Maatschappijleer/Vaardigheden
- ▢ communiceren.
- ▢ basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren.
- ▢ luisteren.
- ▢ uitdrukken.
- ▢ vragen stellen.
- ▢ samenwerken.
- ▢ basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op samenwerken.
- ▢ informatie verwerven.
- ▢ basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op informatie verwerven.
- ▢ informatie verwerken.
- ▢ basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op informatie verwerken.
- ▢ de benaderingswijze van het vak maatschappijleer beschrijven.
- ▢ de benaderingswijze van het vak maatschappijleer toepassen.
- ▢ principes van de benaderingswijze van het vak maatschappijleer toepassen.
- ▢ principes van de benaderingswijze van het vak maatschappijleer toepassen met betrekking tot een maatschappelijk vraagstuk.
- ▢ procedures van de benaderingswijze van het vak maatschappijleer toepassen.
- ▢ procedures van de benaderingswijze van het vak maatschappijleer toepassen met betrekking tot een maatschappelijk vraagstuk.
- ▢ een standpunt innemen.
- ▢ een standpunt innemen en hier argumenten voor geven.
- ▢ een standpunt innemen en hier argumenten voor geven met betrekking tot een maatschappelijk vraagstuk.
- ▢ beschrijven hoe een mens zich ontwikkelt tot lid van de samenleving.
- ▢ beschrijven hoe mensen communiceren.
- ▢ beschrijven hoe mensen verbaal communiceren.
- ▢ beschrijven hoe mensen non-verbaal communiceren.
- ▢ beschrijven hoe eenzijdige communicatie plaatsvindt.
- ▢ beschrijven hoe tweezijdige communicatie plaatsvindt.
- ▢ beschrijven hoe persoonlijke communicatie plaatsvindt.
- ▢ beschrijven hoe massacommunicatie plaatsvindt.
- ▢ benoemen en beschrijven wat massamedia inhoudt.
- ▢ een definitie geven van massamedia.
- ▢ beschrijven wat massamedia is.
- ▢ voorbeelden geven van massamedia.
- ▢ beschrijven waarvoor massamedia gebruikt wordt.
- ▢ beschrijven hoe massamedia gebruikt wordt voor kennis.
- ▢ beschrijven hoe massamedia gebruikt wordt voor nieuws.
- ▢ beschrijven hoe massamedia gebruikt wordt voor ontspanning.
- ▢ beschrijven wat is rol is van massamedia in de identiteitsontwikkeling.
- ▢ beschrijven hoe massamedia gebruikt wordt bij de vorming van de identiteit.
- ▢ de invloed van het socialisatieproces herkennen en beschrijven.
- ▢ benoemen en beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt.
- ▢ benoemen en beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt door informatie.
- ▢ benoemen en beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt door aanwijzingen.
- ▢ benoemen en beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt door ervaringen.
- ▢ benoemen en beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt door experimenteren.
- ▢ benoemen waar socialisatie plaatsvindt.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt in het gezin.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt bij de opvoeding in het gezin.
- ▢ beschrijven hoe overdracht van waarden plaatsvindt bij de in het gezin.
- ▢ beschrijven hoe overdracht van normen plaatsvindt bij de in het gezin.
- ▢ beschrijven hoe overdracht van gewoonten plaatsvindt bij de in het gezin.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt in de school.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt door vriendschappen.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt op een sportclub.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt op het werk.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt binnen een geloof.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt door media.
- ▢ benoemen en beschrijven hoe beïnvloeding plaatsvindt door media.
- ▢ beschrijven hoe socialisatie plaatsvindt door de overheid.
- ▢ benoemen en beschrijven welk gedrag aangeboren is.
- ▢ voorbeelden noemen van aangeboren gedrag.
- ▢ beschrijven wat sociale verschillen zijn.
- ▢ met voorbeelden beschrijven wat sociale verschillen zijn.
- ▢ beschrijven hoe sociale verschillen veroorzaakt worden.
- ▢ met voorbeelden beschrijven hoe sociale verschillen veroorzaakt worden.
- ▢ beschrijven hoe de plaats van een mens op de maatschappelijke ladder kan veranderen.
- ▢ beschrijven wat sociale mobiliteit inhoudt.
- ▢ voorbeelden geven van belangen van mensen.
- ▢ voorbeelden geven van belangen van mensen in een bepaalde maatschappelijke positie.
- ▢ voorbeelden geven van belangen van mensen in een bepaalde maatschappelijke positie en van conflicten die daarmee samenhangen.
- ▢ beschrijven en uitleggen dat mensen vanuit hun maatschappelijke posities belangen hebben en hoe daardoor conflicten kunnen ontstaan.
- ▢ maatregelen van de overheid ten aanzien van sociale ongelijkheid noemen.
- ▢ overheidsbeleid ten aanzien van sociale ongelijkheid beschrijven.
- ▢ overheidsbeleid ten aanzien van sociale ongelijkheid verklaren.
- ▢ vormen van macht herkennen.
- ▢ vormen van macht beschrijven.
- ▢ vormen van macht verklaren.
- ▢ machtsmiddelen herkennen.
- ▢ machtsmiddelen beschrijven.
- ▢ machtsmiddelen verklaren.
- ▢ beschrijven hoe regels het samenleven van mensen mogelijk maken.
- ▢ uitleggen hoe regels het samenleven van mensen mogelijk maken.
- ▢ beschrijven welke mogelijkheden burgers hebben om invloed uit te oefenen op de politiek.
- ▢ uitleggen welke mogelijkheden burgers hebben om invloed uit te oefenen op de politiek
- ▢ kenmerken van een parlementaire democratie noemen.
- ▢ kenmerken van een parlementaire democratie herkennen.
- ▢ kenmerken van een parlementaire democratie toelichten.
- ▢ beschrijven wat beeldvorming is.
- ▢ uitleggen wat beeldvorming is.
- ▢ voorbeelden van beeldvorming geven.
- ▢ een definitie van beeldvorming geven.
- ▢ beschrijven wat vooroordelen zijn.
- ▢ uitleggen wat vooroordelen zijn.
- ▢ voorbeelden noemen van vooroordelen.
- ▢ een definitie van vooroordelen geven.
- ▢ beschrijven hoe vooroordelen ontstaan.
- ▢ aangeven wat er tegen vooroordelen te doen is.
- ▢ beschrijven wat discriminatie is.
- ▢ uitleggen wat discriminatie is.
- ▢ voorbeelden noemen van discriminatie.
- ▢ een definitie van discriminatie geven.
- ▢ redenen geven waarom mensen gediscrimineerd worden.
- ▢ beschrijven hoe mensen gediscrimineerd kunnen worden vanwege hun culturele achtergrond.
- ▢ beschrijven hoe mensen gediscrimineerd kunnen worden vanwege hun uiterlijk.
- ▢ beschrijven hoe mensen gediscrimineerd kunnen worden vanwege hun seksuele voorkeur.
- ▢ beschrijven hoe mensen gediscrimineerd kunnen worden vanwege hun leeftijd.
- ▢ beschrijven hoe discriminatie ontstaat.
- ▢ aangeven wat er tegen discriminatie te doen is.
- ▢ beschrijven hoe mensen bij het vormen van hun meningen beïnvloed worden door selectie van informatie.
- ▢ aangeven dat selectieve waarneming een rol speelt in het proces van beeld- en meningsvorming.
- ▢ uitingen van vooroordelen ten aanzien van mannen en vrouwen in de samenleving herkennen.
- ▢ beeldvorming ten aanzien van mannen en vrouwen in de samenleving herkennen.
- ▢ uitingen van vooroordelen ten aanzien van mannen en vrouwen in de samenleving benoemen.
- ▢ beeldvorming ten aanzien van mannen en vrouwen in de samenleving benoemen.
- ▢ beschrijven hoe men uitingen van vooroordelen en discriminatie tegemoet kan treden vanuit het beginsel van gelijkwaardigheid en respect.
- ▢ van een bepaald sociaal probleem beschrijven hoe de beeldvorming erover tot stand komt/gekomen is.