Onderwijsarchitect/Werkwijze: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 41:
Om de gewenste leeractiviteiten te bepalen is het belangrijk terug te blikken op de soort kennis en vaardigheden die moeten worden aangeleerd (zoals blijkt uit de leerdoelen). Vervolgens kan de onderwijsontwerper kiezen of de vastgestelde vaardigheden vooral cognitief, metacognitief (denken over leren), motorisch, affectief of sociaal van aard zijn? Vanuit deze verkenning van kennis en vaardigheden kan de onderwijsontwerper uit een bak met twee soorten leeractiviteiten kiezen in zijn ontwerp; reproductief (oppervlakkig<ref name="FANCHAMPS">{{citeer boek|Achternaam = Fanchamps, J. |Titel = ''Ergens goed in worden: Johan van der Sanden en zijn beroepsonderwijs''|Datum = 2006| Uitgever=Garant|ISBN=9044120727}}</ref>) of productief<ref name="HAENEN">{{citeer boek|Achternaam = Haenen, P.P.|Titel=''De vorming van wetenschappelijke begrippen: Davydov op de basisschool''|Datum =1986 | Uitgever = Pedagogische Studiën| URL = http://igitur-archive.library.uu.nl/ivlos/2008-1015-200753/UUindex.html}}</ref>.
 
==Organisatie==
===Werkvormen===
De onderwijsontwerper kan niet simpelweg een opsomming van de gewenste leeractiviteiten maken. Hij dient deze zodanig te organiseren dat duidelijk is hoe ze samenwerken aan een gesteld leerdoel? Daartoe dient de onderwijsontwerper aan te geven welke didactische werkvormen leiden tot welke leeractiviteiten. De leeractiviteiten doen immers de studenten. De docent kan deze alleen aanzetten door het gebruik van didactische werkvormen. De onderwijsontwerper moet deze werkvormen bedenken en beschrijven in relatie met het leerdoel, onderwerp en leeractiviteiten.
Regel 61 ⟶ 60:
*           Groepsonderzoek.
 
 
==Onderbouwing==
===Eigenwijs===
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.