Lineaire algebra/Kwadratische vorm: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Nijdam (overleg | bijdragen)
Nieuwe pagina aangemaakt met '==Stelling 20.2== De matrix β die bij een symmetrische bilineaire vorm ''B'' op ''V'' hoor,t is symmetrisch. ===Bewijs=== Als <math>(v_1,\ldots,v_n)</math> de...'
(geen verschil)

Versie van 19 apr 2015 22:50

Stelling 20.2

De matrix β die bij een symmetrische bilineaire vorm B op V hoor,t is symmetrisch.

Bewijs

Als   de betrokken basis is, geldt:

 

Stel dat we een symmetrische bilineare vorm hebben, dan is

 

de bijhorende kwadratische vorm. Over deze kwadratische vorm hebben we wat meer informatie:

 

Dus weten we, als het lichaam niet van karakteristiek 2 is, dat

 

Deze formule heet de polaire formule.

Aangezien we met een symmetrische vorm werken, wil dit zeggen dat de matrix ook symmetrisch is. Ook in de omgekeerde richting, aan iedere symmetrische matrix kunnen we een symmetrische vorm linken en bijgevolg een kwadratische vorm.

Basisverandering

We zullen onderzoeken wat er gebeurt bij basisverandering. Stel dat je een nieuwe basis   Dan weten we dat er een inverteerbare matrix   bestaat zodat  . We kunnen dus een vector   op twee manieren ontbinden:

 

Aangezien de coördinaten uniek zijn weten we dat  . Als gevolg zien we dat

 

We kunnen dus besluiten dat bij verandering van een basis met matrix   de matrix van de symetrische bilineaire vorm omgevormd wordt tot  . Opgelet, de matrix   en   zijn niet gelijkvormig.

Definitie:
We noemen twee matrices   congruent als   voor een zekere inverteerbare matrix  .


Matrix van een bilineaire vorm diagonaliseren

Net zoals we met lineaire afbeeldingen gedaan hebben zouden we graag de matrix van een bilineaire vorm diagonaliseren. Deze keer willen we het niet diagonaliseren via gelijkvormigheid maar wel via congruentie. Zoals je in de volgende stelling ziet: we hebben geluk. Iedere matrix is diagonaliseerbaar.

Stelling:
Zij   een vectorruimte met   met een symmetrische bilineaire vorm   en  . Dan bestaat een basis   van   zodat   als  . Dus m.a.w. dat de matrix diagonaal is.


Bewijs:
We bewijzen dit door inductie op  .

Initialisatiestap: controleer voor  : Elke   matrix is een diagonaal matrix dus klop de stelling zeker.

Inductiestap: stel dat de stelling klopt voor alle vectorruimtes t.e.m. dimensie  . Bewijs de stelling nu voor een vectorruimte van dimensie  . Er zijn twee gevallen mogelijk: ofwel geldt  , dan klop de stelling, ofwel bestaan er   waarvoor  . Uit de polaire formule volgt dan dat  . Construeer nu de verzameling

 

We zien dat   een deelruimte van   is, dat   dus is   en tenslotte zien we ook dat   een symmetrische bilineaire vorm is.

Door de inductiehypothese bestaat er een basis   voor   met   als  . Vorm nu de verzameling  , dan geldt nog steeds dat   als  . Als we nu kunnen bewijzen dat die verzameling een basis is, dan is de stelling volledig bewezen. Het is voldoende om te bewijzen dat die verzameling voortbrengend is omdat we al weten dat  .

Neem een willekeurige  . construeer daar uit  .

 

Dus is  . Aangezien   kan   geconstrueerd worden uit een lineaire combinatie van de vectoren   en is die verzameling dus voortbrengend. We besluiten dus dat   en dat   een basis is.


Dit heeft als gevolg dat we in een veld waar   elke kwadratische vorm kunnen schrijven als een lineaire combinatie van volkomen kwadraten na het aanpassen van het assenstelsel.

Voorbeeld

Neem het veld  .   is bepaald door de symmetrische matrix

 

Als we dit in formules zetten krijgen we  . Volgens bovenstaand resultaat kunnen we dit dus tot een lineaire combinatie van volkomen kwadraten omvormen.

 

Dan hebben we als matrix van basis verandering de matrix

 

Deze matrix is inverteerbaar en dus een matrix van basis verandering.

Stelling van Sylvester

Stel dat we met het veld   werken, in de vorige sectie hebben we bewezen dat iedere kwadratische vorm als een lineaire combinatie van volkomen kwadraten kan geschreven worden,  . Als we nu voor alle   de wortel van   nemen, dan krijgen we dat   met  .

We zouden nu natuurlijk hetzelfde willen doen voor het veld dat het meest gebruikt is: het reële veld. In   hebben we ook dat  . Neem nu

 

Aangezien we maar   termen opnemen en niet alle   termen kunnen we veronderstellen dat   is. We kunnen daarenboven nog een afspraak maken dat de eerste   coëfficiënten positief zijn en de laatste   negatief:

 

Dan bestaat er een basis zodat   met

 

Hieruit volgt de stelling van Sylvester:

Stelling:
Het aantal termen   en de signatuur   van een kwadratische vorm is uniek bepaald, onafhankelijk van de gekozen basis.


Bewijs:
We bewijzen de stelling van Sylvester uit het ongerijmde.

Stel dat   en ook   met  . We kunnen veronderstellen dat  . Neem nu

 

In die verzameling hebben we   voorwaarden. Er zijn dus zeker oplossingen buiten de nul oplossing. Neem nu  , dan is   (t.o.v. de eerste basis) en   (t.o.v. de tweede basis). Dus is   en is   dus is   wat een contradictie is. De enige mogelijkheid is dus dat  .


Hieruit volgt dat een symmetrisch bilineair product positief is als   of anders gezegd als de signatuur gelijk is aan   en het is definiet als daarenboven  . Een positief definiet symmetrisch bilineair product wordt ook een inproduct genoemd. Tekst die niet geïnterpreteerd wordt.

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.