Het Grieks heeft zelfstandige naamwoorden die op dezelfde manier als ὁ δουλος, ἡ μαχη en το θηριον worden verborgen, maar er zijn ook zelfstandige naamwoorden die op -ος, -ης en -α eindigen en toch anders worden verbogen.
Zelfstandige naamwoorden
bewerkenὉ νους
bewerkenEen regelmatig zelfstandig naamwoord dat op -ος eindigt heeft een mannelijke verbuiging, tenzij het een vrouwelijk lidwoord heeft. Εr zijn ook mannelijke woorden die wél tot de -ος-groep behoren maar wel anders verbogen worden. Een goed voorbeeld hiervan is ὁ νους, wat 'geest' of 'verstand' betekent. Hieronder staat de verbuiging van ὁ νους.
naamval enkelvoud meervoud nominativus ὁ νους οἱ νοι genitivus του νου των νων dativus τῳ νῳ τοις νοις accusativus τον νουν τους νους
- Hier is de onregelmatigheid de stam die enkel ν- is. Bij de nominativus en accusativus enkelvoud is de stam νου- en zijn de uitgangen -ς en -ν.
Ἡ θαλαττα
bewerkenEen regelmatig zelfstandig naamwoord dat op -η of -α eindigt heeft een vrouwelijke verbuiging. Zodra een vrouwelijk zelfstandig naamwoord een stam heeft eindigend op -ρ, -ε, -ι wordt de uitgang in het enkelvoud -α in plaats van -η, dit wordt ook wel de ρει-regel genoemd. Maar bij deze regel is ἡ θαλαττα een bekende uitzondering. Hieronder staat de verbuiging van ἡ θαλαττα, wat 'zee' betekent.
naamval enkelvoud meervoud nominativus ἡ θαλαττα αἱ θαλατται genitivus της θαλαττης των θαλαττων dativus τῃ θαλαττῃ ταις θαλατταις accusativus την θαλατταν τας θαλαττας
- Hier is de onregelmatigheid de afwisselende -α en -η als uitgang. Bij de nominativus en accusativus enkelvoud is de uitgang -α, en bij de overige enkelvoud is de uitgang -η. Het meervoud is hier regelmatig.
De lidwoorden en uitgangen van uitzonderingen
bewerkenBij de Grieken hadden de zelfstandige naamwoorden dus een mannelijk, vrouwelijk of onzijdig geslacht. Alleen konden sommige mannelijke woorden ook een vrouwelijke uitgang hebben, en andersom. Om dan het geslacht te bepalen werd naar het lidwoord gekeken en niet naar de uitgang. De meeste mannelijke woorden met een vrouwelijke verbuiging hebben in de nominativus enkelvoud de uitgang -ης, zoals Ὁ δεσποτης, wat 'heerser' betekent. Dus het woord Ὁ δεσποτης zal een vrouwelijke uitgang krijgen maar wél een mannelijk lidwoord hebben, dat ziet er dan zo uit:
naamval enkelvoud meervoud nominativus ὁ δεσποτης οἱ δεσποται genitivus του δεσποτου των δεσποτων dativus τῳ δεσποτῃ τοις δεσποταις accusativus τον δεσποτην τους δεσποτας
- Alléén de genitivus enkelvoud wijkt bij mannelijke woorden met een vrouwelijke uitgang af, dit wordt dan του δεσποτου in plaats van του δεσποτης.
Let ook op dat bij zelfstandige naamwoorden met een vrouwelijk lidwoord en een mannelijke uitgang ook zo verbogen worden, dus bekijk hier het voorbeeld met ἡ νησος (het eiland):
naamval enkelvoud meervoud nominativus ἡ νησος αἱ νησοι genitivus της νησου των νησων dativus τῃ νησῳ ταις νησοις accusativus την νησον τας νησους
- Er zijn redelijk veel zelfstandige naamwoorden waarbij het lidwoord en de uitgang ongelijk zijn, enkele voorbeelden zijn: ἡ παρθενος (Het meisje), ὁ ναυτης (De matroos) en ὁ στρατιωτης (De soldaat). Meestal zijn veel gebruikte woorden uitzonderingen.
Bijvoeglijke naamwoorden
bewerkenΜεγας
bewerkenNet zoals in les 3 besproken is zijn er in het Grieks ook onregelmatige bijvoeglijke naamwoorden, zoals μεγας. Hieronder staat de verbuiging van μεγας, wat 'groot' betekent.
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig nominativus enkelvoud μεγας μεγαλη μεγα genitivus enkelvoud μεγαλου μεγαλης μεγαλου dativus enkelvoud μεγαλῳ μεγαλῃ μεγαλῳ accusativus enkelvoud μεγαν μεγαλην μεγα
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig nominativus meervoud μεγαλοι μεγαλαι μεγαλα genitivus meervoud μεγαλων μεγαλων μεγαλων dativus meervoud μεγαλοις μεγαλαις μεγαλοις accusativus meervoud μεγαλους μεγαλας μεγαλα
- De stam van μεγας is μεγαλ-, alleen de nominativi en accusativi mannelijk en onzijdig enkelvoud wijken hiervan af.
Πολυς
bewerkenHet andere onregelmatige bijvoeglijk naamwoord is πολυς, deze heeft hetzelfde probleem als μεγας, alleen dan in een ander woord. Hieronder staat de verbuiging van πολυς, wat 'veel' betekent.
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig nominativus enkelvoud πολυς πολλη πολυ genitivus enkelvoud πολλου πολλης πολλου dativus enkelvoud πολλῳ πολλῃ πολλῳ accusativus enkelvoud πολυν πολλην πολυ
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig nominativus meervoud πολλοι πολλαι πολλα genitivus meervoud πολλων πολλων πολλων dativus meervoud πολλοις πολλαις πολλοις accusativus meervoud πολλους πολλας πολλα
- Bij πολυς is de stam πολλ-, ook wijken hier net zoals bij μεγας alleen de nominativus en accusativus mannelijk en onzijdig enkelvoud af.