Geo-visualisatie/Classificatie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
redigeren 1e deel
redigeeractie2
Regel 165:
* NB3: Divergerende kleurenschema's doen bij kwantitatieve data een uitspraak over 'goed-beter-best', in tegenstelling tot volgordelijke kleurenschema's. Divergerende kleurenschema's voegen door extra informatie een extra oordeel toe aan de data / klassegrenzen. Volgordelijke schema's doen dat niet en zijn daardoor objectiever, maar soms ook minder veelzeggend. Of je voor een divergerende of een volgordelijke kleurenschema kiest, hangt dus af van wat je wilt zeggen met de kaart.
 
Een voorbeeld van een meer in Oostenrijk (zie figuur rechts) toont hoe strak kaartsoorten, datasets en kleurenschema's qua mogelijkheden aan ekaar gebonden zijn. Het betreft een isolijnen (diepte-lijnen) kaart. De isolijnen zélf zijn echter door het GIS-programma onzichtbaar gehouden. Doordat de tussenliggende vlakken met verschillende blauwtinten zijn ingekleurd, is een choropleet ontstaan. Verder gaat het om een kwantitatieve dataset (diepte), een volgordelijk kleurenschema en er is als classificatiemethode van het weergeven van de diepte gekozen voor een zogenaamde 'equal interval' classificatie. Over classificatiemethodes gaatis de[[Geo-visualisatie/Classificatie#Het_classificeren|twee paragrafen verder]] meer volgendete paragraaflezen.
 
<div style="background:#FFDAB9;">
[[Afbeelding:Leer meer.png|20px]] '''SAMENVATTING:''' Bij kwalitatieve meetschalen (nominaal, binair) horen kwalitatieve kleurenschema's. Bij kwantitatieve meetschalen (ordinaal, interval en ratio) horen volgordelijke of divergerende kleurenschema's. Kleurenschema's zoals die door een GIS standaard gegenereerd worden voldoen niet altijd. Handmatig moeten deze vaak worden gewijzigd. Dat kan zijn om meer onderscheid te creëeren (door bijvoorbeeld meer verzadiging toe te passen) te creëeren, om bepaalde (negatieve) kleurassociaties te vermijden, of om enkele klassen een gezamenlijke, afwijkende kleurtint mee te geven. Bijvoorbeeld omdat deze klassen boven een landelijk gemiddelde of een politiek, ecologisch, commercieel of ecologischveiligheidstechnische gewenste norm liggen. Door een dergelijk kleine ingreep wordt data echt bruikbare informatie.
</div>
 
Regel 179:
|}
<div style="background:#FFEFD5;">
[[Afbeelding:Crystal Clear app ktip.png|20px]] '''TIP1:''' Maak je bij kwalitatieve datasets gebruik van harde, primaire kleuren, dan worden de vlakken vaak als tegengesteld ervaren (bijvoorbeeld links of rechts stemmend). Bekijk de eerste twee voorbeelden van de drie kleurenschema's hier rechts. Het eerste kleurenschema is met zijn pasteltinten lichter en minder verzadigd dan de donkere, verzadigdere tinten daarnaast. Maar in beide voorbeelden gaat het om zogenaamde mengkleuren. Dat zijn kleuren ontstaan door het mengen van de primaire kleuren. Maak je van dergelijke kleurenschema'smegkleuren gebruik, dan worden de onderlinge vlakken minder snel als tegengesteld ervaren, maar eerder als anders (bijvoorbeeld gemeentes). In het derde voorbeeld zie je een kleurenschema met (twee) primaire kleuren; deze kleurenschema's zijn goed voor het visualiseren van gebieden met tegengestelde eigenschappen (denk aan NAVO versus communistische landen tijdens de Koude Oorlog).
</div>
 
Regel 187:
 
<div style="background:#FFEFD5;">
[[Afbeelding:Crystal Clear app ktip.png|20px]] '''TIP3:''' Heb je aan bovenstaande links, aanwijzingen, je eigen GIS-pakket en je eigen inspiratie nog niet genoeg om zelf kleurenschema's te maken, gebruik onderstaande figuur met vele (ongesorteerde) voorbeeldvoorbeelden. Bijvoorbeeld door de RGB-waarden er uit af te leiden met een simpel programma als Windows Paint, of met '[http://www.nattyware.com/pixie.html Pixie]'. Hiermee kan je kleuren kopiëren van één pixel op een afbeelding naar het klembord met de juistjuiste HSV/RGB/CMYK-kleurencodes. Het is gratis te downloaden software.
</div>
 
Regel 193:
 
<div style="background:#FFEFD5;">
[[Afbeelding:Crystal Clear app ktip.png|20px]] '''TIP4:''' Pas op met divergerende kleurenschema's. Deze kennen vaak een lichte, neutrale kleur in het midden - bij de gemiddelde waarden - maar worden donkerder naar beide kanten toe. Bijvoorbeeld steeds groener voor gebieden met een relatief steeds jonger wordendejongere bevolking, en steeds bruiner voor gebieden met een steeds ouder wordendeoudere bevolking. Een dergelijke kleurenschema is op je scherm fantastisch, maar de krant waar jij voor werkt levert een totaal onleesbare kaart af, wanneer deze in zwart-wit wordt getoond. Zeker wanneer er ook nog grijs is gebruikt voor gebieden met een 'onbekende' waarde. De hele figuur bestaat uit grijstinten. Ook het maken van zwart-wit kopiën zal niet goed gaan. De fout is vaak te zien in landelijke kranten. Conclusie: vraag de uitgever / opdrachtgever of je in kleur mag werken, en houd hem er ook aan.
</div>
 
==De visuele indruk van een kleurenschema==
Bij kwantitatieve data worden dus 'volgordelijke' kleurenschema's gebruikt. In dezeDeze paragraaf zal laten zien dat juist bij deze kwantitatieve data het belangrijk is dat de kleur die deze data representeert niet zo maar vrij gekozen kan worden. Wat in eerste instantie natuurlijk van nature al geprobeerd zal worden, is om er voor zorgen dat onderlinge de kleuren maximaal van elkaar te onderscheiden zijn. Dit kan door te werken van licht naar donkerder, al of niet aangevuld door de donkere kleur nog verzadiger te laten worden. VaakJouw wordtGIS hiervoorkomt meestal al met een combinatieaardig kleurenschema bij een eerste gebruiktclassificatie. (Zie ook de [[Geo-visualisatie/Deel_C:_Kaartopmaak#Kleuren|paragraaf over kleuren]] in deel C en de kleurenschema's die [http://www.personal.psu.edu/cab38/ColorBrewer/ColorBrewer.html de Colorbrewer] of misschien zelfs jouw GIS weten te creëeren).
 
DeEchter niet alles gaat automatisch en makkelijk; de exacte kleuren die je kiest voor een legenda moeten namelijk in overeenstemming zijn met de data. Stem het gradueel laten oplopen van de verzadiging en / of het donkerder laten worden van de kleuren, af op de dataset. Zie de figuur met de verschillende blauwe kleurenschema's. Stel voor dat hierinhiermee (bijvoorbeeld) de neerslag van een gebied of de diepte van een meer mee wordt gerepresenteerd. Laten we de verschillendegetoonde kleurenschema's eens bespreken. We gaan daarbij voor het gemak niet in op het aantal klassen dat gekozen is, dat is in deze paragraaf even niet het onderwerp.
Echter niet alles gaat automatisch en makkelijk.
 
De exacte kleuren die je kiest voor een legenda moeten namelijk in overeenstemming zijn met de data. Stem het gradueel laten oplopen van de verzadiging en / of het donkerder laten worden van de kleuren, af op de dataset. Zie de figuur. Stel voor dat hierin (bijvoorbeeld) de neerslag van een gebied of de diepte van een meer mee wordt gerepresenteerd. Laten we de verschillende kleurenschema's eens bespreken. We gaan daarbij voor het gemak niet in op het aantal klassen dat gekozen is, dat is in deze paragraaf even niet het onderwerp.
 
[[Afbeelding:Kleurschemas in relatie tot dataset.PNG|thumb|right|400px|'''volgordelijk kleurenschema's''' in relatie tot de data. Het gaat hier bijvoorbeeld om neerslagcijfers in mm per jaar of dieptes in meters (zie verder tekst).]]
* '''Bij A''' is gekozen voor een blauwe, steeds donkerder en verzadigder kleur blauw. De kleuren lopen van klasse tot klasse langzaamgeleidelijk op, er zit géén sprong in de kleur blauw. Dat is correct, want de data gaat ook per klasse met 200 omhoog. De diepte of neerslag neemt dus als het ware toe van de minimaal mogelijke waarde (0%) tot de maximaal mogelijke waarde (90 of 100%). Het kleurverloop in beidede visuele schaal en de schalenmeetschaal loopt evenredig toe met de klassemiddens (100, 300, .. t/m 1700).
 
* '''Bij B''' zie je in de laatste klasse een soort vergaarbak van dieptes. Misschien is dat gedaan omdat deze waarden niet zo vaak voorkomen, of omdat de gradaties onder de 1000 belangrijker zijn. Van belang is dan wel dat deze brede (gemiddeld diepe!) klasse ook een ''donkerdere'' kleur krijgt. Die donkere kleur vertegenwoordigt de gemiddelde waarde van de vier hoogste klassen uit de situatie bij A. Dat betekent dus ook dat die kleur het gemiddelde moet zijn van de kleur van die vier klassen. In ieder geval ga je aan de donkere kant zitten, zodat deze zeldzame en hoge klasse goed opvalt ten opzichte van de lagere klassen. Zo waarschuw je de kaartlezer met de kleur al in de kaart en hoeft hij strikt genomen de legenda niet te zien.
 
* '''Bij C''' zie je dat er - in tegenstelling tot bij A - niet gekozen is om de complete range die ons aan lichte en donkere blauwe kleuren ter beschikking staat te gebruiken. Dit wordt gedaan om niet de indruk te wekken dat zelfs de donkerste klasse (800-1000) zo veel neerslag betekent. Het gaat blijkbaar om een relatief droog gebied.
 
* '''Bij D''' (het eerste voorbeeld van D) zie je dat er vooral blauwe kleuren voorkomen. Dit wekt de indruk dat het er nat is. Dat betekent dus dat het gebied in werkelijkheid ook een gebied moet zijn waar relatief veel neerslag valt. Ook al hebben landen een heel verschillend neerslagbereik, landen worden zo wel onderling vergelijkbaar. Landen met een legenda C en landen met een legenda D zijn dus goed vergelijkbaar. Ook als er géén kaart met een legenda zoals bij C bij deze kaart stond was het niet slim om een lichtere legenda te nemen. Er dienen gewoon donkere kleuren gekozen te worden. Wanneer een gebied overal zeer nat is, is het niet slim om de kleine verschillen die er zijn met veel klassen uiteen te splitsen, en die dan met sterk uiteelopende lichte en donkere kleuren blauw te representeren. Een mogelijk nadeel van deze (juiste) overwegingen kan echter zijn dat de onderlinge onderscheidbaarheid minder is geworden. Het tweede voorbeeld bij D zie je dat er toch voor gekozen is om de klassen maximaal van elkaar op kleur te kunnen onderscheiden. Dit is gevaarlijk, omdat de visuele indruk van de kleur niet overeenkomt met de data (hoeveelheid regen bijvoorbeeld). De tekst zal er aandacht aan moeten schenken. Het is terechtalleen een mogelijke terechte optie als de kaartlezer een ervaren kaartlezer is, of een boer of ontwikkelingsmedewerker die exact allerlei grenzen in een land op regen wil kunnen bestuderen. Voor een reisgids of in een gratis ochtendkrant met een breed publiek is dit tweede kleurenschema juist niet geschikt: er moet (steeds weer opnieuw) naar de legenda gekeken worden: 800 mm regen is ererg veel!
 
* '''Bij E''' zie je in feite hetzelfde als bij A. Hier heeft de kaartmaker er voor gekozen dan 1000 mm al veel (erg nat) is. Merk op dat de kleuren nu iets dichter bij het midden zitten. Het is minder noodzakelijk om extreem lichte en extreem donkere (verzadigde) kleuren te gebruiken. Dat levert een mooiere kaart op. Het héle lichte en het hele donkere zijn op laptops, beamers minder goed te zien. Dat is overigens ook een reden om zo min mogelijk klassen te gebruiken; kleuren worden beter onderling onderscheidbaar.
 
* '''Bij E''' zie je in feite hetzelfde als bij A. Hier heeft de kaartmaker er voor gekozen dan 1000 mm al veel (erg nat) is. Merk op dat de kleuren nu iets dichter bij het midden zitten. Het is minder noodzakelijk om extreem lichte en extreem donkere (verzadigde) kleuren te gebruiken. Dat levert een mooiere kaart op. Het héle lichte en het hele donkere zijn op laptops, en beamers minder goed te zien. Dat is overigens ook een reden om zo min mogelijk klassen te gebruiken; kleurenBij wordenE beterzijn de kleuren onderling beter onderscheidbaar dan bij A.
* In alle getoonde kleurenschema's is er nog géén wit gebruikt. Dat had ook niet gemogen! '''Bij F''' zijn er gebieden waar echt géén neerslag is gevallen (in die maand of in dat jaar). Die dienen dus ook géén kleur te krijgen. Overigens, onbekende gebieden, of gebieden waarvan geen (neerslag) cijfers bekend zijn, dienen dus juist ook géén witte e/o blauwe kleuren mee te krijgen, om dezelfde reden; anders zou de kaartlezer denken dat hier geen neerslag valt, of dat er juist wel een bepaalde hoeveelheid valt.
 
* In alle getoonde kleurenschema's is er nog géén wit gebruikt. Dat had ook niet gemogen! '''Bij F''' zijn er gebieden waar echt géén neerslag is gevallen (in die maand of in dat jaar). Die dienen dus ook géén kleur te krijgen, maar wit te blijven. Overigens, onbekende gebieden, of gebieden waarvan geen (neerslag) cijfers bekend zijn, dienen dus juist ook géén witte e/o blauwe kleuren mee te krijgen, om dezelfde reden; anders zou de kaartlezer denken dat hier geen neerslag valt, of dat er juist wel een bepaalde hoeveelheid valt.
* Om dat te voorkomen wordt meestal grijs gekozen als kleur om die gebieden weer te geven. '''Zie G.''' In de legenda wordt zo'n grijs legendavakje dan ook vaak los getekend van de overige legendavakjes (legendaeenheden).
 
* Om dat te voorkomen wordt meestal grijs gekozen als kleur om die gebieden weer te geven waar geen informatie over is. '''Zie G.''' In de legenda wordt zo'n grijs legendavakje dan ook vaak los getekend van de overige legendavakjes (legendaeenheden). Wit mag dus niet, want dat wordt geassocieerd door de kaartlezer met de meetwaarde nul.
* '''Bij H''' gaat het weer over dezelfde dataset (laten we maar weer zeggen: neerslag), echter nu kwalificeren we echter de kwantitatieve dataset; dat gebeurt met een min of meer divergerende schaal; de lage waarden worden gegroepeerd, en zijn samen (immers door hun gelige kleuren) te onderscheiden als te droog. Ook de te natte waarden zijn bewust beide erg blauw weergegeven (ook al zijn die nerslagcijfers voor bijvoorbeeld andere gebieden aan de lage kant). De indruk die ontstaat bij de kaartlezer is ook voor deze 'neerslagkleuren' erg nat. De uiteindelijke kaart zal naar verwachting goed leesbaar zijn, omdat de kaartlezer 3 kleursoorten ervaart: gele tinten (te droog), groen/blauwe tinten (geschikt) en erg blauwe tinten (te nat).
 
* '''Bij H''' gaat het weer over dezelfde dataset (laten we maar weer zeggen: neerslag), echter nu kwalificeren we echter de kwantitatieve dataset; dat gebeurt met een min of meer divergerende schaal; de lage waarden worden gegroepeerd, en zijn samen (immers door hun gelige kleuren) te onderscheiden als te droog. Ook de te natte waarden zijn bewust beide erg donker (blauw) weergegeven (ook al zijn die nerslagcijfers voor bijvoorbeeld andere gebieden aan de lage kant). De indruk die ontstaat bij de kaartlezer is ook voor deze 'neerslagkleuren' erg nat. De uiteindelijke kaart zal naar verwachting goed leesbaar zijn, omdat de kaartlezer 3 kleursoorten ervaart: gele tinten (te droog), groen/blauwegroene tinten (geschikt) en erg blauwe tinten (te nat).
NB1: Merk dus op dat al deze kleurenschema's goed (kunnen) zijn.
 
NB1: Merk dus op dat al deze kleurenschema's goed (kunnen) zijn. En merk op dat geen van de getoonde kleurenschema's in elk geval voldoet.
NB2: Kleurenschema's bij kwantitatieve data hebben uiteraard ook te maken met een visuele indruk. Kies je voor harde kleuren, dan zal het onderscheid in de data ook hard moeten zijn; er zijn flinke tegenstellingen volgens die kleuren. Kies je voor meer pasteltinten, dan zijn de gebieden onderling misschien wel verschillend, maar in de ogen van de kaartlezer ogen die verschillen niet zo erg. Zie ook [[Geo-visualisatie/Deel_C:_Kaartopmaak#Kleurgebruik_en_kleurassociaties|Kleurgebruik en kleurassociaties]] in deel C.
 
<div style="background:#FFDAB9;">
[[Afbeelding:Leer meer.png|20px]] '''SAMENVATTING:''' Het kleurverloop binnen (kwantitatieve) kleurenschema's is niet geheel vrij. Ze worden deels opgedrongen door het verloop van de dataset. Verschillend gekozen kleurenverlopenkleurenschema's leiden tot ''verschillende'' beelden van het fenomeen bij de kaartlezer. VerkeerdVerkeerde keuzes leiden zelfs tot een ''verkeerd'' beeld bij de kaartlezer.
</div>
 
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.