Maatschappijleer/Lokaal bestuur/Lokaal Bestuur: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
fix lintfouten: https://nl.wikibooks.org/wiki/Speciaal:LintErrors/misnested-tag |
k spelling |
||
Regel 84:
Vier factoren die in het voordeel werken van lokale partijen:
# Het eigene en lokale wordt steeds meer gekoesterd.
# Ideologische verflauwing in het voordeel van weinig
# Verschuiving van programma’s naar personen.
# Second order verkiezingen: durf iets anders te stemmen.
Regel 229:
Spelregels die ten grondslag lagen aan de vorming van de afspiegelingscolleges (wethouderszetels worden geheel conform de getalsmatige verhoudingen in de raad verdeeld): Depolitisering, zakelijkheid, geheimhouding en evenredigheid.
Eind ’60, begin ’70 door ontzuiling nam de populariteit van afspiegelingscolleges af. → Meerderheids-
Programcollege: Colleges waaraan aan programma ten grondslag ligt.
Regel 252:
Kenmerken van wethouders:
* Nog niet één op de vijf wethouders is een vrouw.
* Afkomstig uit de overheidssfeer of
* Afkomstig uit bedrijfsleven, agrarische sector, zelfstandig beroep.
* Hoog opgeleid.
Regel 354:
; Subsidiariteitsbeginsel
: Besluitvorming en uitvoering vinden zo veel mogelijk plaats op het laagst mogelijke bestuursniveau (lokaal bestuurlijk). Alleen wanneer het voor een effectieve oplossing nodig is, of om beleidslijnen vast te stellen, wordt het op centraal niveau georganiseerd.
: Deze opvatting
https://nl.wikipedia.org/wiki/Floor_Wibaut
Regel 405:
Drie dimensies van het gemeentelijk takenpakket:
# Formele onderscheid tussen autonome taken en opgedragen (medebewind)
# Onderscheid tussen autonoom en medebewind niet zo scherp.
# De materiële beleidsvrijheid bij bewindstaken voor gemeenten groter dan de beleidsvrijheid die de gemeentelijke autonomie biedt.
Regel 461:
artikel 12
aspiratieniveaus
auteurs
|