te betrekken en inspraak aan hen te geven. Theorie Y kunnen we dus koppelen aan intrinsieke motivatie (Nieuwenhuis, 2010; ''Theorie X en theorie Y'', 2014).
 
 
Een tweede theorie is de verwachtingstheorie van Victor Vroom, een hoogleraar psychologie (''Expectancy theory'', 2014). Bij deze theorie wordt er uitgegaan van het feit dat werknemers zich inspannen voor hun werk op basis van bepaalde verwachtingen. De motivatiesterkte is volgens hem weer te geven met volgende formule:
Regel 76 ⟶ 63:
 
Verwachting staat voor de verwachting die men heeft dat een inspanning voor het werk zal leiden tot een goede werkprestatie.
Instrumentatie staat voor de verwachting dat een goede werkprestatie zal leiden tot goede uitkomsten. Deze uitkomst kan een externe beloning zijn, zoals promotie, geld,….
Valentie staat voor de verwachting dat de uitkomst een bepaalde waarde zal hebben voor de persoonlijke basisbehoeften.
Volgens Vroom (''Expectancy theory'', 2014) kunnen werkgevers hun werknemers enkel motiveren wanneer de werknemers zelf geloven in de volgende zaken:
* Dat er een goede samenhang is tussen de eigen inspanning en de eigen prestatie;
* Dat een goede prestatie zal leiden tot een gewenste beloning;
Regel 84 ⟶ 71:
* Dat het voldoen aan de persoonlijke behoefte de moeite waard is voor de werknemer zelf.
Wanneer werknemers dus inzien dat hun inspanningen zorgen voor een goede uitkomst, zullen ze meer gemotiveerd zijn om goed werk te verrichten (''Expectancy theory'', 2014; Nieuwenhuis, 2010).
 
 
==Externe links==
 
Hier kan u meer gedetailleerde informatie rond motivatie en de theorieën terugvinden:
* http://en.wikipedia.org/wiki/Motivation
Regel 98 ⟶ 83:
* https://en.wikipedia.org/wiki/Expectancy_theory
* https://nl.wikipedia.org/wiki/Verwachtingstheorie
 
 
==Referenties==
 
Applinet B.V. (2014). ''Behoeftepiramide''. Retrieved from http://www.leren.nl/cursus/management/motiveren/maslow.html
 
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.