Jungiaans woordenboek/G: verschil tussen versies

*'''Gewaarwording''' - Jung onderscheidt in zijn [[Jungiaans woordenboek/P|persoonlijkheidsleer]] twee algemene houdingen – introversie en extraversie; en vier functies – [[Jungiaans woordenboek/D|denken]], [[Jungiaans woordenboek/V|voelen]], [[Jungiaans woordenboek/G|gewaarwording]] en [[Jungiaans woordenboek/I|intuïtie]] - die bepalen tot welk persoonlijkheidstype iemand behoort. Omdat er geen redeneren of oordelen aan te pas komt, is gewaarwording net als intuïtie een 'irrationele functie'. Gewaarwording (zintuiglijke waarneming) betreft alle innerlijke en uiterlijke prikkels die op iemand afkomen en zijn gedrag bepalen. Over de vier [[Jungiaans woordenboek/F|psychologische functies]] zei Jung ('Man and his Symbols'): ''Terwijl de functie van gewaarwording zegt "dat er iets is", zegt het denken "wat het is", de functie van het voelen "of het aangenaam is of niet", en intuïtie "wat de herkomst en de bestemming is".'' Jung maakte verder onderscheid tussen extraverteintroverte en extraverte gewaarwordingstypes.