Onderwijs in relatie tot P2P/Civiele maatschappij
De civiele maatschappij wordt ook wel eens de burgermaatschappij genoemd. Het begrip vindt zijn oorsprong in de Griekse Oudheid. Tijdens deze periode werd het begrip omschreven als de mens die onderdeel is van een samenleving en zijn rol invult als burger (Kracht van burgermaatschappij, 2011).
De huidige betekenis van het woord is gebaseerd op de invulling die Robert Putnam, een populaire politicoloog, aan het woord heeft toegekend. Het begrip de civiele maatschappij verzamelt alle burgers van de samenleving die zelf initiatieven ondernemen. Het gaat om bewuste burgers die actief willen participeren aan de maatschappij. Hiertoe ontwikkelt de actieve burger initiatieven en gemeenschappen, vaak om een maatschappelijk doel te bereiken. De actieve burger is ook een mondige burger. Hij komt op voor zijn en andermans belangen (Kracht van burgermaatschappij, 2011).
Civiele maatschappij en P2P
bewerkenDe kerntaak van de civiele maatschappij omvat het oprichten van betekenisvolle structuren uit eigen initiatief. Burgers worden actief en richten zelf organisaties op om maatschappelijke doelen te bereiken. Ze ondernemen deze initiatieven uit de overtuiging dat ze een nuttige bijdrage aan de samenleving leveren (Reverda, 2005).
Het valt echter op dat binnen onze huidige samenleving de civiele maatschappij maar een secundaire rol speelt. Bauwens vertelt immers meerdere malen in zijn boek “De wereld redden” dat de civiele maatschappij in onze huidige samenleving onproductief is (Bauwens & Lievens, 2013). Burgers richten nauwelijks betekenisvolle structuren op uit eigen initiatief. Dit kunnen we concluderen uit het feit dat er veel minder non-profitorganisaties zijn dan klassieke bedrijven. Een concreet voorbeeld hiervan is dat het grootste deel van de markt van voedingswaren door de klassieke ketens wordt ingevuld, terwijl alternatieve organisaties zoals Oxfam wereldwinkels of lokale initiatieven zoals Hartenboer Vlaams-Brabant slechts een relatief kleine omzet realiseren. De civiele maatschappij wordt dan ook beschouwd als een soort restcategorie. De markt heeft immers veel macht. Dit kan men verklaren door het feit dat we in een kapitalistische samenleving leven waarin winst maken het doel is dat men nastreeft (Bauwens & Lievens, 2013).
Bauwens suggereert in zijn boek “De wereld redden” dat er een onevenwicht is tussen de drie begrippen: de staat, de markt en de civiele maatschappij. Bauwens beseft dat er verandering moet komen. Steeds meer spullen op de markt brengen, en dus steeds meer energie en grondstoffen gebruiken, kan niet op een eindige planeet. Volgens Bauwens loopt het productie-consumptiemodel op zijn laatste benen. Bauwens ziet een groot emancipatorisch potentieel bij de civiele maatschappij. Hij wil van de huidige kapitalistische samenleving naar een samenleving die gebaseerd is op P2P evolueren (Bauwens & Lievens, 2013).
Algemeen kan men zeggen dat een P2P-samenleving een samenleving is die gebaseerd is op een vrije inzet van de burgers. In een P2P-samenleving ligt de nadruk niet meer op het maken van winst. De markt zal dus een minder belangrijke positie innemen. Binnen een samenleving die gebaseerd is op P2P kan elk individu als burger bijdragen aan een gemeenschappelijk project. Dit impliceert dat de civiele maatschappij productief wordt. Hierdoor zal de civiele maatschappij terug een hogere positie in de samenleving innemen. In een P2P-samenleving zal de civiele maatschappij dus geen restcategorie meer zijn. Integendeel, de civiele maatschappij zal binnen het P2P model centraal staan. Burgers worden actief en richten uit eigen initiatief betekenisvolle structuren op. Ze ondernemen deze initiatieven omdat ze ervan overtuigd zijn dat ze een nuttige bijdrage aan de samenleving leveren (Bauwens & Lievens, 2013).
Men kan dus concluderen dat door P2P de civiele maatschappij geherwaardeerd zal worden.
Voorbeeld
bewerkenBijna iedereen kent de milieuorganisatie Greenpeace. Deze organisatie is het resultaat van een initiatief dat door de civiele maatschappij werd ondernomen. Het verhaal van Greenpeace begon toen de Verenigde Staten in 1971 opnieuw een atoomproef wilden uitvoeren op het eilandje Amchitka voor de kust van Alaska. Natuurbeschermers en wetenschappers aan de westkust van de Verenigde Staten en Canada maakten zich ernstig zorgen over deze tests die het leefmilieu ernstige schade zouden toebrengen. Een groepje Canadezen nam het heft in eigen handen en besloot om zelf naar de plaats van het onheil te gaan. Daar vestigden zij de aandacht op het enorme geweld dat de natuur werd aangedaan. De hele wereld hoorde van het opmerkelijke initiatief en van de atoomproeven. Zo werd de milieuorganisatie Greenpeace geboren (Hoe het begon, n.d.).
Greenpeace is in de loop der jaren uitgegroeid tot een erg grote organisatie die wereldwijd actief is. Initiatieven die door de civiele samenleving ondernomen worden, moeten echter niet steeds uitmonden in grote organisaties. Je zieke buur een kom warme soep brengen, op een woensdagmiddag een leuke activiteit organiseren voor de kinderen van het dorp, een betoging opstarten tegen de verhoging van het studiegeld… zijn ook initiatieven die onder de notie van de civiele maatschappij vallen (Kracht van burgermaatschappij, 2011).
Theoretische duiding
bewerkenOnze samenleving bestaat uit een complex geheel van structuren en organisaties. Binnen de sociale wetenschappen delen we de samenleving op in drie verschillende velden: de staat, de markt en de civiele maatschappij. Antonius Cornelis Zijderveld, een socioloog en filosoof, ontwikkelde de democratische driehoek. De democratische driehoek wordt ook wel eens de conceptuele driehoek genoemd. De democratische/conceptuele driehoek is een figuur waarmee de positie van de civiele maatschappij naast de positie van de markt en de staat kan worden geïllustreerd (Reverda, 2005).
De kerntaak van de staat is het ontwikkelen van wetten en regels. Deze wetten en regels zorgen voor orde in de samenleving. Op deze manier ontstaan ook de rechten en de plichten van de burgers (Reverda, 2005).
De kerntaak van de markt bestaat uit het voeren van handel en bedrijvigheid (Reverda, 2005).
De kerntaak van de civiele maatschappij omvat het oprichten van betekenisvolle structuren uit eigen initiatief. Burgers worden actief en richten zelf organisaties op om maatschappelijke doelen te bereiken. Ze ondernemen deze initiatieven uit de overtuiging dat ze een nuttige bijdrage aan de samenleving leveren (Reverda, 2005).
Elk begrip van de democratische/conceptuele driehoek heeft zijn eigen inhoud en kracht. Elk begrip is echter in zijn werking afhankelijk van de andere twee begrippen. De kwaliteit van de democratie en van de samenleving is afhankelijk van een goede balans tussen de drie begrippen: de staat, de markt en de civiele maatschappij (Reverda, 2005).
Reverda beweert dat een eenzijdige ontwikkeling van één van deze begrippen kan leiden tot een verschraling van de kwaliteit van het bestaan. Zo zou een te hoge positie van de markt kunnen leiden tot een wereld waarin het recht van de sterkste de maat wordt. Solidariteit en saamhorigheid zouden verdwijnen en een doorgevoerd individualisme komt tot stand. Een te hoge positie van de civiele maatschappij zou dan weer kunnen leiden tot een onvoorwaardelijk groepsconformisme, waarin geen plaats meer is voor individueel initiatief. Een overvloedige staatsinterventie kan dan weer leiden tot een ondermijning van de vrije markt. Hierdoor kunnen er ernstige crisissituaties ontstaan. Het is dus erg belangrijk om een goed evenwicht tussen deze drie belangrijke basisbegrippen na te streven (Reverda, 2005).
De civiele maatschappij is een begrip met een lange geschiedenis. Het begrip ontstond in de Griekse oudheid. Het is een letterlijke vertaling van 'politiké koinonia'. In de klassieke oudheid werd het begrip voornamelijk door filosofen gebruikt om grote vraagstukken met betrekking tot de structuur van het leven beter te begrijpen. Het begrip werd dan ook algemeen omschreven als de mens die onderdeel is van een samenleving en zijn rol invult als burger (Bollen, 2007).
De moderne invulling van het begrip ontwikkelt zich pas vanaf de tweede helft van de zeventiende eeuw. In Europa vindt er een belangrijke verandering plaats van de publieke sfeer. Onder invloed van de verlichtingsidealen komen burgers samen in koffiehuizen en genootschappen om te discussiëren over de wenselijke inrichting van de maatschappij. Zo ontstaan de publieke opinie en het maatschappelijk debat. Het begrip de civiele maatschappij wordt gebruikt met de doelstelling de invloedssfeer van absolutistische vorsten te beperken (Bollen, 2007).
Het eerste moderne gebruik van de term civiele maatschappij wordt vaak toegeschreven aan Adam Ferguson. Ferguson maakt nog geen onderscheid tussen de staat en de civiele maatschappij. Volgens Ferguson dienen burgerlijke verenigingen gecreëerd en versterkt te worden opdat de civiele maatschappij kan openbloeien. Een regering moet vervolgens ademruimte geven aan de sociale verenigingen die ontwikkeld worden. Eigenlijk zegt Ferguson hier dat de civiele maatschappij voor haar bestaan en vooruitgang afhankelijk is van onafhankelijke sociale organisaties (Bollen, 2007).
De filosoof Georg Wilhelm Friedrich Hegel volgt het denken van Adam Ferguson. Hij werkte als eerste een theorie van de civiele maatschappij uit. Hegel maakt echter wel het onderscheid tussen de staat en de civiele maatschappij. Hegel is van mening dat de civiele maatschappij getemd moet worden door de staat (Bollen, 2007).
In de twintigste eeuw leverde Jürgen Habermas een belangrijke bijdrage inzake het begrip de civiele maatschappij. Hij gebruikt de term als aanduiding voor een algemene culturele sfeer die binnen de samenleving heerst. Hierdoor wordt het begrip 'de civiele maatschappij' op verschillende niveaus inzetbaar, en niet meer enkel op politiek niveau (Hemelsnaam civiele samenleving, 2005).
Recent hield de populaire politicoloog, Robert Putnam, een warm pleidooi voor de introductie van meer civiele maatschappij in het dagelijks leven. De civiele maatschappij is volgens hem essentieel voor het functioneren van een democratie. Hij moedigt zijn medeburgers aan om uit eigen initiatief betekenisvolle structuren op te richten. De huidige betekenis van het woord de civiele maatschappij is afgeleid van de betekenis die Robert Putnam aan het woord heeft toegekend (Kracht van burgermaatschappij, 2011).
Externe links
bewerkenVia deze link vindt u een verhandeling over de civiele maatschappij. http://cesrt.hszuyd.nl/files/RESEARCH%20THEMES/CIVIL%20SOCIETY,%20MARKET%20AND%20STATE/Staat,%20markt%20en%20burgermaatschappij_korte%20inleiding_NReverda.pdf
Via deze link vindt u meer uitleg over de geschiedenis van het begrip de civiele maatschappij. http://www.globalinfo.nl/Achtergrond/wat-is-in-hemelsnaam-de-qciviele-samenlevingq.html
Via deze link vindt u een rapport dat de functie van de burgermaatschappij toelicht. https://repository.scp.nl/bitstream/handle/publications/1114/De_oplossing_van_de_civil_society.pdf?sequence=1
Via deze link vindt u een wetenschappelijk artikel dat hadelt over de civiele maatschappij. http://muse.jhu.edu/journals/journal_of_democracy/v007/7.3foley.html
Via deze link vindt u een afbeelding van de conceptuele driehoek. https://www.google.be/search?q=conceptuele+driehoek&espv=2&biw=1067&bih=533&source=lnms&tbm=isch&sa=X&ei=RhB6VOXpLcHKaIGggvAL&ved=0CAYQ_AUoAQ#tbm=isch&q=democratische+driehoek&facrc=_&imgdii=_&imgrc=U-OzcY_7bJoC8M%253A%3BdDAxU4m60GMduM%3Bhttps%253A%252F%252Fpbs.twimg.com%252Fmedia%252FBGIBTG8CEAER8gU.jpg%3Bhttps%253A%252F%252Ftwitter.com%252Froberteisema%252Fstatus%252F315816351652515840%3B346%3B350
Referenties
bewerkenBauwens, M., & Lievens, J. (2013). De wereld redden. Met peer-to-peer naar een postkapitalistische samenleving. Antwerpen, Belgium: Houtekiet.
Bollen, J. (2007). Voorbodes van democratie? Een onderzoek naar de rol van ngo’s in het civielemaatschappijparadigma (Unpublished master’s thesis). Universiteit Gent, Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, België.
Hoe het begon. (n.d.). Retrieved November 12, 2014, from http://www.greenpeace.org/belgium/nl/wie-zijn-we/geschiedenis/
Reverda, N. (2005). De staat, de markt en burgermaatschappij: Een korte inleiding. Retrieved November 12, 2014, from http://cesrt.hszuyd.nl/files/RESEARCH%20THEMES/CIVIL%20SOCIETY,%20MARKET%20AND%20STATE/Staat,%20markt%20en%20burgermaatschappij_korte%20inleiding_NReverda.pdf
Wat is in hemelsnaam de "civiele samenleving”? (2005). Retrieved November 12, 2014, from http://www.globalinfo.nl/Achtergrond/wat-is-in-hemelsnaam-de-qciviele-samenlevingq.html