Sociale geschiedenis van de vroege middeleeuwen/Magie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Beetjedwars (overleg | bijdragen)
Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Sociale geschiedenis van de vroege Middeleeuwen}} <big>'''17. Magie'''</big> Magie was voor de heidenen het aanwenden van bovennatuurlijke krachten ten goede of te...'
 
Beetjedwars (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 5:
Magie was voor de heidenen het aanwenden van bovennatuurlijke krachten ten goede of ten kwade.
 
Kwaad dat door een heks op bovennatuurlijke wijze werd gedaan (maleficia) werd tot halverwege de veertiende eeuw hetzelfde bestraft als kwaad dat op een natuurlijke wijze was aangericht. Dus een moord met behulp van magie werd even zwaar bestraft als een moord die gepleegd was met een bijl.

Hoewel de kerk bezwaar had tegen het uitoefenen van de magie en haar verbood, kwam zij er slechts zelden daadwerkelijk tegen in actie<ref name="Keith Thomas">De hoofdbron van dit boekje, Michel Rouche, stelt dat magie na de tiende eeuw slechts nog door een enkeling op het platteland werd uitgeoefend. Verder stelt hij dat de kerk elke vorm van magie streng verbood. Keith Thomas echter, stelt in "Religion and the decline of magic" dat magie tot in de achttiende eeuw veelvuldig werd beoefend en dat de kerk voornamelijk met woorden tegen de heidense magie was maar er verder niet veel tegen ondernam.</ref>.
 
==Christelijke magie==
Hoewel sinds 391 het christendom in het hele Westen de staatsgodsdienst was geworden, waren nog lang niet alle heidenen bekeerd. Er werden ook steeds nieuwe gebieden veroverd met nieuwe heidenen.
 
Een van de manieren van de kerk om heidenen te bekeren, was om haar [[w:heilige|heiligen]] te presenteren als almachtige, [[w:wonder|wonderen]] verrichtende tovenaars, machtiger dan de heidense goden. Daarmee introduceerde de kerk echter zelf een vorm van magie, net zoals zij dat ook deed met de [[w:consecratie|consecratie]] (de verandering van brood en wijn in het lichaam en bloed van Christus) tijdens de [[w:mis|mis]] en de magische werking van [[w:wijwater|wijwater]], [[w:crucifix|kruisbeelden]], kerkklokken, gebeden, [[w:processie|processies]] etcetera.<ref name="Keith Thomas" />.
 
==Verchristelijking==
Regel 22 ⟶ 24:
Er waren heidense bezweringsformules in potjeslatijn tegen bloedingen, waterzucht, oogkwalen enzovoort.
 
De bekeerde heidenen snapten (tot diep in de zeventiende eeuw) over het algemeen niet veel van de christelijke liturgie behalve dat zich daar bijzonder krachtige magie voordeed. Men probeerde dit te imiteren door gebeden en zegeningen uit te spreken (liefst in het Latijn) of door [[w:hostie|hosties]] uit de kerk te stelen en op het land te leggen of aan zieke dieren te geven<ref name="Keith Thomas" />.
 
==Heksen==
Het geloof in heksen was mogelijk al zeer oud. Volgens de christenen zouden zij samenwerken met de duivel,. Zij zouden het bloed van mensen opzuigen en zelfs mensen opeten. Zij waren zeer gevreesd. Heksen zouden ook mensen doden om de binnenkant van een ketel met hun bloed in te smeren, want hiermee konden zij voorspellingen doen.
 
==Waarzeggerij==
De Germanen geloofden in voortekenen. Als een raaf een reiziger links voorbijvloog en daarbij krijste, kondigde hij een voorspoedige reis aan. Als men [[w:Gerst|gerstekorrels]] in de hete as van de haard gooide en ze sprongen hoog op, beduidde dat gevaar. Men bestudeerde nauwlettend het niezen en de ontlasting van paarden en koeien om het geluk of de tegenspoed van de dag te voorspellen.
 
Een andere vorm van waarzeggerij was verbonden met het oproepen van doden. De waarzegger ging 's-nachts bij een kruispunt zitten op een stierenhuid. De bebloede zijde daarvan was naar onderen gericht want daardoor moesten de [[w:demon|demonen]] bovengronds in de heilige ruimte van het kruispunt komen. De waarzegger kon dan van hen de uitkomst van een twist of de oorzaak van een ramp vernemen. Dit oude Gallische en [[w:Kelten|Keltische]] gebruik werd nog rond 1010 beschreven.
 
Ook werden natuurgebeurtenissen geïnterpreteerd. In 585 was een kroonpretendent (Gündewald) bijna van het schild gevallen waarop de krijgslieden hem op hun schouders droegen. Tegelijkertijd was er een aardbeving en verscheen er een zuil van vuur met een ster er boven. Men voorspelde daarop dat de kroonpretendent een gewelddadige dood zou sterven.
Regel 58 ⟶ 60:
Men verbrandde zelfs wel eens het hoofd van een dode en het aftreksel van de as gaf men aan een zieke te drinken als medicijn. Men trachtte elke bovennatuurlijke krachtsuitvloeiïng van levende en dode wezens op te vangen en ergens voor te gebruiken.
 
Om een ziek kind te genezen legde de moeder het wel bij een kruispunt in een kuil en dekte het toe met [[w:distel|distels]]. Dan zou het kind in de moederschoot van de aarde terug gekeerdteruggekeerd zijn. De onderaardse wereld zou dan het kwaad (de ziekte) uit het kind trekken, want de onderaardse wereld zoog het kwaad op en hield het vastvasthouden. Zo gauw het kind ophield met huilen, zou het genezen zijn.
 
Kinderen met [[w:kinkhoest|kinkhoest]] werden in een uitgeholde boomstam gelegd.
Regel 79 ⟶ 81:
 
===Vis===
Een ander procédé om een man te veroveren of vast te houden, was dat de vrouw een levende vis in haar vagina stopte en hem daarin liet doodgaan. De vis zou dan geladen zijn met levenverwekkende en zinnenprikkelende krachten. Hij werd gebakken en gekruid en aan de betreffende man te eten gegeven. Daarmee kon deeen vrouw verhinderen dat haar man het met een [[Sociale geschiedenis van de vroege Middeleeuwen/Gezin#2. Polygamie|concubine]] zou aanleggen. Zij probeerde op deze manier niet zozeer zijn lust op te wekken maar eerder de voortplanting te bevorderen.
 
De gedachte achter dit procédé was mogelijk dat het leven ontstond in het water en dat de vis de eerste levensvorm was<ref>[[Sociale geschiedenis van de vroege Middeleeuwen/Jacht#Visserij|Visserij]]</ref> en een [[w:foetus|foetus]] heeft in het begin van de eerste maand kieuwen.
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.