Programmeren in TI-Basic/Invoer
Invoer is erg belangrijk als je een programma gaat maken. Je hebt hiervoor een paar mogelijkheden: Input
en Prompt
. De meeste programma's gebruiken Input. In dit voorbeeld gaan we een programma maken dat je leeftijd uitrekent als je je geboortedatum invoert.
Als je begint met het maken van een programma, moet je goed uitzoeken wat je precies gaat maken en hoe je dat dan gaat doen. We willen dus een programma maken dat je leeftijd berekent als je je geboortejaar invoert. Dat kunnen we doen door deze formule te gebruiken: huidige jaar - geboortejaar = leeftijd
. We kunnen nu dus beginnen.
Input
bewerkenInput
kan op meerdere manieren worden gebruikt. De eerste manier is:
:Input vraag,variabele of :Input variabele
Bij de eerste wordt vraag weergegeven, bij de tweede wordt een vraagteken weergegeven. De tweede manier is:
:Input
De tweede manier gaat naar het graphscreen en laat een cursor zien. Als je op Enter drukt wordt de plek van de cursor in X en Y gezet. We gebruiken nu de eerste manier:
:PROGRAM:LEEFTIJD :Disp "WAT IS JE :Input "GEBOORTEDATUM:",A
We zetten nu dus de geboortedatum in variabele A, hetzelfde als we bijvoorbeeld 18→A
zouden doen. Nu kunnen we iets met de geboortedatum doen, we halen het geboortejaar van het huidige jaar af.
:PROGRAM:LEEFTIJD :Input "UW GEBOORTEJAAR?",A :2014-A→A
Nu we het aantal jaren in A hebben gezet moeten we het nog laten zien:
:PROGRAM:LEEFTIJD :ClrHome :Input "UW GEBOORTEJAAR?",A :2014-A→A :Disp "JE BENT: :Output(3,10,A :Disp "JAAR OUD
Je programma is nu af en zal nu ongeveer iets als dit laten zien:
UW GEBOORTEJAAR? 1981 JE BENT: 32 JAAR OUD Done
Prompt
bewerkenEen andere manier van invoer is het Prompt
commando. Hiermee kan je snel veel variablen vragen. De syntax is:
:Prompt A,B,...,E
Het zal voor alle variablen vragen wat voor waarde ze moeten hebben. Het is erg snel en klein, maar het ziet er vaak niet goed uit en daarom wordt Input vaker gebruikt. Een voorbeeld hoe Prompt wordt gevraagd:
A=?5 B=?6 C=?9 D=?87 E=?7