Geo-visualisatie/Deel B: Geo-visualisatie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Nijeholt (overleg | bijdragen)
k redigeeractie2
Nijeholt (overleg | bijdragen)
k redigeeracties
Regel 480:
:Toch is de beleidsmaker niet tevreden. Het is onoverzichtelijk, wanneer zoveel diagrammen in zo'n kartogram te voorschijn komen. Normaliseren is de oplossing.
 
* Kaart 10. Hierop wordt voor elke snelweg het aantal doden per kilometer vermeld. Dit heet '''normaliseren'''. Bij lijnen moet het kenmerk dat gevisualiseerd moet worden, gedeeld worden door de lengte. Bij vlakken dientmoet het het kenmerk dat gevisualiseerd dient te worden, gedeeld te worden door hetde oppervlakte van dat vlak. DezeDéze kaart is cartografisch goed, en ondersteunt de analyse van de data op de juiste wijze.
: Voor het eerst verschijnt een nuttige kaart. De andere kaarten waren 'slechts' nuttig om er achter te komen welke kaart dan wel gemaakt had moeten worden. Déze laatste kaart geeft eerlijk de getallen weer. De drukke knooppunten in de steden zijn dus wel degelijk gevaarlijk. Het visuele beeld dat nu ontstaat in cartografisch correct, grafisch aantrekkelijk en snel te lezen. Nog een detail. Wil de lezer bij een snelweg kunnen afleiden hoeveel doden er vallen, dan moet het aantal doden zoals dat in de legenda staat (per mijl) vermenigvuldigd worden met het aantal mijlen. Vandaar dat nu een schaalbalk een must is. Op deze wijze is het volgens Bertin niet alleen 'een kaart om te zien', maar ook een leeskaart.
 
* Nawoord. De volgende verbeteringen hadden ook overwegenoverwogen kunnen worden.
** Bij kaart 6: Het aantal doden per staat normaliseren per kilometer snelweg in die staat. Er blijft dan echter een probleem wanneer een choropleet. Grote staten, die een donkerrode kleur laten zien, vallen meer op dan kleine staten met diezelfde donkerrode kleur. Het is dus nog steeds het fout toepassen van een choropleet. Er had een voor een figuratieve kaart gekozen moeten worden. Deze kaart toont dan echter een minder gedetailleerd beeld dan kaart 10. In algemene bewoordingen: doordat een hoog aggregatieniveau (staten) is gekozen, worden verschillen die in de data voorkomen opgeteld, en wordtgaat detail-informatiedetailinformatie verloren. Er dient gedetailleerder, per object (in dit geval: snelweg) te worden gevisualiseerd. Een snelweg die een administratieve grens overgaat wordt niet plotseling veiliger. (Tenzij die staat andere snelwegen bouwt. Zou dat een conclusie of te testen vermoeden zijn, dan moet in de kaart onderscheid in snelwegtype worden aangegeven.)
** Naar aanleiding van de kaart bij 10 zal de onderzoeker zich afvragen waarom bepaalde snelwegen zo veel doden opleveren. Er dient waarschijnlijk onderscheid gemaakt te worden tussen het soort snelwegen - wel of niet gescheiden weghelften - en de drukte.
** Kaarten 6, 7 en 9 en 10 zijn alle choropleten.
Regel 502:
Bij het karteren kunnen gegevens van objecten in beeld gebracht worden. Denk aan locaties van restaurants, gemeten temperaturen bij alle bekende weerstations in Nederland. Dit is al gauw een kaart die Bertin (zie ) een 'kaart om te lezen' zal noemen; kaarten die slechts een serie gegevens weergegeven / opsommen.
 
Bij het karteren kunnen diezelfde gegevens ook als een verschijnsel in beeld gebracht worden. Denk dan aan de restaurantdichtheid per gemeente, of het temperatuurspreiding op een bepaalde dag.
 
In het geval van de locaties van restaurants is het maken van een spreidingskaart misschien veel beter; de lezer van de kaart ziet waar hij het beste naar toe kan voor de meeste keus. Objecten en niet de restaurantdichtheid moet dan worden weergegeven. Restaurantdichtheid - zeker per gemeente - is niet zo interessant. Interessanter is de spreiding van die objecten.
 
In het geval van de gemeten neerslag (al of niet gemiddeld) gaat het waarschijnlijk niet om de objecten/locaties. Het gaat om het ''verschijnsel'' neerslag. Waar die ene hoge neerslagwaarde toevallig gemeten is, is niet zo interessant, of het moet verantwoorden hoe de kaart tot stand is gekomen, en met hoeveel meetstations. Maar belangrijker is dan dat het verschijnsel neerslag in beeld komt, en wel voor héél het gebied. Er moeten nu dus géén objecten worden gekarteerd middels een spreidingskaart, maar een choropleet. Het verschijnsel neerslag vindt immers overal plaats, het varieert slechts in locatie. Ook waar niet gemeten wordt, vindt neerslag plaats. '''Het is een zogeheten continu verschijnsel.''' Laat - bijvoorbeeld door [[Geo-visualisatie/Vervolg_GIS#Ruimtelijke_statistiek_.2F_interpolatietechnieken|interpolatietechnieken]] die een GIS biedt - die variatie dus zien; karteer de neerslag als ''verschijnsel''.
 
Hiernaast staan vier figuren die bovenstaande verder verduidelijken. Het gaat om twee thema's; boven de neerslag en onder caravanbranden. In het geval van de neerslag is al duidelijk; die dient als choropleet in beeld te worden gebracht. De grenzen zijn hier middels iso-lijnen weergegeven, door interpolatietechnieken totstand gebracht. De bovenste twee figuren tonen dit. De onderste twee figuren (op basis van gesimuleerde data) tonen de spreiding van brandstichtingen van caravans, per woonplaats. <small>(De linker kaart is opnieuw de uitgangssituatie. Deze data is gesimuleerd, en komt - niet geheel toevallig - overeen met ééntiende van de neerslag. Dit doet echter niets af aan de volgende discussie.)</small>
Regel 512:
Je zou nu zeggen dat voor de kaart met brandstichtingen exact hetzelfde geldt als bij de neerslag: maak een choropleet en die kaart zal dan wel beter zijn dan die stippenkaart / spreidingenkaart. Immers, de data en de locaties zijn exact hetzelfde, alleen zijn de waarden door tien gedeeld. Niets is minder waar!
 
Bij de caravanbranden geldt: de linkerkaart is een goede, maar misschien lastig te lezen kaart. Misschien had er een figuratieve kaart van moeten worden gemaakt. Daar staan dan ook weer rode bolletjes of staafdiagrammen op, maar de grootte is afhankelijk van het aantal branden. (Omdat het een gesimuleerde kaart is, zou dit toevallig toch niet zo'n interessante kaart opleveren: de waarden liggen te dicht bij elkaar). De tweede kaart is echter ronduit FOUT! Deze kaart had nooit gemaakt mogen worden! Het verschijnsel is het aantal branden op een bepaalde locatie. Dat verschijnsel is niet continu, maar de objecten hebben een locatie. '''Het is een zogeheten discontinue verschijndel.''' Die ''objecten'' hadden dus gekarteerd moeten worden. Dus als een figuratieve kaart, of middels een choropleet, waarbij het aantal branden per provincie (per 10.000 caravans, of per 100.000 mensen) wordt weergegeven. Zo'n kaart zou misschien nog iets toevoegen ook! Het is dan wel een andere kaart geworden als een spreidingskaart.
 
Nu is er echter een iso-lijnen kaart van gemaakt (rechts in beeld) met dezelfde interpolatietechnieken als bij de neerslagkaart. Dit suggereert dat er tussenliggende dorpen zijn waar eenzelfde hoeveelheid branden is geweest... Dat kan nooit de bedoeling zijn geweest van de kaartenmaker, en het is al helemaal niet waar. De waarde die je afleest op een (goede) choropleet op een bepaalde plek, geldt ook op die plek!
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.