Leerstof is de verzameling van alle materialen die een lerende dient te bestuderen[1][2]. Leerstof geeft dus in het onderwijs aan wat er gestudeerd moet worden. Als de gebruikte onderwijsmethode en de leerdoelen ook worden beschreven dan geeft de leerstof eveneens aan hoe men dien te leren en waar dat naar moet leiden[3]. Leerstof omvat leermaterialen als lesmaterialen, opgaven, instructies, studieteksten en onderwijsfilms. Onderwijs dat uitgaat van de leerstof en niet van de lerende wordt leerstof-gecentreerd onderwijs genoemd.

Misconcepten

bewerken

Ten onrechte vatten leken vaak onder leerstof een begrenzing van de kennis die men moet verwerven. Leerstof is echter breder dan het opdoen kennis alleen en is informatie die bijdraagt aan het verwerven van alle type leerdoelen. De leerstof is niet een abstracte beschrijving van inhoud maar juist ook het materiële deel, de drager ("stof") van hetgeen men dient te leren (daarom is de Engelse term subject material om dit te onderscheiden van leerplan wat als curriculum wordt vertaald) want zonder de drager te noemen is het lastig precies genoeg te beschrijven wat de leerstof behelst en wordt de beschrijving meer een leerdoelachtige beschrijving. Ook een misconcept is dat de leerstof wordt afgebakend door de wetgever of door de school, aan de hand van de verwachtingen die men bij een bepaald niveau van onderwijs van de leerlingen heeft. Dit is wat leerdoelen of eindtermen beschrijven en dus hoogstens een onderdeel van de leerstof. Verder wisselt men leerstof en lesstof in de praktijk uit omdat men de les als de primaire plaats of organisatie van leren beschouwd wat niet voor alle onderwijssituaties opgaat.

De misconcepten ontstaan omdat we allemaal op een andere manier hebben deelgenomen of nog deelnemen aan het onderwijs. Zo zal de onderwijzer de leerstof vaak zien als datgene wat onderwezen dient te worden en daarmee uit het oog verliezen dat het gaat om wat van de aangereikte informatie is overgekomen op de leerling. De leerling zal juist de leerstof zien als datgene wat eigen gemaakt moet worden en uiteindelijk wordt getoetst. Voor de ontwikkelaar van het onderwijsmateriaal is de focus op het ontwerp dat in concrete onderwijsmaterialen moet worden omgezet. Leerstof is echter niet een van die perspectieven maar alle tegelijk.

Achtergrond

bewerken

Traditioneel krijgt de leerstof veel aandacht van de onderwijzer. Echter onderwijsdeskundigen en daarmee de trainers van de onderwijzers hebben van oorsprong veel meer de focus op onderwijsgedrag en -resultaten[4], mede ook omdat leerstof zelf van oudsher vooral vastlag. Dat verandert de laatste tijd meer en meer, gesteund door de ontwikkelingen in de maatschappij waardoor inhoud steeds meer open is en eenvoudig te benaderen. Men kan in de huidige tijd eerder spreken van een overschot aan vrije informatie die via internet beschikbaar is. Het uit dit publieke domein filteren van betrouwbare informatie is ook steeds minder een probleem, bijvoorbeeld dankzij wikipedia en wikibooks.

Onderwijzers worden dus heden ten dage in de mogelijkheid gesteld vrij eenvoudig een eigen programma samen te stellen. Uiteraard is dit ook gevoed vanuit de trend om beslissingen betreffende het onderwijs meer te decentraliseren samen met een groter beroep op docenten om mee te denken over het curriculum[5]. Toch gebeurt dit in de praktijk nog zelden en houdt men zich trouw aan het boek. Dat kan verband houden met de ontwikkelingen begin 2000 van een centraal bepaalde onderwijsstandaard, hoewel het nog steeds aan de docent was om te bepalen welke inhoud daaraan voldoet[6].

Het bepalen, selecteren en ordenen van de inhoud van de leerstof is afhankelijk van de concrete onderwijssituatie en de leerdoelen. Vaak wordt gekeken hoe zowel aan de dagelijkse werkelijkheid als aan de belevingswereld van de lerende recht wordt gedaan. De leerstof zal dan niet alleen werkelijke gebeurtenissen, situaties, toestanden en verschijnselen beschrijven maar er ook een verklaring, betekenis, voorspelling en zingeving aan willen geven. Verder is een aandachtspunt in de leerstof vaak wat de lerende in de toekomst met het onderwerp kan (trends en perspectieven) of in het verleden heeft gedaan (historische ontwikkeling en belang).

De waarde die ouders aan de leerstof toekennen lijkt samen te hangen met hun beroep. Onderzoek wijst erop dat des te lager de positie van de ouder op de werkvloer is, des te meer zij of hij hecht aan de leerstof die haar of zijn kind krijgt voorgeschoteld[7] en dat des te meer men hecht aan de leerstof des te minder men gericht is op de leerling zelf en vice versa[8].

Onderwijzers zijn meer op de leerling en minder op de lesstof gefocust dan ouders [9]. En juist daarom is het volgens sommige deskundigen nodig dat de docenten een goed begrip hebben van het vak dat ze geven en hoe nieuwe kennis in dat vakgebied wordt gebracht[10]. Andere deskundigen waarschuwen ervoor dat een te grote focus op de inhoud kan betekenen dat een onderwijzer te veel vervreemd raakt van diegene die hij dient te onderwijzen.

  1. Braak, L.H., Rookhuijzen, R.F. en Sanders, A.J. (1976). Individuele Studie Systemen . Pedagogische Studiën (53). 283.
  2. Tomic, W. (1994). ONTWIKKELING EN EVALUATIE VAN EEN PSYCHOLOGIECURSUS VOOR AFSTANDSONDERWIJS EEN CASE STUDY . Tijdschrift voor Onderwijswetenschappen, 23(5). 180-191.
  3. overheid.nl (02-11-2011). Wet op de erkende onderwijsinstellingen, Artikel 12. Examens, lid 2 .
  4. Zumwalt, K. (1989). Beginning professional teachers: The need for a curricular vision . Oxford: Knowledge base for the beginning teacher. 101 - 116.
  5. Passe, J. (1999). The elementary school curriculum . Boston: McGraw-Hill.
  6. Scherer, M. (2001). How and Why Standards Can Improve Student Achievement: A Conversation with Robert Marzano . Educational Leadership: Association for Supervision and Curriculum Development.
  7. Bowles, S. en Gintis, H. (1976). Schooling in capitalist America: Educational reform and the contradictions of economic life . New York: Basic Books.
  8. Meijnen, G.W. (1982). Onderwijs, sociaal milieu en reproduktie van de maatschappelijke ongelijkheid . Baarn: Ambo.
  9. Denessen, D. (200). Opvattingen over onderwijs: leerstof- en leerlinggerichtheid in Nederland . Garant. ISBN: 9053509445.
  10. Crossman, P., Wilson, S., en Shulman, L. (2001). Teachers of substance: Subject matter knowledge for teaching . Oxford: Pergamon Press.
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.