Belangrijk: Wanneer een zelfstandig naamwoord wordt aangegeven in het woordenboek of in het vocabulaire van een leerboek zoals dit, worden meestal zowel de nominatief enkelvoud als de genitief enkelvoud gegeven. De reden hiervoor is dat de nominatief alleen vaak niet voldoende informatie geeft over de volledige verbuiging.
=== Nominativus ===
De nominativus is in het Nederlands het onderwerp, in het Nederlands is dit dus:
* De ''jongen'' loopt naar school.
De nominativus geldt ook als het naamwoordelijk gezegde, in het Nederlands is dit dus:
* De jongen is ''snel''.
===Vocativus===
De vocativus wordt gebruikt wanneer men iemand wil aanspreken:
*''Jongen'', wil je dit cadeau aan je leraar geven?
===Genitivus===
De genitivus wordt in het Nederlands vertaald met ''van'', dus:
*De motor ''van de auto'' wilt niet starten.
===Dativus===
De dativus wordt vertaald als het meewerkend voorwerp, aanvulling bij werkwoorden en bijvoeglijke naamwoorden, na voorzetsels, als middel (met) en oorzaak (door) en als bezit:
*De jongen geeft een cadeau ''aan de leraar''.
===Accusativus===
De accusativus is in het Nederlands het lijdend voorwerp: