Lassen en solderen/Lasrook: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 134:
Samenstelling lasrook 2, 3, 4, 5, 6, 7, 10, 11, 19, 20
 
De dominerende kristallijne fase in lasrook heeft een soort spinelstructuur.<br />
Deze spinelstructuur kan algemeen voorgesteld worden met de formule
AB 2 O4<br />
Waarin A = kobalt, ijzer, magnesium, mangaan en zink en B = aluminium, chroom, kobalt en ijzer 6 .
Hieronder volgt een opsomming van de belangrijkste componenten terug te vinden in lasrook:
- Ijzeroxide: tot 50 % van lasrook, kan aanleiding geven tot siderose, een pneumoconiose door accumulatie van de ijzeroxidepartikels in de alveolaire macrofagen en het interstitieel longweefsel 10, 11. <br />
- Siliciumdioxide: komt voor van de elektrodebekleding, kan aanleiding geven tot silicose stoflong<br />
- Mangaan en mangaanoxiden: soms in belangrijke mate aanwezig, deze kunnen het centrale zenuwstelsel aantasten (manganese madness, mangaan “Parkinsonisme” en subklinisch manganisme (organisch psychosyndroom door mangaan 4). Aangezien mangaan zeer frequent voorkomt in allerlei legeringen mag men er van uitgaan dat overschrijdingen van de grenswaarden voor mangaan zeker niet uitzonderlijk zijn bij het lassen van koolstofhoudend staal. Dit is een punt dat zeker de nodige aandacht vereist 6. Acute blootstelling geven irritatie van de luchtwegen en kunnen metaaldampkoorts veroorzaken 13, 18.<br />
- Fluoriden: vooral bij gebruik van basische elektroden. Ze prikkelen de ademhalingswegen en kunnen bij langdurige blootstelling intoxicaties veroorzaken alsook een verminderde weerstand tegen respiratoire infecties 11.<br />
- Chroomoxiden: bij laswerken aan roestvrij staal of hoogwaardige legeringen welke meer dan 4% chroom bevatten 10, 11. Men onderscheid tri- en hexavalente chroomverbindingen. Bij de hexavalente chroomverbindingen onderscheid men wateroplosbare en wateronoplosbare verbindingen. Lasrook bevat een aantal agentia die ingedeeld zijn in categorie 1 of 2 van de kankerverwekkende stoffen van de EU: dit zijn de nikkeloxiden (IARC groep 2b-mogelijk kankerverwekkend) en de hexavalente chroomverbindingen (IARC groep 1- kankerverwekkend). Als dusdanig valt het lassen van roestvrij staal onder de bepalingen van Hoofdstuk II Titel V van de Codex voor Welzijn op het Werk (carcinogene agentia) 6. De Belgische Grenswaarde voor Cr VI wateroplosbare verbindingen bedraagt 0.05mg/m³, voor Cr VI wateronoplosbare verbindingen 0.01mg/m³.
Op 4 oktober 2004 heeft de US Occupational Safety and Health Administration OSHA in de Federal Register een voorstel van nieuwe regeling geformuleerd waarin onder meer de Permissible Exposure Index (PEL) zou verlaagd worden tot 0.001 mg hexavalente chroomverbindingen per mg³ (als tijdgewogen gemiddelde over 8 uur). Dit voorstel is nog in onderzoek 6. Blootstelling aan rook met het wateroplosbare chroom VI kan een acute of chronische chroomintoxicatie, dermatitis en astma veroorzaken 13.<br />
- Nikkel: voornamelijk bij het lassen met beklede elektrode, booglassen van legeringen die meer dan 50 % bevatten of bij lassen van roestvrij staal. Nikkel staat geklasseerd als carcinogeen (nasale en longkankers)11.<br />
De conclusies van een Belgische studie betreffende de bepaling van de blootstelling aan lasrook bij het lassen van roestvrij staal (Laboratorium voor industriële toxicologie van de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk) 6 melden o.a dat een overschrijding van de grenswaarde voor totaal chroom, zeswaardig chroom en nikkel onwaarschijnlijk is zolang de concentratie aan lasrook de 5 mg/m³ niet overschrijdt. Deze uitspraak is geldig voor normaal roestvrij staal. Van zodra de blootstelling aan inhaleerbare deeltjes de concentratie van 2 mg/m³ overschrijdt is er echter risico op verhoogde mangaanconcentraties in de lucht.<br />
- Alkali en aardalkalimetalen: calciumoxiden voornamelijk in de rook van kalkbasische elektroden.<br />
- Zink en Tin:de oxiden geven aanleiding tot de zogenaamde metaaldampkoorts (griepaal syndroom die vrij snel verdwijnt zie later). Zink komt voor bij verzinkt metaal (gegalvaniseerd) en tinblootstelling bij het lassen van brons.<br />
- Beryllium: kan aanleiding geven tot een acute tot subacute bronchopneumopathie en bij chronische blootstelling tot chronische pulmonaire berylliose, een longfibrose welke kan leiden tot een chronische respiratoire insufficiëntie 36. Zal voornamelijk voorkomen bij metaalbewerking (slijpen, polieren) op legeringen met meer dan 2% Beryllium zoals kan voorkomen in de elektronische, nucleaire of aëronautische industrie.<br />
- Lood: potentiële blootstelling bij lassen van staal bedekt met loodhoudende verven. Loodintoxicaties bij lassers zijn zeldzaam. Enkele intoxicaties werden beschreven bij afbraak van oudere schepen en bruggen 13.<br />
- Cadmium: bij lassen van cadmiumhoudende materialen of lassen met cadmiumhoudende elektroden. Inhalatie van cadmiumoxiden kan aanleiding geven tot irritatie, chemische pneumonie en tot een acuut inflammatoir pulmonair beeld met een bilaterale infiltratie met inflammatie en al dan niet hemorrhagisch longoedeem 11, 13, 20. Latentieperiode van enkele uren zijn mogelijk. Initieel kan het klinisch beeld lijken op metaaldampkoorts 13. Een korte blootstelling aan zeer hoge concentraties kan letaal zijn 13.<br />
- Koper, ook vernoemd bij metaaldampkoorts.<br />
- Molybdeen: komt voor in bepaalde legeringen. Blootstelling aan molybdeenrook geeft irritatie van de luchtwegen en beperkte vervetting van de lever en de nieren 13 .<br />
- Vanadium: aanwezig in bepaalde elktrodes en bepaalde legeringen. Blootstelling aan vanadiumoxiden (vooral pentoxides) geeft sterke oogirritaties en irritatie van de bovenste luchtwegen. Kan ook chemische pneumonie veroorzaken 13.<br />
 
 
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.