Geo-visualisatie/Inleiding Cartografie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Nijeholt (overleg | bijdragen)
k globe toegevoegd
allerlei
Regel 100:
:*'''statisch en interactief'''. De kaart is 'klikbaar', maar de factor tijd zit er niet in. Via de legenda kunnen lagen worden aan- en uitgezet en/of er kan op de kaart worden in- en uitgezoomd. Gegevens uit een onderliggende database (bijvoorbeeld: de benodigde vergunning voor die locatie of dat object) verschijnen na een klik. Voorbeeld1: De kaart van Noord-Amerika. Zweef je boven een land, dan komt de naam ervan onder je cursor in beeld. Klik je er op dan komt een andere site (hier: een dummy link) in beeld. Een leuke toepassing dus. Maar het tweede voorbeeld gaat een stuk verder, en is in feite bijna een complete GIS-viewer; zie [http://www.zorgatlas.nl/ Nationale Atlas Volksgezondheid], zoals die door het RIVM wordt gemaakt met onder andere flash-technieken. Overigens, met statisch wordt niet bedoeld dat de data niet wijzigt, maar dat de kaart geen tijdsaspect in zich heeft. Dus de onderliggende data kan op de achtergrond door de webbeheerder / gegevensbeheerder wel worden gewijzigd.
 
:*'''dynamisch en niet actief'''. Denk aan animated-GIF, zoals die op internet zijn te vinden van een tsunami die zich over de Oceaan beweegt (o.a.: [http://walrus.wr.usgs.gov/tsunami/GIFanimation.html Tsunami animated-GIF] van de Amerikaanse overheid). Wanneer een serie ´normale´ digitale kaarten achter elkaar wordt gezet, kan een bepaalde ontwikkeling in de tijd worden weergegeven. Zie ook het voorbeeld van de kolonisatie en politieke opdeling van Australië. Soms is de vraag of de kaart niet beter als een serie kaarten naast elkaar had moeten worden geplaatst... Sommige Animated GIF's worden door gebruikers ronduit irritant gevonden; ze leiden de aandacht af van de tekst. Daarnaast wordt het tempo gedicteerd, waardoor het nauwkeurige bestuderen van de verschillen en veranderingen, op het tempo van de kaartlezer, niet mogelijk is. Het tweede voorbeeld, met de uitbreiding van het sneeuwoppervlak, is simpeler van opzet, en daardoor beter volg- en leesbaar voor een kaartlezer. Misschien dat de naam van de maaandmaand nog in het plaatje verwerkt had moeten worden. Animated GIF's kunnen eenvoudig worden gemaakt door meerdere (gif of andere raster) bestanden achter elkaar te plaatsen. Software hiervoor is eenvoudig op Internet te vinden.
 
:*'''dynamische en actief'''. De kaart is een animatie waarbij de gebruiker ook zelf kan bepalen wat (nog meer) getoond moet worden, hoe snel dit moet gebeuren, en welke (eigen data) moet worden toegevoegd.
Regel 106:
===Topografische en thematische kaarten===
[[Afbeelding:Topografische_kaart_Hoogeveen_1910.jpg|thumb|250px|Een '''topografische kaart''' rond Hoogeveen uit 1914]]
[[Afbeelding:800nc ex leg.jpg|thumb|250px|Een '''thematische kaart''', Paleografische kaart (bodemontstaanswijze) van Nederland 800 Nana Christus]]
Er zijn twee soorten kaarten wanneer naar '''inhoud''' van een kaart wordt gekeken:
* 1) '''Topografische kaarten'''. Deze geven de locaties (x- en y- coördinaten) weer van objecten, zoals rivieren, plaatsen, wegen, monumenten, administratieve grenzen, enzovoort.
Regel 115:
Bij topografische kaarten wordt vaak gedacht aan enkel en alleen grootschalige topografische kaarten, zoals de Topografische Kaart van 1:25.000 zoals de Topografische Dienst Kadaster die maakt. Echter, topografische kaarten met een kleinschalig karakter bestaan ook, al worden die meestal referentiekaarten (Engels: reference maps), of overzichtskaarten genoemd. In de strikte zin van het woord is echter een wereldkaart met steden, rivieren en landgrenzen net zo goed een topografische kaart als een kaart van 1:25.000 waarop dorpen, beken en gemeentegrenzen staan.
 
:Bij thematische kaarten wordt een overdachte, beperkte selectie van objecten en toponiemen (namen) uit topografische kaarten gebuiktgebruikt om de spreiding van de verschijnselen goed te kunnen interpreteren / lokaliseren. Alleen indien een causaal verband is of aangetoond dient te worden met een ander thema, is het verstandig om twee of meerdere thema's te combineren in één kaart. Een voorbeeld is het aantal doden per snelweg (thema1) dat op dezelfde kaart voorzien wordt van een achtergrondkaart met het aantal zijwegen (thema2) en de drukte van de wegen (thema3). Hier dient wel zorgvuldig mee omgegaan te worden, de kaart dient leesbaar te blijven.
 
:De selectie van topografische namen en objecten op thematische kaarten is afhankelijk van: de doelgroep, de schaal, de spreiding van het thema / verschijnsel, en de relatie van het thema met die objecten. Bij een kaart met 'hoeveelheden interstedelijk watertransport' zullen de rivieren met hun namen niet mogen ontbreken. Daarbij moeten een dergelijke selectie zo minimaal mogelijk zijn; het thema is belangrijker. De grootte van de kaart zoals die uiteindelijk wordt afgebeeld is ook van belang; alles moet (snel) leesbaar zijn. Bijvoorbeeld, is die kaart voor op een A3 formaat in een gedetailleerd rapport voor specialisten die alle tijd hebben om dit te bestuderen, of is het voor een A0-formaat die in een zaal nog goed en snel leesbaar moet zijn?
Regel 129:
 
Twee voorbeelden van schematische kaarten worden getoond.
* Die van de HSL-Zuid toont alleen het noorden ongeveer juist, alle bochten zijn uit het tracé gehaald op deze kaart. Dat is géén probleem; het tracé zelf, met alle kenmerken onderweg wordnwordt perfect weergegeven, onnodige details zijn er uitgelaten.
* Die van de metro-lijn toont de metro-stations uit elkaar getrokken. Lange trajecten zonder metrostations worden ingekort, korte trajecten worden uitgetrokken. Het voordeel is dat de kaartlezer perfect alle metrostationsnamen envan hunmetrostations namen erbij makkelijkperfect kan lezen. Het is een zeer gebruiksvriendelijke kaart. De eerste van een dergelijke metrokaart werd ontwikkeld door Harry Beck in 1933 voor de Londese metro. HetHij kende alleen maar horzizontale en verticale lijnen en lijnen die onder een hoek van 45° lopen. Stations waren zwarte strepen, en de kleuren van de lijnen gaven aan welke metrolijn het betrof. Deze opzet is in vele landen, voor metro's en andere vervoersystemen vaak gekopieerd, zoals ook in het voorbeeld van de metro van Budapest het geval is.
 
Het doel van een dergelijke aanpak is om de kaartlezer snel een eenvoudig overzicht te geven. Zeker wanneer de kaartlezer toch al weinig kennis heeft van het gebied, is dat geen bezwaar. Denk daarbij aan metro-lijn-kaarten. Nadeel is vaak dat dergelijke kaarten slechts voor die ene toepassing ontworpen worden, en daarom slechts voor die ene toepassing functioneel zijn. Een metro-lijn-kaart is alleen nuttig wanneer je wilt zien welke lijn je het beste kan nemen. Wanneer je op een bepaalde plek tussen twee metrostations in staat, is het echter onmogelijk om te zien naar welke metrolijn / metrostation je moet om de dichtstbijzijnde mogelijkheid te vinden. Omdat lengtes en locaties niet meer kloppen, zijn dergelijke schematisch kaarten niet geschikt voor onderhoudsdoeleinden en combinaties met andere kaarten, zoals gasleidingen en calamiteiten. Schematische tekeningen vormen daardoor een beetje een buitenbeentje in de GIS-wereld, omdat analyses en combinaties met andere datasets alleen nog maar mogelijk is op basis van koppeling via een attribuut, en niet op basis van locaties.
Regel 199:
 
====De impliciete betekenis van het begrip schaal: nauwkeurigheid (facultatief)====
Een schaal op een kaart zegt - behalve direct over de verhouding - ook iets over de nauwkeurigheid. Een schaal, bedoeld voor en ingewonnen op een kleinschalig niveau, kent minder objecten en minder nauwkeurig geplaatste objecten dan een grootschalige kaart. Doordat kaarten tegenwoordig vrijwel allemaal gedigitaliseerd zijn, en beschikbaar via GIS-sytemen, is het mogelijk kaarten, bedoeld voor welke schaal dan ook, kan zeer ver op kaarten worden ingezoomd; het schaalniveau zegt daardoor eerder iets over de nauwkeurigheid. Ook al een kaart wellicht alleen ingewonnen om te dienen voor een bepaalde schaal, gebruikers kunnen op 'onnauwkeurig' ingetekende objecten flink inzoomen. Bij grootschalig gebruik kan dat tot problemen leiden, wanneer men dit niet beseft. Gebruikers dienen dus, bij het meten in kaart(beelden), bij het printen op wat voor schaal dan ook, en bij het combineren van verschillende kaarten, rekening te houden met de oorspronkelijke schaal. Kleinschalige kaarten zouden op bepaalde grootschalige kaartniveau's feitelijk niet meer in beeld mogen komen. De schaal geeft in een GIS dus impliciet (voor een cartograaf of GIS-specialist: expliciet) de nauwkeurigheid van de objecten. De oorspronkelijke schaal of de inwinningsschaal geeft aan de gebruiker of ontwerper van een GIS dus informatie over hoe de kaart gebruikt mag worden.
:Bijvoorbeeld: een wegenkaart van Europa (schaal 1:5.000.000), gecombineerd met een andere, nauwkeurige GPS-locaties van Bezinestationsbenzinestations in Nederland (schaal 1:10.000) levert vreemde effecten op in de plot, ingezoomd op één van die bezinestationsbenzinestations; de benzinestations lijken dan aan de verkeerde kant van de weg te liggen, terwijl feitelijk gezien de weg niet verkeerd is ingetekend; op de oorspronkelijk bedoelde schaal was de nauwkeurigheid groot genoeg, en lag 'op de juiste plek'; te ver ingezoomd ligt deze weg blijkbaar toch verkeerd.
 
==Thematische kaarten==
Een '''thematische kaart''' is een kaart waarop kenmerken (grootheden of attributen) van één of meerdere thema's zijn afgebeeld. Voorbeelden zijn bodem-, bevolkingsdichtheden-, klimaat- en grondgebruikkaarten. Als extra informatie voor de oriëntatie wordt vaak een beperkte setverzameling topografische zaken toegevoegd, zoals belangrijke plaatsen, rivieren, landsgrenzen en soms ook hun toponiemen. Is een kaart niet topografisch dan is zij thematisch. Het doel van thematische kaarten is het kunnen analyseren van een verschijnsel, op spreiding en voorkomen daarvan, zowel voor beleidsondersteuning, als ook opleiding en onderzoek.
 
MetGeografische een GISinformatiesystemen zijn van origine het meest geschiktgericht voorop het maken van thematische kaarten. Dat is nog steeds zo, maar topografische kaarten zijn net zo goed met GIS-sen te maken.
 
Hieronder zullen acht kaartsoorten aan bod komen. Vroeger werden kaartsoorten vaak ingedeeld op onderwerp, oftewel de inhoud die zij vertolken; fysisch-geografisch, bodemkundig, toeristischetoeristisch, sociaal-economisch, et cetera. Een dergelijke indeling wordt tegenwoordig niet zinvol geacht. Zij zal immers nooit echt alle te bedenken kaartsoorten omvatten, bovendien is de onderverdeling arbitrair. Hieronder is een tegenwoordig gangbaardere indeling gemaakt, namelijk de techniek die gebruikt wordt om de thematische informatie te visualiseren. Dit is een eindig aantal manieren: acht.
 
In de voorbeelden die de revu passeren wordt vrijwel steeds één thema in beeld gebracht: de bevolking. Duidelijk zal worden dat de kaartsoorten, ook al zijn ze gebasseerd op dezelfde gegevenssoort, steeds een héél ander beeld geven van dat thema. De keuze van welke kaartsoort gebruikt dient te worden is dan ook een belangrijke keuze en hangt af van de booschap die men heeft.
Regel 214:
 
===Stippenkaart===
'''Algemeen:''' Bij een stippenkaart worden statistische gegevens - aantallen/voorkomens - van een bepaald fenomeen getekend als stippen. Dat kan voor enkele locaties ('één stip is één restaurant') of dat kan gebundeld ('één stip = 100 sterfgevallen'). Administratieve gebieden, zoals gemeenten of provincies, worden hierbij vaak weergegeven alster oriëntatie. Een stippenkaart is een vrij zuivere methode van representeren van de informatie. HetHij geeft eerder ''de spreiding'' weer dan de werkelijke aantallen, omdat het voor het oog het vaak erg lastig is om 'alle stippen op te tellen'. Stippenkaarten worden ook wel '''dichthedenkaarten''' genoemd.
 
In de '''voorbeeldkaart''' is het thema de inwoners van VS. De stippenkaart geeft veel details, is zuiver, maar geeft het verschijnsel niet geclassificeerd weer.
Regel 221:
 
===Figuratieve kaart===
'''Algemeen:''' Een figuratieve kaart (ook wel hoeveelhedenkaart) is gelijk aan de stippenkaart, echter, de stippen kunnen nu in grootte verschillen, én zijn ingetekend per (administratief) gebied. Een voorbeeld is een stedenkaart van Nederland, waarin de grootte van elk symbool van de stad gebaseerd is op het aantal inwoners. HetHij geeft de spreiding niet zozeer de spreiding weer, maarals juist de aantallen.
 
In de '''voorbeeldkaart''' worden dezelfde gegevens weergegeven als bij de stippenkaart. Echter, nu zijn de stippen de opgetelde versie van één gebied (in dit geval: één staat). Gevaar is het samensmelten van de stippen, waardoor nog meer informatie dan bedoeld verloren gaat.
Regel 246:
'''Algemeen:''' Een isolijnenkaart geeft een verschijnsel (hoogte, diepte of vervuilingsgraad) weer op basis van lijnen die gelijke waarden weergeven. Een voorbeeld van een isolijn is een hoogtelijn. Een voorbeeld van een isolijnenkaart is een '''hoogtelijnenkaart'''.
 
Over de '''voorbeelkaartvoorbeeldkaart''': Dit is een bijzondere isolijnenkaart, omdat de ruimte tussen de isolijnen/isohypsen ook nog eens zijn ingekleurd. De kaart is bovendien ook nog eens (geautomatiseerd met een GIS) voorzien van schaduw. Hierdoor is deze isolijnenkaart zeer goed en snel te interpreteren als hoogtemodel (Chablais, Zwitserland/Frankrijk).
 
[[Afbeelding:Ruimtelijk_model.JPG|thumb|right|250px|Een ruimtelijk model]]
[[Afbeelding:Ararat_PIA03399_modest.jpg|right|250px|thumb|Een ruimtelijk model van de berg Ararat (Turkije), gezien vanuit het noorden. De kleuren zijn van een satellietbeeldfoto, en zijn zodanig gemanipuleerd dat het realistische kleuren zijn geworden. (Klik op de afbeelding voor een vergroting.)]]
===Ruimtelijk model / 3D-visualisaties===
'''Algemeen:''' Een ruimtelijk model, ook wel digital elevation/terrain model (of DEM / DTM) kan dezelfde gegevens representeren als de isolijnenkaart, echter, de gegevens (hoogte, vervuilingsgraad of criminaliteit) worden middels een hoogtemodel weergegeven. De hoogte wordt (ten opzichte van de x- en y-as) vaak overdreven weergegeven, in iedergeval met een grotere schaal. Kan zeer duidelijk extremen overbrengen, en kan daardoor goed ingezet worden om de ernst van de situatie op een originele en manier bij bestuurders over te brengen. Criminaliteitscijfers van een stad, bijvoorbeeld, zijn dan als een 'gebergte van opzij' goed inzichtelijk te maken. De grootste toppen (in dit voorbeeld wellicht het centrum en bepaalde achterstandswijken) maken op die wijze veel indruk, maar kunnen gegevens daarachter verbergen. Het aanzicht van zo'n model en de hoogte van de toppen zulleneisen daardoor aanextra aandacht van de cartograaf extra aandacht vragen.
 
In de '''eerste voorbeeldkaart''' is te zien dat de hoogte niet met isolijnen of kleuren, maar met een derde dimensie wordt weergegeven; er ontstaat een ruimtelijk model in plaats van een platte kaart. Naast de x- en de y- is er dus ook een z-coördinaat. Hier is de helling van een stuk strand te zien, rechtsonder de zee, linksboven de duinvoet. Een combinatie van een (ingekleurde) isolijnenkaart met een ruimtelijk model maakt de kaart nog sneller leesbaar.
Regel 264:
NB: In de Engelse/Amerikaanse literatuur wordt de term 'cartogram' verwarrend genoeg gebruikt voor een anamorfose, terwijl dit in de Nederlandse (GIS/Cartografie) litaratuur nergens aangetroffen is. Gezien 'wat' een anamorfose weergeeft, namelijk aantallen per land, kan gesteld worden dat een anamorfose tot de figuratieve kaarten behoort.
 
In de '''voorbeeldkaart''' is etniciteitethniciteit weergegeven middels taartdiagrammen. Gebruikelijk en het zuiverst is om de grootte van 'elke taart' per gebied af te laten hangen van de aantallen per gebied, zoals ook hier het geval is. Daardoor wordt de 'ernst' van een hoog of laag percentage extra duidelijk, omdat de grootte van de taartpunt dus ook aantallen weergeeft. Er wordt zo wel (te) veel informatie gelijktijdig weergegeven; de lezer kan andere conclusies gaan trekken dan de auteur wellicht had willen vertellen. De kaart is om nog een andere reden ververre van perfect: op deze schaal zijn niet alle gegevens goed te zien, zoals in het noordoosten. Er had beter gekozen kunnen worden voor vijf afzonderlijke, kleine choropleten naast elkaar, dus één kaart per entniciteitethniciteit als percentage van de bevolking per staat.
 
[[Afbeelding:Anamorfose_vs_inwonertallen.PNG|thumb|right|250px|'''Een anamorfose''' van de inwonertallen van de VS]]
 
===Anamorfose===
'''Algemeen:''' Een anamorfose is een kaart waarbij de vorm van een land min of meer behouden blijft, maar waarbij de grootte evenredig is met een bepaald attribuut/kenmerk van dat land, bijvoorbeeld het bruto nationaal product, of het aantal inwoners. Geografisch klopt zo'n kaart niet meer, en soms is het ook erg lastig om bepaalde delen nog te herkennen. Toch heeft deze representatie van informatie een bijzondere waarde. De 'mental map' van iemand, dat wil zeggen hoe iets geografisch bij iemand in zijn hoofd zit, ook bij goed ingewijde personen, is vaak te sterk gericht op de (geografische) grootte van een land. De VS, Rusland, Brazilië kent iedereen als een groot land. De belangrijkheid lijkt iedereen van het oppervlakte afgeleid te hebben. Gaat het om economische verhoudingen, dan zijn Nederland en Duitsland echter relatief belangrijker dan hun oppervlak doet vermoeden. Gaat het om aantallen inwoners, dan zouden Australië en Groenland juist weer veel minder aandacht moeten krijgen, terwijl Indonesië, Japan en India relatief belangrijker zouden moeten zijn. Een anamorfose zet de 'mental map' vaak op de kop, of beter gezegd, corrigeert je beeld. Juist de vervreemding die je als kaartlezer ziet in zo'n kaart, zal bij de kaartlezer leereffecten teweeg kunnen brengen.
 
In de '''voorbeeldkaart''' zijn dezelfde gegevens (inwonertallen per gebied) gebruikt als bij de figuratieve kaart. Bij de figuratieve kaart worden de aantallen per staat immers voorgesteld door een symbool (bijvoorbeeld een cirkel) waarvan de grootte afhankelijk is van het aantal in dat gebied. Dit is ''dezelfde'' doelstelling als bij een anamorfose. Het symbool dat met zijn grootte de maat aangeeft is hierbij vervangen door de vorm het gebied dat de maat aangeeft. Een anamorfose zou daarom het beste ingedeeld kunnen worden als een speciaal ondersoort van de ''figuratieve kaart''.De figuratieve kaart in het eerdere voorbeeld heeft het oppervlakte terecht wit ingekleurd, zodat oppervlak niet bijdraagt aan de visuele indruk. Een anamorfose gaat verder en zorgt nog beter dat niet het geografische oppervlak de indruk bepaalt; alléén de inwonertallen bepalen de grootte van het vlak.
 
In de Amerikaans/Engelse literatuur wordt een anamorfose vervelend genoeg een 'cartogram' genoemd. In de Nederlandse cartografische literatuur is een cartogram echter iets anders; zie hierboven. Het maken van anamorfoses is erg lastig. Er is speciale software voor nodig. Mooie voorbeelden staan onder andere op: [http://www.sasi.group.shef.ac.uk/worldmapper/index.html Worldmapper] (van de wereld) en [http://www.geografiek.nl/anderen/geoconomie/ www.geografiek.nl] (van Europa). Op de pdf-bladzijden 35 tot en met 44 van [http://www.ncg.knaw.nl/Publicaties/Groen/pdf/44VanOosterom.pdf dit boek] geeft Bettina Speckman een overzicht van de wiskundige problemen die dit kaarttype met zich meebrengt.
 
[[Afbeelding:Wereldhandel_hout_tbv_EU.png|thumb|right|250px|'''Een bewegingskaart''' (houthandelstromen)]]
 
===Bewegingskaart===
'''Algemeen:''' Een bewegingskaart geeft een beweging weer van goederen of mensen. Denk aan forensen, treinbewegingen, afvalstoffen, het aantal tonnen vervoer via scheepvaartroutes. De dikte van de lijnen wordt vaak gebruikt om de aantallen / hoeveelheden goederen weer te geven, de lijnen zelf kunnen (geografisch correct) over de (vaar)wegen heen gaan, of deze kunnen met een mooie boog (schematisch) van plaats tot plaats of gebied tot gebied gaan. Er zijn drie soorten bewegingskaarten. Zonder pijlen, pijlen die één kant op gaan, pijlen die beide kanten opgaan. Soms beschrijven de pijlen (ongeveer) de geografische ligging van kanalen of routes, vaker zijn ze schematisch (zoals in de voorbeeldkaart). De dikte van de pijl kan de grootte weergeven van het transport, zoals bij een figuratieve kaart. De kleur van de pijl kan kwalitatief zijn (zoals bij de chrorochromatische kaart, bijvoorbeeld uit welk werelddeel het komt) maar ook kwantitatief zijn (zoals bij de choropleet, bijvoorbeeld het percentage van diede transport stroomtransportstroom). mitsProcentuele hetweergave procentueelis wordtdan uitgedruktnoodzakelijk. De kleur van de pijl mag dus niet (naast de dikte) de grootte van het transport weergegenweergeven, want de dikte doet dat al. De lengte van de pijl moet representatief zijn voor de lengte van het transport, anders kan bij de kaartlezer een verkeerd beeld ontstaan.
 
In de eerste '''voorbeeldkaart''' zijn houthandelsstromen te zien. Deze worden met pijlen van verschillende dikte weergegeven, afhankelijk van de hoeveelheid hout. Gezien de onzekerheden (het % illegaal hout, herkomst land en de bestemming), zijn de grove aanduidingen van de pijlen en de slechts 'ongeveer' af te lezen percentages terecht. Deze kaart is relatief simpel, en is geschikt voor een breed publiek. In de tweede voorbeeldkaart, bedoeld voor specialisten, is een bijzondere pojectie gebruikt, Peirce's Quincuncial conforme projectie. De plaatsing van Afrika, de 'bakermat' van de mens, Afrika, linksboven te plaatsen, is met recht een cartografische vondst te noemen. Aangezien de (westerse) mens van links boven naar rechtsbeneden leest, is dit een zeer leesbare kaart.
 
[[Afbeelding:Map-of-human-migrations.jpg|thumb|right|250px|'''Een bewegingskaart''', tevens een '''samengestelde kaart'''. Het gaat hier om de migratie van de mens over de wereld, volgens genetisch onderzoek. De getallen geven het aantal 1000-en jaren geleden weer. Zie tekst.]]
Regel 287:
Een samengestelde kaart (ofwel een polythematische kaart) is een combinatie van bovenstaande kaarten, al of niet met ook nog een topografische component. De figuratieve kan bijvoorbeeld goed met een chropleet of chorochromatische kaart worden gecombineerd. Echter, voor een goede uitvoering geldt dat de kaart rustig moet blijven en dat beide thema's tezamen een meerwaarde moeten vormen. Ook moeten de beide thema's nog goed leesbaar blijven. In alle andere gevallen moet er vooral zoveel mogelijk voor gekozen worden om de kaarten apart aan te bieden.<ref>Bron kaartsoort-indeling: 'Kartografie, ontwerp, produktie en gebruik van Kaarten', Ormeling & Kraak, 1987</ref>.
 
In de '''voorbeeldkaart''', over de historische migratie van de mens over de wereld, worden maar liefst drie kaartsoorten gecombineerd: een bewegingenkaart, een chorochromatische kaart (namelijk: de natuurkundige wereld, bossen en woestijnen zijn hierop te zien, als een soort referentiekaart) en tot slot is er met kleuren aangegeven tot waar de migratie in een bepaald tijdvak is gevorderd: een choropleet dus. De gebieden van deze choropleet zijn niet zozeer exact weergegeven, wel de uiterste grenzen van die gebieden. De kaart is niet alleen een mooie kaart, hij is ook een mooi voorbeeld van een samengestelde kaart waarover je kan discussiëren of de kaart niet anders uitgevoerd kan worden. Het plaatje ''an sich'' is zo mooi, dat dezehet waarde, bijvoorbeeld voorin een tijdschrift met zeer geïnteresseerde (National Geographic?) lezers, niet zou missstaan. Gelijktijdig is er de oprechte vraag of de pijlen en met name de kleuren niet beter uit zouden komen, wanneer de natuurkundige achtergrondkaart niet weggelaten zou worden. Het antwoord is alleen met een simpele test te achterhalen; zet de achtergrondkaart met je GIS als kaartlaag aanuit, en print de kaart opnieuw...
 
<div style="padding: 0.2em 0.1em 0.2em 0.5em; width: 100%; background-color: cornsilk; border: 1px solid #777777; -moz-border-radius-topleft: 8px; -moz-border-radius-bottomleft: 8px; -moz-border-radius-topright: 8px; -moz-border-radius-bottomright: 8px;">
Regel 293:
<big><big>'''Intermezzo: De meest voorkomende fouten bij thematische kaarten'''</big></big>
 
De keuze voor het soort kaart is vooral afhankelijk van de beschikbare gegevens én wat de kaartenmaker wil (of moet) zeggen. Doordat kaartmakers - onbewust - de choropleten en chorochromatische kaarten vaak verwarren (dat wil zeggen, 'zomaar één van beide kaarten toepassen') gaat erhet ietssoms mis. Zo plaatste het NRC Handelsblad <ref>Het NRC Handelsblad van 30 augustus 2005</ref> in 2005 een kaart van Afghanistan met daarop het aantal hectare papaver per provincie. Uiteraard hebben provincies verschillende oppervlakten. De juiste keuze was daarom geweest: een figuratieve kaart, dus, per provincie een grotere of kleinere cirkel, waarbij de grootte het aantal hectares representeert. Er was echter gekozen voor een choropleet; hoe donkerder de kleur, hoe meer hecatere papaver er is. Kleine provincies krijgen dan echter dus een te lichte kleur, grote provincies hebben bijna per definitie een donkerdere kleur. Grote vlakken met donkere kleuren geven zo een totaal verkeerd beeld. De legenda kan juist worden verondersteld, echter, de lezer wordt toch vrijwel zeker verkeerde conclusies opgedrongen, óf hij geeft het op. Een andere oplossing had kunnen zijn om hetde aantalverhouding hectarepapaveroppervlak papavergrondtot ''perprovincieoppervlak hectare''als (provinciegrond)percentage weer te geven. Vergelijk de 'foute' figuur met de choropleet.
</div>
 
Regel 300:
Virtual Reality wordt vaak tot VR afgekort, en er is geen Nederlandse term voor. Virtual Reality, tot slot, kan gezien worden als een nog geavanceerdere techniek om de gemodelleerde kaartwereld dichter bij de werkelijkheid te brengen. Er is geen sprake meer van een twee-dimensionale (2D) kaart, maar twee nieuwe dimensies zijn toegevoegd: de factor tijd en de derde dimensie (de hoogte). De tijd, de snelheid en het gezichtspunt / standpunt van de kaartlezer is vaak manipuleerbaar, soms ook het model. IT-technieken, met name technieken die tot de jaren 90 alleen in de game-wereld gebruikt werden, worden nu voor de Virtual Reality - toepassingen gebruikt. Enkele voorbeelden: daar waar de gebruiker naar toe kijkt, loopt of klikt, wordt driedimensionaal de omgeving van bijvoorbeeld nieuwbouwprojecten in beeld gebracht. Bij inspraak van omwonenden kunnen deze technieken veel helder maken, maar ook bij beleidsmakers en de ontwerpers zelf kan zo voorkomen worden dat wellicht (omgevings)factoren over het hoofd worden gezien. Zo laat de gemeente Apeldoorn omwonenden via internet een virtuele ballonvlucht maken over de stad zoals die er rond de 'kanaalzone' over een aantal jaren uit moet komen te zien <ref>http://www.apeldoorn.nl/smartsite.dws?id=54536</ref>.
 
In de '''voorbeeldkaart''' is een (stilstaande versie) van Virtual Reality te zien waarbij een GIS de basis heeft geleverd; een hoogtemodel, compleet met geologische gesteentelagen. De factor tijd kan worden toegevoegd, waardoor te zien is dat het schip al varende metingen verricht. Ook kan de positie (het gezichtspunt) van de 'kaartlezer' interactief worden gewijzigd. Door de geavanceerde technieken, de mooie gekleurde plaatjes, en de mogelijkheid voor de gebruiker om achter hoeken, en door het zeeoppervlak, bij alle details te kunnen komen, lijkt voor hemlijken de werkelijkheid goedin zeer goede benadering in beeld te zijnbrengen, vandaar de naam ''Virtual'' Reality. Wat waar blijft is dat deze reality nog zo echt kan lijken, de gebruiker / kaartlezer ''moet'' op de hoogte blijven dat het een model (virtuele wereld) is. Is er iets vergeten, blijkt een geologische laag of een hoogte model iets te missen, dan heeft degene die een beslissing maakt op basis van deze technieken wel iets uit te leggen!
 
<div style="background:#FFDAB9;">
Regel 313:
# '''3D-model''', waarmee hoogte en ook andere thema's als vervuilingsgraad zijn te visualiseren
# '''Kartogrammen''', waarin verhoudingen worden weergegeven
# '''BeweginskaartBewegingskaart''', waarop lijnen of pijlen relaties of richtingen weergeven.
* Daarnaast zijn er combinaties mogelijk, er is dan sprake van een '''samengestelde kaart'''. Virtual Reality (VR) tot slot is een zeer geavanceerde techniek die ook binnen de cartografie kan worden aangewend.
* Welke kaart gebruikt dient te worden hangt af van het doel. Vaak zijn op basis van dezelfde data twee of meer soorten kaarten goed mogelijk; Welke kaart dan 'beter' is hangt af van wat de boodschap moet zijn van de kaart. Twee kaartsoorten kunnen elkaar aanvullen.
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.