2.881
bewerkingen
k (→Stellingen) |
(→Stellingen: 50 medelijden en Doe wel en wees blij, links) |
||
# Als een onjuist idee (een valse voorstelling) een positieve kant heeft, blijft die in stand tegenover de waarheid.
* 50. '''Medelijden''' (Latijn: ''commiseratio'') is voor de mens die verstandig leeft als zodanig slecht en nutteloos.
:::''Bewijs'': Medelijden is droefheid ([[Spinoza_Ethica/Deel_3#Definities_van_de_gevoelens|Definitie 18]]) en als zodanig slecht (Dit deel Stelling 41). Het goede dat deze emotie met zich meebrengt, namelijk iemand proberen te helpen ([[Spinoza_Ethica/Deel_3#Stellingen|Deel 3 Stelling 27, bijkomende stelling 3]]), willen we alleen door het verstand (Dit deel Stelling 37 van dit deel). We kunnen iets alleen maar op voorschrift van het verstand doen, als we zeker weten dat het goed is (Dit deel Stelling 27). Medelijden is dus bij iemand die verstandig leeft slecht en nutteloos. [[w:nl:Quod erat demonstrandum|QED]].
::::''Corollarium'' (Bijkomende stelling): Hieruit volgt, dat de mens die verstandig leeft, medelijden zoveel mogelijk probeert te voorkomen.
:::''Scholium
* 51. '''Begunstiging''' ('''genegenheid''', Latijn: ''Favor'') is niet in strijd met het verstand, maar kan daarmee kloppen en eruit voortkomen.
* 52. '''Tevredenheid met zichzelf''' (Latijn: ''acquiescentia in se ipso'') kan uit het verstand voortkomen en is dan de hoogst mogelijke.
|