Maatschappijleer/Lokaal bestuur/Lokaal Bestuur: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Pbuddenberg (overleg | bijdragen)
Nieuwe pagina aangemaakt met '== Samenvatting == === Hoofdstuk 1: Inleiding === Lokaal bestuur = gemeente = gemeentebestuur = gemeentelijk bestuur De burger is meer in nationale dan lokale po...'
 
Pbuddenberg (overleg | bijdragen)
Regel 32:
 
 
=== Hoofdstuk 2: Burgers en de lokale democratie ===
 
Algemene politieke visies hebben niet alleen op landelijk niveau, maar ook binnen gemeenten
 
betekenis. Hoe lokaal is het lokale bestuur in Nederland?
 
Burgers laten meer zich meer leiden door landelijke overwegingen dan door lokale; ook zijn zij meer
 
in de landelijke politiek geïnteresseerd dan in de lokale.
 
 Burgers hebben meer vertrouwen in het lokale dan in het landelijke bestuur.
 
 Het lokale wordt ook minder bureaucratisch en traag ervaren als het landelijke.
 
 Door geringe afstand participeren burgers meer lokaal.
 
De individuele en de georganiseerde participatie van burgers heeft de rol van politieke partijen
 
veranderd. Ze zijn minder een verbindingskanaal tussen burger en bestuur.
 
De verkiezingen voor de gemeenteraden vinden eens in de vier jaar plaats in maart. Ze worden
 
gehouden volgend het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. (Een kiessysteem waarbij het
 
percentage behaalde zetels bij goede benadering evenredig is met het percentage behaalde
 
stemmen.)
 
Stemmen niet Nederlanders bij raadsverkiezingen:
 
 Minstens 5 jaar woonachtig in Nederland.
 
 Beschikken over een verblijfsvergunning.
 
 Niet in dienst zijn van een andere staat.
 
Landelijke overheersing van lokale verkiezingen.
 
Als verkiezingen redelijk gelijk lopen aan elkaar kan dat positief werken en negatief. Dit heeft te
 
maken met de hoeveelheid zetels. Veel burgers brengen bij gemeenteraadsverkiezingen op grond
 
van landelijke overwegingen hun stem uit. De lokale verkiezingen zijn genationaliseerd. Dit komt
 
doordat in veel gemeenten landelijke politieke partijen domineren.
 
Omdat gemeenteraadsverkiezingen een graadmeter zijn voor de landelijke verkiezingen richten
 
landelijke partijen zich meer op de gemeente. Gevolg is dat lokale thema’s en politieke prestaties
 
naar de achtergrond worden verdreven.  Vicieuze cirkel.
 
Lokale politieke partijen.
 
 Geen binding met een landelijke partij.
 
 Deelname aan verkiezingen in slecht één gemeente.
 
Lokale politieke partijen gaan vaak ten koste van stemmen voor nationale partijen en zijn goed voor
 
ongeveer 20-25% van de stemmen. Lokale partijen zijn ‘gewoner’ geworden. Ze hebben in grote
 
gemeenten vaste grond onder de voeten gekregen.
 
Lokale partijen hebben gemeenschappelijk:
 
 Grote maatschappijvisies ontbreken.
 
 Een of andere bedreiging vormt een belangrijke reden van bestaan.
 
 De leden hebben hartstocht voor hun partij, de gemeente en zijn zichtbaar voor de lokale
 
bevolking.
 
 Beschikken in ogen van landelijke partijen over onvoldoende bestuurlijke vaardigheden.
 
 Spreken graag de taal van de lokale burger.
 
 Richten zich op het helpen van de burger.
 
 Staan voor plaatselijke symbolen.
 
 Zijn apolitiek of antipolitiek. Populisme kan op de loer liggen.
 
Vier factoren die in het voordeel werken van lokale partijen:
 
1. Het eigene en lokale wordt steeds meer gekoesterd.
 
2. Ideologische verflauwing in het voordeel van weinig -ideologische lokale partijen.
 
3. Verschuiving van programma’s naar personen.
 
4. Second order verkiezingen: durf iets anders te stemmen.
 
Twee factoren die in het nadeel werken van lokale partijen:
 
1. Doorzetten nationaliseren van lokale partijen.
 
2. Verleggen van accenten van landelijk naar lokaal.
 
Gemeenteraadszetels tussen de 9 en 45.
 
Belemmeringen voor vrouwen in de politiek:
 
 Beschikten minder over politieke hulpbronnen.
 
 Traditioneel rollenpatroon verlangde vrouw meer bij het gezin.
 
 Psychologie is door aanwezigheid van mannen ook bijna mannelijk geworden.
 
Belangrijke redenen om raadslid te zijn:
 
Dienen algemeen belang, vergroten van de leefbaarheid, opkomen voor zwakkeren, behoud eigene
 
van gemeente, persoonlijke hobby, iemand moet het doen.
 
Problemen van de lokale politiek:
 
 Gemeenteraadsverkiezingen zijn sterk genationaliseerd.
 
 Lokale politiek wordt gedomineerd door landelijke partijen.
 
 Gemeente voert veel landelijk beleid uit.
 
Drie soorten vernieuwing in lokaal bestuur:
 
1. Politieke vernieuwing – relatie overheid en burger.
 
2. Bestuurlijke vernieuwing – inrichting binnenlands bestuur.
 
3. Sociale vernieuwing – nieuw achterstandbeleid en versterking van eigen
 
verantwoordelijkheid.
 
Aanleiding voor streven naar politieke vernieuwing op lokaal niveau was de lage opkomst bij de
 
gemeenteraadsverkiezingen in 1990. Voor een vijftal problemen werd een oplossing gezocht:
 
1. De vervlechting van de lokale met de nationale politiek.
 
2. De vervlechting tussen politiek en bestuur binnen de gemeente.
 
3. De zwakke positie van de gemeenteraad.
 
4. De afstand tussen de lokale politiek en de burger.
 
5. Het streven van de politiek om teveel zelf te willen doen.
 
== Begrippen ==
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.