Programmeren in PHP


  1. Inleiding
  2. Een webserver installeren
  3. Syntax
  4. Variabelen
  5. Beslissingsstructuren
  6. Constanten
  7. Rekenen
  8. Loops
  9. Includes
  10. Functies
  11. Gebruikersinvoer
  12. I/O in PHP
  13. Klassen
  14. MySQL en PHP
  15. Reguliere Expressies


Wanneer een PHP-script uitgevoerd wordt door de webserver kan de PHP-parser (de software die PHP-code interpreteert) zich in twee toestanden bevinden: HTML-mode en PHP-mode.

In HTML-mode wordt de letterlijke tekst van het script naar de browser van de bezoeker gestuurd zonder dat daar iets mee gedaan wordt. In PHP-mode wordt het script eerst uitgevoerd waarna het resultaat naar de browser gestuurd wordt.

Aan het begin van een script staat de parser standaard in HTML-mode. Wanneer de parser op een start tag stuit wordt er overgeschakeld op PHP-mode en bij een stop tag schakelt de parser weer terug naar HTML-mode.

De start tag bestaat uit de tekencombinatie <?php en de stop tag is ?>. Dat betekent dat alle code die tussen <?php en ?> staat niet naar de browser van de bezoeker gestuurd wordt maar uitgevoerd wordt door de PHP-parser, waarna het resultaat naar de browser van de bezoeker gestuurd wordt.

Tussen de start- en stop tags <?php en ?> staan opdrachten die achtereenvolgens uitgevoerd worden door de parser. Iedere opdracht wordt afgesloten met een puntkomma.

Hello World bewerken

De "Hello World"-code is meestal het eerste wat je leert als je gaat beginnen met het leren van een nieuwe taal. In PHP gaat "Hello World" zo:

PHP-code: Hello World!

<html>
  <head>
   <title>Hello World!</title>
  </head>
  <body>

    <?php
    	//de statement "echo" zal de tekst "Hello World!" op het scherm laten zien.
    	echo "Hello World!";
    ?>

  </body>
</html>


Sla dit op als helloworld.php en navigeer ernaar. Je zal nu de tekst zonder enige opmaak "Hello World!" zien.

In bovenstaand voorbeeld is te zien dat het eerste gedeelte van het script in HTML-mode behandeld wordt. De letterlijke tekst van het script wordt naar de browser van de bezoeker gestuurd. Vanaf de start tag <?php wordt het script uitgevoerd. In dit voorbeeld is er één statement, de echo-statement. Echo laat toe om tekst of gegevens te printen in het HTML document. Bij de stop tag ?> wordt weer de letterlijke tekst van het script naar de browser gestuurd.

Een PHP script bestaat dus uit één of meer statements. Ieder statement moet worden afgesloten met een ; (puntkomma). Een statement mag op meer dan één regel getypt worden.

Ter verduidelijking van je script kan je in een PHP script commentaar opnemen. Deze server slaat commentaar gewoon over.
Eén regel commentaar voeg je toe door je tekst te laten voorafgaan met // of #.
Meerdere regels commentaar kan je tussen /* en */ zetten.

Variabelen bewerken

Je kan in een programmeertaal variabelen gebruiken om tijdelijk gegevens op te slaan en te gebruiken in je script.

In PHP worden variabelen aangeduid met een naam voorafgegaan door een $ (dollarteken).

In sommige programmeertalen moet je variabelen expliciet declareren, maar dat hoeft niet in PHP. Variabelen worden automatisch gedeclareerd door er een waarde aan toe te kennen.

De volgende variabele-types bestaan:

  • Integer(getallen)
  • Floating Point Number(drijvende komma getal)
  • String(tekst)
  • Boolean(true en false ofwel ja en nee)
  • Array(een verzameling van variabelen en objecten)

Een eenvoudig PHP-script met een variabele zou er als volgt uit kunnen zien:

PHP-code:

<html>
  <head>
    <title>Mijn eerste PHP-script</title>
  </head>
  <body>

    <?php

      // Een variabele aanmaken
      $message = 'Hello world';

      // De inhoud van de variabele op het scherm weergeven
      echo $message;
  	
    ?>

  </body>
</html>

In dit voorbeeld krijgt eerst de variabele $message de waarde Hello World en vervolgens wordt de waarde van $message in het HTML document geprint met de echo-statement.

In het volgende hoofdstuk wordt hier verder op in gegaan.

Short tags en ASP tags bewerken

Afhankelijk van de server-instellingen kunnen meestal ook <? en ?> gebruikt worden als start- en stop tags.[1] We noemen dit de short tags. Je kan ook <% en %> gebruiken (de start- en stop tags van ASP). Dit is echter NIET aan te raden. Als je zeker wil zijn dat je script ook op andere servers werkt, gebruik je best uitsluitend de standaard-tags <?php en ?>, want als andere servers niet als zodanig zijn ingesteld, zal je script niet werken!

Er is wel een voordeel aan de short tags: als je een klein stukje tekst wilt echoën, dan hoef je niet het commando echo te gebruiken, maar kan je de short tags <?= en ?> gebruiken. Vanaf PHP versie 5.4 werken deze tags altijd. Bij vroegere versies moet dit op de server zijn ingeschakeld.

PHP-code: Gebruik van short-tags (AFGERADEN)

<html>
 <head>
  <title>Korte PHP-tags</title>
 </head>
 <body>
  <?php
   $tekst1="Hello";
   $tekst2="World";
  ?>
 
  Hier staat Hello: <?=$tekst1?><br>
  En hier staat World: <?=$tekst2?>
 </body>
</html>

Eerst worden in het eerste stukje PHP-code de variabelen $tekst1 en $tekst2 gedeclareerd. Daarna worden ze weergegeven op het scherm.

Het resultaat is dus:

Hier staat Hello: Hello
En hier staat World: World


Referenties bewerken

  1. PHP Handleiding - PHP tags (EN)
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.