Boren is een verspaningstechniek waarbij een rond gat in een product wordt gemaakt met behulp van een boor, een spiraalvormig gereedschap met meestal twee snijkanten die om het middelpunt van het gereedschap draaien. Wanneer de bewerking wordt uitgevoerd met behulp van een boormachine, dan voert het gereedschap zowel het rondraaien als de beweging richting het product uit. Wanneer een draaibank wordt gebruikt, dan voert het gereedschap wel de beweging het product in uit, maar niet de rotatie. Het produkt draait dan rond.

Processen

bewerken

Boren in massief materiaal

bewerken

Bij het boren in massief materiaal wordt een verspanende bewerking uitgevoerd over de volledige doorsnede van de boor. Er kan een doorlopend of een blind gat worden gemaakt. Eerst moet er worden aangeboord. Met de draaiende conische top van de boor wordt een putje in het materiaal gemaakt. Met het verder duwen van de boor neemt de oppervlakte van het putje toe, totdat deze even groot is als die van de boor. Op dat moment begint de vol-boorfase. Het afgenomen materiaal komt het gat uit via de ruimte tussen de snijkanten en vervolgens door de spiraal. Hoe dieper de boor gaat, hoe meer wrijving ontstaat bij de afvoer van het afgenomen materiaal, zodat er steeds meer kracht nodig is voor dezelfde boorsnelheid. Wanneer in het product een doorlopend gat wordt geboord, dan zal wanneer de boor aan de andere kant naar buiten komt de kracht die het product op de boor uitoefent ineens vrijwel geheel wegvallen. De boor kan dan doorschieten.

Opboren/uitdraaien

bewerken

Bij het opboren wordt eerst een gat met een kleine diameter geboord, om vervolgens geleid door dat gat een groter gat op die plaats te boren. Dit proces wordt gebruikt voor het boren van diameters die te groot zijn om in een keer te kunnen boren. Hierbij mag de diameter van een boor niet groter zijn dan die van de kern van de volgende boor, om happen door het gereedschap te voorkomen. Bij een spiraalboor betekent dit dat de diameter van een boor niet meer mag zijn dan 0,3 maal de diameter van de volgende boor. Bij uitdraaien met behulp van een draaibank kan ook gewerkt worden met een asvormig gereedschap met uitstekende beitels die materiaal afnemen van de wand van het gat.

Verzinken

bewerken

Bij het verzinken wordt een gat aan de het begin verbreed. Dit kan conisch of getrapt worden gedaan. Het doel is het creëren van een sparing voor de kop van een bout of een schroef, zodat die in zijn geheel in het produkt valt. Dit voorkomt splijten van het hout. Verzinken kan worden gedaan met een verzinkboor of souvereinboor.

 


 


1: niet verzonken geboorde gat
2: verzonken gat
3: schroef aangebracht

 


verzink- of souvereinboor


Bij het ruimen wordt een gat nageboord met een boor met veel snijkanten. Het proces is bedoeld om het gat een hoge maatnauwkeurigheid te geven en een glad oppervlak. Het is te vergelijken met nadraaien.

Schroefdraad snijden met draadtappen

bewerken

Bij het schroefdraad snijden met draadtappen wordt een tap met het juiste schroefdraadprofiel het gat in gedraaid. Het gat moet hiervoor een iets grotere diameter hebben dan de kern van de tap, maar kleiner dan het schroefdraadprofiel. Het profiel van de tap zal aangrijpen, waardoor de tap met de juiste spoed het product in zal worden getrokken.

 

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.