Leer jezelf ecologisch tuinieren/Zaad: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Vangelis (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Lintfouten: Verouderde HTML-elementen
 
Regel 2:
{{Leer jezelf ecologisch tuinieren|Afbeelding=Celery_seed.jpg}}
== Winnen van het zaad ==
Het is lastig om een of meer planten te laten staan voor zaadwinning als je de anderen weghaalt. Vooral in de moes- en kruidentuin zal dit het geval zijn.</br>
Je kan op een speciaal stuk zaaien voor de zaadwinning, maar dan zie je niet welke planten het best zijn, ten opzichte van de anderen waar je op wilt selecteren (vroege of late ontwikkeling, laat doorschieten en zaad vormen, mooie sterke plant, grootte enz.), om mee door te telen. Je kan ook de geselecteerde gewassen overplanten naar een speciaal zaadwinplekje of ze merken door er een gekleurd draadje om te binden.</br>
Door zorgvuldige selectie kunnen de eigeschappen verbetert worden. Vaak zijn minstens twee planten (liefst meer) nodig voor een goede bevruchting, behalve bij planten die niet afhankelijk zijn van kruisbestuiving.</br>
Voor zaadwinning kies je altijd planten die geteeld zijn uit biologisch zaad. Hybriden (op de verpakking saat dan hybride of de letter F met een cijfer) zijn ongeschikt.
=== Waar moet je op letten ===
Laat altijd wat meer planten staan voor zaadontwikkeling. Uiteindelijk kies je de planten met de beste eigenschappen. Zieke planten verwijderen want de ziekten gaan mee over met de zaden. Controleer dat regelmatig.</br>
Een plant die je bestemd voor zaad heeft voldoende voedsel nodig. Een goede compost is een pré. Voor extra spore-elementen kan je wat basaltmeel toevoegen, de plant zorgt zelf voor de verdeling.</br>
Controleer ook regelmatig de waterhuishouding, zeker op lichtere grond. Een goede bodembedekking houdt het vocht langer vast. Bij lange droogte dus bijtijds water geven.</br>
Gewassen die tot dezelfde familie behoren mogen niet gelijktijdig bloeien om verbastering te voorkomen (er zijn uitzonderingen). Meestal geeft dat ongewenste afwijkingen in het nakamelingenschap. Ook late en vroege variëteiten beter niet gelijktijdig laten bloeien. De eigenschappen kunnen zich dan vermengen. Alle koolsoorten verbasteren makkelijk. De zaden zijn gemiddeld vijf jaar kiemkrachtig en er kan dus om beurten zaad van worden gewonnen.</br>
Bijvoorbeeld:
: eerste jaar [[../Spruitkool|spruiten]]
Regel 26:
Ontwikkeling van eenvormige stengels. Peulen die een groot aantal zaden bevatten hebben de voorkeur. Kies de productieve planten.
=== Voorbereiding, opvang en bescherming ===
Gebruik bij voorkeur geen bestrijdingsmiddel (ook geen biologische). Het doel moet zijn krachtige, gezonde zaden te telen. Alleen de gezonde gewassen mogen zich voortplanten. Als een gewas aangevallen wordt door (schadelijke) insecten (bijvoorbeeld bladluizen) heeft dat te maken met zwakke, niet leefbare delen. Verwijder deze delen zodat het voedsel dat de plant opneemt ten goede komt aan de overblijvende delen.</br>
Win tenminste twee soorten zaad. Een vroege soort waarvan bleek dat die goed tegen de kou kon en een late soort die de warmte en droogte goed verdroeg.
==== Zaaddragers steunen (<big><big><big><bigspan style="font-size: xx-large;"><sub>∞</sub></big></big></big></bigspan>) ====
Steun de (groenten)planten die je gebruikt voor het winnen van zaad. Doordat de bloeiwijze langer wordt is die bevattelijk voor wind en regen. Zet een stok bij de plant en bind de stengel daaraan vast. Dan wordt voorkomen dat de stengel knikt of afbreekt wat problemen geeft bij het voedsel- en watertransport met als gevolg minderwaardig en zwak zaad. Doe dit wel op tijd zodat je de wortels niet beschadigd.</br>
Bind de stengels niet te vast zodat bij dikker worden ze niet worden afgekneld en verwond. Het beste is van het bindmateriaal een acht te vormen met het ene lusje om de stok en het andere om de plant.
==== Beschutting tegen regen en wind ====
Regel 36:
Als het zaad zich begint te vormen kan je het beste gaasdoek om de plant binden zodat de vogels je zaadjes niet kunnen opeten. Voordeel is ook dat het rijpe zaad niet op de grond valt maar opgevangen wordt door het doek. Je kan hier oude vitrage voor gebruiken. Dat is fijnmazig genoeg om zelfs de kleinste zaadjes binnen te houden.
== Oogsten van het zaad ==
Over het algemeen is het zaad rijp als de bloemstengels en zaadomhulsels gaan verkleuren. Sommige planten verliezen hun zaad dan gemakkelijk. Je kan dat voorkomen door te zorgen voor opvang (zie hiervoor). Planten die niet eenvoudig hun zaad verliezen kan je het best vroeg in de ochtend oogsten. De luchtvochtigheid is dan het hoogst. De zaadomhulsels krimpen door het vocht en laten de zaden niet los. </br>
Laat alles wel goed nadrogen na het oogsten in een goed beluchte, droge ruimte. Nooit op de verwarming. Een te snelle droging zorgt voor gerimpeld of gebarsten zaad. Matig verwarmde ruimte is het meest geschikt.
== Bewaren van het zaad ==
Regel 42:
== Verder ==
Bij de gegevens op de betreffende pagina van het gewas staat verder hoe je om moet gaan met het telen van zaad. Je kan deze opzoeken via het [[../Register|register]].
{{subSub}}
 
{{sub}}
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.