Microsoft Excel/Introductie: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 2:
== Excel ==
Excel is een programma dat in eerste instantie bedoeld is om grote hoeveelheden data te verwerken. Met Excel kunnen data overzichtelijk weergegeven worden in tabellen en grafieken. Daarnaast kunnen op die data tal van bewerkingen, zoals verticaal en horizontaal zoeken in tabellen en sortering op basis van als -> dan voorwaarden, verricht worden. Het is voor de beginner van het grootste belang te voorkomen, dat in de rekenformules waarden worden opgenomen. elke waarde hoort thuis in zijn eigen cel en door middel van formules (reken en/of zoekopdrachten)wordt met deze waarden gewerkt.
==== Een eenvoudige berekening uitvoeren... ====
Velen zullen het tegendeel beweren, maar Excel is uitstekend geschikt om snel een berekening uit te voeren.
Regel 10 ⟶ 11:
* Druk op enter
==== Een
Af en toe komt het voor dat je ingewikkelde berekeningen moet uitvoeren. Sommige mensen lossen dit op door eerst tussenresultaten te berekenen, en daarna met die tussenresultaten verder te werken. Een tip: Gebruik Excel.
Een voorbeeld: =(2*7) -(3/8) + 1/4 los je op de volgende manier op
Regel 33 ⟶ 34:
* Druk op enter
En in 17 eenvoudige stapjes heb je een ingewikkelde berekening uitgevoerd.
Zoals bovenaan vermeld, kun je beter in de berekening geen waarden (getallen) opnemen. In plaats daarvan geef je eerst elke waarde waarmee je wilt rekenen een eigen cel. Daarna begin je in een nieuwe cel met: typ = en klikt vervolgens op de eerste waarde waarmee je gaat rekenen; in de formule verschijnt dan de celverwijzing. Voorbeeld:=C4
Daarna geef je aan of je die waarde wilt delen (/) vermenigvuldigen(*) verminderen met(-) of vermeerderen met (+) een waarde in een andere cel. Voorbeeld: =C4*B3+(C2-B2) Dan <enter> en in de cel waar je deze formule hebt getypt, verschijnt het resultaat van je berekening.
Voordeel: Je kunt nu elke gebruikte waarde veranderen en het resultaat past zich vanzelf aan.
De basisbewerkingen kennen we al, maar hoe bereken je sinussen, cosinussen, wortels,… Hiervoor heb je functies nodig.
| |||