Maatschappijleer/Toets: Media: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Pbuddenberg (overleg | bijdragen)
Pbuddenberg (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 14:
Let op: Verwijs bij alle bronnen zowel in het document als in de literatuurlijst volgens de APA-richtlijnen.
 
=== PTA ===
 
Wat is het PTA dat voor deze klas geldt? Wat heb je toegevoegd aan dit PTA om te voldoen aan de eisen
aan een PTA?
 
=== Constructive alignment ===
 
Leg voor de lezer die onbekend is met deze term kort (!) uit wat deze term betekent.
 
=== Beoogde leerresultaten ===
 
Welke leerdoelen (SMART) heb je je gesteld behorende bij de lessen die je over het af te toetsen
Regel 29:
opschrijft.
 
=== Leer- en onderwijsactiviteiten ===
== Toetsmatrijs ==
 
Kun je laten zien, bijv. met een kopie van je studiehandleiding in de bijlage (waar je in je tekst naar
verwijst), waarover je lessen gaan zodat alle leerdoelen worden gedekt?
 
=== Toetsactiviteiten ===
 
Voor welke toetsvorm kies je op basis van jouw leerdoelen?
En voor wat soort vragen stel je als het een schriftelijke toets betreft en waarom?
(Als je volledig wilt zijn in je studiehandleiding, dan besteed je aan 1.3, 1.4 en 1.5 aandacht in deze
handleiding.)
 
== Schriftelijke toets ==
 
=== Toetsmatrijs ===
 
{| class="wikitable
Regel 86 ⟶ 100:
|}
 
=== Toets voor leerlingen ===
 
: Dit schoolexamen bestaat uit 75 vragen.
Regel 94 ⟶ 108:
 
 
==== Vraag x ====
2 punten
 
Regel 103 ⟶ 117:
: d. versturen en verzamelen
 
==== Vraag x ====
2 punten
 
Regel 112 ⟶ 126:
: d. Muhsen moet een keuze maken tussen tussen twee taartpunten en kiest het grootste stuk.
 
==== Vraag x ====
3 punten
 
Regel 129 ⟶ 143:
: d. Reclamemakers hebben een socialiserende functie, journalisten niet.
 
==== Vraag x ====
4 punten
 
Regel 152 ⟶ 166:
<br />
 
==== Vraag x ====
 
{| class="Wikitable"
Regel 173 ⟶ 187:
Vraag x t/m x gaan over bovenstaande tekst.
 
==== Vraag x ====
2 punten
 
Regel 191 ⟶ 205:
: d.
 
==== Laatste vraag ====
geen punten
 
; Schat je eigen cijfer.
 
=== Correctievoorschrift ===
 
{| class="wikitable" style="vertical-align: top;"
Regel 247 ⟶ 261:
|}
 
=== Normeringstabel ===
 
{| class="wikitable"
Regel 262 ⟶ 276:
|}
 
=== Kwaliteitscheck ===
 
=== Inhoudsvaliditeit ===
* de toets meet wat hij moet meten (reproductie, begrip, toepassen,
rekenen)
Regel 275 ⟶ 288:
bronnen enzovoort)?
 
==== Betrouwbaarheid ====
– je kunt vooraf inschatten wie goed scoort en wie niet.
– je kunt aangeven welke vraag hoog scoort en welke niet.
Regel 282 ⟶ 295:
– de vragen zijn multi-interpretabel.
 
==== Antwoordmodel aanwezig ====
– uitgewerkt per opdracht.
 
==== Puntentoekenning voor leerlingen helder aangegeven ====
– totaal aantal punten.
– deelscores.
– uitsplitsing deelscores.
 
==== Gebruik taxonomie ====
– noemen, herkennen, aanwijzen, definiëren, vinden, kiezen, onderstrepen
– invullen, citeren.
Regel 299 ⟶ 312:
– monitoren, testen, beoordelen, rapporteren, bijstellen, ontwerpen.
 
==== Lay-out overzichtelijk ====
– lettertype en grootte.
– bronnen.
– regelafstand.
 
==== Opmerkingen ====
Deze toets is een voorbereiding op het centraal examen. Zij moet een enigszins
voorspellend beeld geven.
 
== Alternatieve toets ==
 
- Maatschappelijk probleem (benaderingswijzen) 40%
Regel 314 ⟶ 327:
- Samenwerken / communiceren 20%
 
=== Rubric en totstandkoming cijfer ===
 
Waarschijnlijk kies je ervoor om ‘vaardigheden’ in de alternatieve toets (bijv. een praktische opdracht) te
verwerken. Dat betekent al snel dat je makkelijker met een rubric met een beoordelingsschaal kunt
werken om te checken of leerlingen bepaalde competenties laten zien (en in welke mate). In H8 van
“Toetsen op school” kun je hier meer over lezen.
Geef aan op welk niveau van Bloom je wil dat leerlingen vooral bezig zijn (dit mag als losse toelichting bij
de rubric). Zeker als leerlingen een hoger niveau van Bloom moeten halen, weet je dat je de leerlingen in
de opdrachtformulering meer sturing moet geven. Let hier dus extra goed op bij het construeren van de
alternatieve toets of opdracht.
Geef de lezer én de leerlingen die je rubric lezen mee hoe je tot een cijfer komt. Dit heeft te maken met
de beoordelingsschaal die je kiest.
 
=== Alternatieve toets voor leerlingen ===
 
Zet bovenaan de toets een toets- of opdrachtinstructie voor de leerlingen. Vertel ook waarop je
beoordeelt en hoe je (in het geval van groepswerk) een cijfer bepaalt. Geef aan uit hoeveel woorden de
opdracht mag bestaan, et cetera. Zorg dat de leerling weet wat er van hem of haar wordt verwacht. Ook
moment en tijdstip en wijze van inleveren zet je in zo’n instructie.
Het moet voor je leerlingen helder zijn waarop ze worden beoordeeld.
Stel ook hier weer een paar checkvragen (bedenk dus ook wat jij relevant vindt om terug te vragen).
 
=== Kwaliteitscheck ===
 
* de toets meet wat hij moet meten (reproductie, begrip, toepassen,
rekenen)
* gaat de toets over de opgegeven stof?
* is eerder opgegeven stof nodig om de toets te kunnen maken?
* heeft de leerling voldoende kunnen oefenen om de toets te kunnen
maken?
* is de leerling bekend met het soort vragen (open/gesloten/meerkeuze)?
* is de leerling bekend met het soort vaardigheden (rekenen, data-analyse,
bronnen enzovoort)?
 
==== Betrouwbaarheid ====
– je kunt vooraf inschatten wie goed scoort en wie niet.
– je kunt aangeven welke vraag hoog scoort en welke niet.
– de toets ligt in lijn met vorige toetsen en toekomstige toetsen.
– de vragen zijn helder en duidelijk geformuleerd.
– de vragen zijn multi-interpretabel.
 
==== Antwoordmodel aanwezig ====
– uitgewerkt per opdracht.
 
==== Puntentoekenning voor leerlingen helder aangegeven ====
– totaal aantal punten.
– deelscores.
– uitsplitsing deelscores.
 
==== Gebruik taxonomie ====
– noemen, herkennen, aanwijzen, definiëren, vinden, kiezen, onderstrepen
– invullen, citeren.
– verklaren, verhelderen, beschrijven, bewijzen, vertalen, voorbeelden geven,
– toelichten, uitleggen, vergelijken, concluderen, onderbouwen.
– selecteren, indelen, bepalen, samenhang vinden, integreren, schetsen,
– analyseren, aantonen, bekritiseren, controleren, coördineren, ontdekken,
– monitoren, testen, beoordelen, rapporteren, bijstellen, ontwerpen.
 
==== Lay-out overzichtelijk ====
– lettertype en grootte.
– bronnen.
– regelafstand.
 
==== Opmerkingen ====
Deze toets is een voorbereiding op het centraal examen. Zij moet een enigszins
voorspellend beeld geven.
 
== Nawoord ==
 
- Geef hier een korte reflectie op het maken van je toetsdossier, of je de lessen ondersteunend vond voor
== Alternatieve toets voor leerlingen ==
wat je geacht werd te doen.
- Blik ook kort terug op wat je vooral hebt geleerd van dit toetsdossier en wat je lastig / leuk vond, et
cetera.
- Geef aan wat je hebt gehad aan het doen van een vierogenprincipe (peer-feedback).
 
== Bronnen ==
 
Literatuur
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.