Toetsenbank/Toets evolutie
Opdracht 1
bewerkenZijn deze beweringen waar of nietwaar?
- De ontwikkeling van vissen tot amfibieën is een voorbeeld van evolutie. waar/nietwaar
- De ontwikkeling van larve tot kever is een voorbeeld van evolutie. waar/nietwaar
- Door geslachtelijke voortplanting en mutaties ontstaan steeds nieuwe genotypen. waar/nietwaar
- Een soort evolueert als door natuurlijke selectie de mutanten uitsterven en de 'normale' soortgenoten blijven bestaan. waar/nietwaar
- Als er in een populatie veel verschillende fenotypen voorkomen, heeft deze populatie een grote overlevingskans. waar/nietwaar
- Als er in een populatie een belangrijke mutatie optreedt, ontstaat er een nieuwe soort. waar/nietwaar
- Een nieuwe soort kan ontstaan door kruising van individuen van verschillende vormen van dezelfde soort. waar/nietwaar
- Een nieuwe soort kan ontstaan als mutanten zich gescheiden ontwikkelen van de 'normale' soortgenoten. waar/nietwaar
Opdracht 2
bewerkenBeantwoord deze vragen over fossielen!
- Stel: je vindt een skelet van een zee-egel. Is dit een fossiel? ja/nee
- Stel: je vindt een versteende afdruk van een zee-egel. Is dit een fossiel? ja/nee
- Je kunt slakken indelen in naaktslakken en huisjesslakken. Welke slakken zullen onder welke omstandigheden het best fossiliseren?
- A. naaktslakken die na het sterven aan de lucht blootgesteld blijven
- B. naaktslakken die na het sterven van de lucht worden afgesloten door sedimenten
- C. huisjesslakken die na het sterven aan de lucht blootgesteld blijven
- D. huisjesslakken die na het sterven van de lucht worden afgesloten door sedimenten
- Kunnen er fossielen van eencelligen voorkomen in oude gesteentelagen? En in jonge?
- A. in geen van beide
- B. alleen in oude
- C. alleen in jonge
- D. zowel in jonge als in oude
- Kunnen er ook fossielen van zoogdieren in oude en jonge gesteentelagen voorkomen?
- A. in geen van beide
- B. alleen in oude
- C. alleen in jonge
- D. zowel in jonge als in oude
Opdracht 3
bewerkenBeantwoord de volgende vragen over rudimentaire organen!
- Wat is een rudimentair orgaan?
- A. een orgaan met veel overeenkomst in bouw, maar met een verschillende functie
- B. een orgaan die geen functie meer heeft en niet tot nauwelijks tot ontwikkeling komt
- C. een orgaan die alleen bij uitgestorven soorten een functie hadden en tot ontwikkeling komen
- Een mens heeft staartwervels. Zijn deze rudimentair? ja/nee
- Waarom?
- Is je blindedarm ook rudimentair? ja/nee
- Waarom?
Opdracht 4
bewerkenBeantwoord de volgende meerkeuzevragen over het ontstaan van nieuwe diersoorten!
- Uit welke diergroep ontstonden de zoogdieren waarschijnlijk?
- A. reptielen
- B. amfibieën
- C. vogels
- Uit welke diersoort ontstonden de vogels waarschijnlijk?
- A. zoogdieren
- B. reptielen
- C. amfibieën
- Welke diergroep is eerder ontstaan? olifanten/walvissen
- Met welke diergroep vertonen de gordeldieren de meeste verwantschap? met de buideldieren/met de miereneters