Onderwijs in relatie tot P2P/Metagovernance: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 9:
 
 
Het woord '''metagovernance''' kunnen weis in 2 woorden opsplitsenop te splitsen. Het ene woord is 'meta': betekenis in het Grieks = te midden van en tussen. Het andere woord 'governance': Engelstalig begrip = de handeling of de wijze van besturen, de gedragscode, het toezicht op organisaties. Metagovernance betekent dus het midden van verschillende bestuursvormen, gedragscodes en soorten toezicht.
 
Metagovernance of 'slimme sturing' (Van der Heijden, 2005) is een bepaalde gedachtegang over de heersende bestuursvormen in de maatschappij. Het is volgens Jessop (2003) een benadering dat gericht is op het combineren van verschillende ideeën en vormen van bestuur (bijvoorbeeld hiërarchische, netwerkgericht, marktgericht). Het is een soort attitude en uitgangspunt die typische fouten/nadelen van zowel één welbepaalde, als een combinatie van verschillende bestuursvormen probeert te voorzien en te voorkomen met als doel de sturing van de samenleving te optimaliseren. Vaak wordt metagovernance ook 'governing of governing' genoemd (Kooiman, 2003).
Regel 20:
Bij een marktgericht bestuur (Meuleman, 2008) gaat men ervan uit dat markteconomieën gecreëerd en onder controle moeten gehouden worden door instituties op basis van regelgeving en toezicht. De huidige regelgeving laat toe dat er patenten (= eigendomsrechten op bepaalde goederen of kennis, waardoor enkel de uitvinder deze goederen of kennis deze mag verkopen) kunnen gecreëerd worden. Hierdoor wordt kennis openbaar maken, verboden, afgezonderd van de buitenwereld en wordt vrijwillig bijdragen aan kennis sterk gehinderd.
 
De aanwezigheid van patenten leidt tegelijkertijd ook tot meer concurrentie, waardoor bedrijven hun personeel bepaalde regels kunnen opleggen met betrekking tot kennisoverdracht. Zo heb je bijvoorbeeld concurrentiebedingen waarbij je, indien je voor een ander bedrijf gaat werken, niet een gelijkaardige project mag leiden (Wikipedia, 2014). Gebonden aan de overeenkomst in het concurrentiebeding zal een ontslagen farmaceut van octapharma bijvoorbeeld voor 4 jaar lang niet mogen meehelpen aan geneesmiddelen tegen griep die Pfizer produceert en uitvindt.
 
Bauwens (2013) beweert in zijn boek: 'de wereld redden' dat er in een P2P samenleving sprake is van een win-win-win en zelfs een win-win-win-win situatie. De win-win-win-situatie vindt volgens hem plaats doordat mensen in een P2P context samenwerken en ze vrijwillig bijdragen aan een sociaal doel. Ze streven eenzelfde ideaal na waardoor de hele groep die werkt rond een gemeenschappelijk ondewerp, wint. Volgens Bauwens (2013) stopt het hier niet bij, hij beweert zelfs dat de hele samenleving hierdoor wint. Bij dit laatste spreekt hij dan ook over een win-win-win-win-situatie omdat er niet één of twee individuen baat heeft bij een P2P-samenwerking, maar het namelijk om de hele samenleving gaat. De samenleving heeft er baat bij doordat men in een P2P-samenwerking erop gericht is omop directe en nuttige gebruikswaarde te produceren. Zodoende hebben ze ook een rechtstreeks positief maatschappelijk resultaat. Maar doordat kennis openbaar en toegankelijk maken, verhinderd wordt en de mogelijkheid om vrijwillig een bijdrage van kennis te leveren wordt beperkt, bereiken we in onze huidige realiteit geen win-win-win-win-situatie en moeten we dus marktgerichte bestuursvorm anders bekijken en ordenen met behulp van metagovernance.
 
B) Hierarchische bestuursvorm:
P2P kan tevens niet aanwezig zijn in een hiërarchisch bestuursvorm. Bij een hiërarchisch gerichte bestuursvorm zijn er altijd een hele hoop controlemechanisme aanwezig. Hierdoor moet er steeds toestemming gevraagd worden om iets te doen, moeten bevelen worden opgevolgd en wordt de kwaliteit en de aard van het werk, nauw in de gaten gehouden door een meerdere (baas, overheidsinstanties, controleurs,...). Hiërarchie gaat meestal gepaard met een lineair systeem en dat is niet het geval bij een Peer-productiesysteem. Bij een Peer-productiesysteem verloopt het werk parallel rond verschillende modules waaraan je, op elk ogenblik,iedereen vrijwillig kan bijdragen en wordt er pas achteraf controle gedaan door technische deskundigen. dieDeze zichdeskundigen ontfermen zich over de kwaliteit van het gemeenschappelijk werk (Bauwens, 2013).
 
C) Netwerkgerichte bestuursvorm:
Volgens Kenis & Provan (2008) gaat het bij een netwerkgerichte bestuursvorm om het verbinden en delen van informatie, activiteiten, middelen of competenties tussen 3 of meer organisaties om samen een outcome te bewerkstellen. Concreet gaat het hierbij dus over diensten en producten die het resultaat zijn van een samenspel van verschillende organisaties, en dus niet zozeer over de kwaliteit die 1 organisatie te bieden heeft. Zo heeft de overheid bijvoorbeeld een netwerk voor crisisbeheersing waarbij terroristische aanslagen het best bestreden worden door een samenwerking tussen verschillende organisaties (politie, brandweer, ambulancepersoneel,...)
 
Voor een P2P-samenleving lijkt deze bestuursvorm het meest passend te zijn. Bij P2P gaat het erover om informatie voor iedereen toegankelijk te maken en dit met elkaar te delen. Bovendien kan iedereen aan een bepaald idee of onderwerp zijn inzichten bijdragen (Bauwens, 2013). Het is dus net zoals een netwerkgovernance, maar dan nog laagdrempeliger en nog uitgebreider omdat het hier niet enkel over het samenwerken en kennis delen van organisaties gaat, maar over een samenwerking tussen verschillende individu's en het delen van hun kennis.
 
Maar toch zal een P2P-samenleving niet zomaar tot stand kunnen komen in deze bestuursvorm. Provan & Kenis (2008) beschrijven 4 factoren (vertrouwen, aantal netwerkleden, doelconsensus en behoefte aan netwerkcompetenties) die bepalend zijn voor een effectieve netwerkgerichte bestuursvorm en bij deze factoren stuit P2P soms op problemen. Zo zeggen Kenis & Provan (2008) dat een netwerkgerichte bestuursvorm het best werkt als er een klein netwerk aanwezig is. Het kan namelijk zijn dat er bepaalde problemen opduiken in een P2P-samenleving. Zo kan er bijvoorbeeld een grote dualiteit ontstaan in het eens en oneens zijn met een bepaalde methodiek voor houtzagen. Om deze problemen op te lossen zeggen Kenis & Provan (2008) dat een face-to-face- participatie (= een overleg over een bepaald onderwerp waarbij verschillende partijen elkaar zien en horen) noodzakelijk is. Maar als je met een enorm groot netwerk zit, wat het geval is in een P2P-samenleving, wordt dit bijna onmogelijk.
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.