Duits/Woordenlijst Nederlands-Duits: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 12:
alles - Alles <br />
alstublieft - bitte <br />
amper - kaum <br />
appel - Apfel ''m'', + <br />
avond - Abend ''m'', -e <br />
Regel 21 ⟶ 22:
bedankt - danke<br />
beetje - Bisschen <br />
bellen - anrufen ''of'' telefonieren <br />
bericht - Nachricht ''v'', -e<br />
bier - Bier ''o'', -e <br />
bij - bei <br />
bij voorbaat - im Vorhaus<br />
blaffen - bellen <br />
blauw - blau <br />
boerderij - Bauernhof, ''m'', -e +<br />
boven (voorzetsel) - über
brood - Brot ''o'', -e<br />
brug - Brücke ''v'' -e <br />
bus - Bus ''m'', -se <br />
buur(man) - Nachbar ''m'', -n<br />
==C==
conducteur - Schaffner ''m'' <br />
conductrice - Schaffnerin ''v'' -nen <br />
==D==
Regel 39 ⟶ 48:
dessert - Dessert ''o'', -s <br />
dicht - geschlossen <br />
door - durch ''of'' von <br />
drankje - Getränk ''o'', -e <br />
Regel 48 ⟶ 58:
==G==
gaan - gehen <br />
geachte heer - geehrter Herr<br />
geachte mevrouw - geehrte Frau<br />
geduld - Geduld ''v''<br />
geel - gelb <br />
geïnformeerd - informiert <br />
goed - gut ''of'' richtig <br />
goedendag - Guten Tag <br />
graag - gern(e) <br />
groen - grün <br />
groente - Gemüse ''o'' <br />
Regel 61 ⟶ 74:
hebben - Haben<br />
heer - Herr, ''m'', -en<br />
hen (persoonlijk voornaamwoord) -
helpen - hilfen <br />
het - die/der/den/das<br />
heten - heißen <br />
hoe - wie <br />
hotel - hotel ''o'' <br />
hij - er <br />
huis - Haus, ''o'', -er + <br />
huiswerk - Hausaufgaben ''v'', meerv. <br />
hun (bezittelijk voornaamwoord) -
hun (persoonlijk voornaamwoord) -
==I==
IJs - Eis ''o'' <br />
ik -
in - in <br />
in der Nähe von - in de buurt van
==J==
ja - ja <br />
jij, je - du <br />
jawel, toch wel - doch <br />
jullie (onderwerpsvorm) -
jullie (voorwerpsvorm) -
==K==
Regel 96 ⟶ 112:
==M==
man - Mann ''m'', +, -er<br />
met - mit <br />
metro - U-bahn ''v'', -en<br />
mevrouw - Frau <br />
Regel 103 ⟶ 120:
==N==
naar - zu ''of'' nach <br />
naast - neben <br />
nacht - Nacht ''m'' <br />
nagerecht - Nachtisch ''m'' ''of'' Dessert ''o'' <br />
nee - nein <br />
nodig hebben - brauchen <br />
==O==
ontbijt - Frühstück ''o'' <br />
om - um <br />
ons - uns<br />
oom - Onkel ''m'' <br />
op - auf <br />
open/geopend - offen, geöffnet ''of'' auf <br />
oranje - orange <br />
over - über <br />
==P==
paard - Pferd ''o'', -e<br />
paars - lila <br />
pardon (tussenwerpsel) - Enschuldigung <br />
parkeerplaats - Parkplatz ''m'' <br />
Regel 126 ⟶ 149:
rekeningnummer - Kontonummer ''v'', -n <br />
reservatie - Reservierung ''v'', -en <br />
rijden - fahren <br />
rood - rot <br />
roze - rosa <br />
==S==
salade - Salat ''m'', -e<br />
sap - Saft ''m'', -e + <br />
sinds - seit <br />
slecht - schlecht <br />
spier - Muskel ''m'', -n <br />
station - Bahnhof ''m'', -e + <br />
straat - Straße ''v'', -n <br />
==T==
tegen - gegen <br />
thee - Tee ''m''<br />
trein - Zug ''m'', -e + <br />
Regel 142 ⟶ 171:
==V==
vaak - oft <br />
van - von <br />
veel - viel <br />
vegetarisch - vegetarisch <br />
Regel 149 ⟶ 180:
vliegveld - Flughafen ''m'', + <br />
voor - für<br />
vragen - fragen ''of'' bitten <br />
vrouw - Frau ''v'', -en<br />
==W==
waar - wo <br />
wachten (w.w.) - warten<br />
waarom - warum <br />
was (ovt van ''zijn'') - war <br />
wat - was
water - Wasser ''o'' <br />
weinig - wenig <br />
weliswaar - zwar <br />
welke - welche <br />
wie - wer <br />
wij - wir<br />
wijn - Wein ''m'', -e <br />
wit - weiß <br />
worden - werden<br />
Regel 167 ⟶ 206:
zijn (werkwoord) - sein <br />
zijn (bezittelijk voornaamwoord) - sein <br />
zwart - schwarz <br />
zullen - werden <br />
=Idioom=
Is hier een camping? - Gibt es hier einen Campingplatz? <br />
Het maakt me niets uit/Het kan me niets schelen. - Es ist mir egal. <br />
Daar heb ik niets aan. - Das nützt mir nichts. <br />
Is hij op de hoogte? - Weiß er Bescheid? <br />
<!-- ----- Hieronder onderhoudsmeldingen, niet verwijderen ----- -->
| |||