Geschiedenis van de filosofie/Renaissancefilosofie: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
wb-links |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 4:
De '''filosofie van de renaissance''' was een periode uit de Europese geschiedenis van de filosofie die ruwweg te situeren valt tussen de middeleeuwen en de periode van de verlichting. Vaak wordt ook de 15e eeuw ertoe gerekend en sommige wetenschappers gaan zelfs zo ver om de hele periode vanaf 1350 tot de vroege 17e eeuw er in onder te brengen - met inbegrip dus van reformatie en vroegmoderne tijd. Kenmerkend voor de renaissancefilosofie is de aandacht voor en de opleving van de antieke filosofie, met [[Plato]] en [[Filosofisch woordenboek/A|Aristoteles]] als toonaangevende figuren, en het enthousiasme voor alles wat met [[Portaal:Esoterie|occultisme]] en [[Heksenwoordenboek/H||hermetisme]] te maken heeft.
De renaissancefilosofie wendt zich van de middeleeuwse [[Filosofisch woordenboek
Een filosofisch bastion in het denken van Aristoteles bleef de universiteit van Padua. Daar bestudeerde [[w:Pietro Pomponazzi|Pietro Pomponazzi]] (1462–1524) de teksten van Aristoteles zonder bemiddeling van het [[Filosofisch woordenboek/T|Thomisme]] en [[Filosofisch woordenboek/A|Averroes]]. In het algemeen kan gezegd worden dat het [[Filosofisch woordenboek/T|theocentrisme]] van de Middeleeuwen plaats maakte voor een [[Filosofisch woordenboek/A|antropocentrische]] wereldbeschouwing. Een wijdverbreide houding onder de geleerden van de renaissance werd het [[Filosofisch woordenboek/H|humanisme]].
|