Netwerkbeheer/Werken met dit boek/Onderwerpen
Dit boek gaat mogelijk de volgende onderwerpen bevatten (de onderwerpen worden nog per deelonderwerp uitgewerkt):
Basisbegrippen
bewerkenVirtualisatie
bewerkenNiveau: 3
- Concrete ervaringen opdoen met hardware virtualisatie
- emulatie
- volledige virtualisatie
- gedeeltelijke vritualisatie
- paravritualisatie.
- Toepassingen van virtualisatie kunnen noemen.
- Verschillende netwerkinstellingen (bridged, host only, NAT, geen netwerk) kunnen gebruiken.
- Een tekening kunnen maken
TCP/IP
bewerkenNiveau: 3
- 5 lagen, met name 3 t/m 5.
- Voorbeelden kunnen noemen van protocollen in elke laag.
- IP-adressen kunnen configureren
- Weten wat TCP-poorten zijn.
Bestandsbeheer
bewerkenSchijfbeheer (RAID)
bewerken- RAID 0, 1, 5 en 10 snappen
- Een array kunnen configureren
- Partitionering van een server
Fileserver
bewerkenNiveau: 3
- Enkele fileserverprotocollen kunnen noemen: FTP, SMB, NFS
- Een fileserver kunnen inrichten
- Gebruikers rechten toekennen
IP adressen beheren
bewerkenDNS
bewerkenNiveau: 3
- Het begrip DNS kennen.
- Weten wat domeinnamen zijn en hoe deze werken op het internet.
- De resource records kennen (A, AAAA, MX, NS, etc)
- Een deel van de DNS overschrijven.
- Een server in een bestaande DNS kunnen registeren met A en MX.
- Met welk gereedschap je een DNS kunt raadplegen.
Niveau: 4
- Een simpele DNS server inrichten.
DHCP
bewerkenNiveau: 3
- Het begrip DHCP kennen en de belangrijkste netwerkinstellingen kunnen noemen.
- Voor- en nadelen van DHCP kunnen noemen.
- Een DHCP server opzetten.
- Clients volgens DHCP beheren
- Static leases maken.
Niveau: 4
- Een eMail-server installeren en configureren
- Een A record in een DNS registeren
- Verschillende eMailprotocollen gebruiken (POP3, SMTP, IMAP)
Veiligheid
bewerkenNiveau: 4
- Basis security
Firewall
bewerkenNiveau: 4
- Verschillende typen firewalls kunnen instellen
- Netwerklaag and packet filters
- Applicatielaag
- Proxies
- Network address translation
- Port forwarding
Niveau: 3
- Verschillende firewall
- Hardware vs software firewall
Besturingssystemen
bewerkenAlgemeen
bewerkenNiveau: 3
- Werken met de Commandline
- Basiscommando's kunnen hanteren
- Parameters kunnen gebruiken
- Help bij commando's kunnen opvragen
- Remote management
- RDP
- Microsoft Management Console
Niveau: 4
- SSH / Telnet
Niveau: 4
- Processmanagement (in een besturingssysteem)
Clients
bewerkenNiveau: 3
- Client besturingssystemen in een netwerk
- Client management
Niveau: 4
- Thin Clients kunnen inrichten
- Imaging
- Applicaties uitrollen in een netwerk (bv met msi)
Servers
bewerkenNiveau: 3
- Een server besturingssystemen kunnen installeren en configuren: Windows Server, Linux Server
Niveau: 4
- Basis scripting voor logon scripts en standaard beheertaken
Services
bewerkenNiveau: 3
- Webserver
- Databaseserver
Niveau: 4
- Printer management
- Alle services die rondzwerven in deze pagina hier invoegen
Netwerkbeheer in het klein
bewerkenBekabeling/netwerk managament
bewerkenNiveau: 3
- Een patchkast inrichten volgens normen.
- Walloutlet bekabelen.
- LSA-panelen monteren.
- Een patch aanbrengen met een zelfgemaakte kabel
- Netwerktekening maken van de bekabeling en deze documentateren
Netwerkbeheer in het groot
bewerkenGreen IT
bewerkenNiveau: 4
- Richtlijnen vanuit de industrie en overheid kunnen noemen
- Weten welke levelsloop hardware heeft en hoe deze gerecycled moet worden
- Welke invloed software heeft op het milieu (algorithmische effientie, waar je hardware plaatst, virtualisatie en terminal services)
- Power management
- Energiegebruik: efficientie en broeikasgassen
Datacenter
bewerkenNiveau: 4
Weten hoe een datacenter ontworpen is:
- Klimaatbeheersing
- Stroomvoorziening
- Laag-spanningskabels routering (o.a. patchen)
- Brandbescherming
- Veiligheid
Nog indelen
bewerken- VPN/RAS (niveau: 4)
- Peer-to-peer (niveau: 3)
- VoIP gatway opzetten (niveau: 4)
- VoIP telefoons aansluiten (niveau: 4)
- SMB (niveau: 3)
- Bittorrent (niveau: 4)
- Cloud computing (niveau: 4)
- Chat clients (niveau: 3)
- Bluetooth (niveau: 3)
- Usermanagement (active directory, novell, ldap, etc) (niveau: 3)
- Disaster recovery (niveau: 4)