Ubuntu: Linux voor mensen/Aan de slag/Over het invoeren van commando's

Ubuntu: Linux voor mensen

  1. Starten van de Live CD
    1. De standaardprocedure
  2. De terminal
    1. Een terminal venster openen
    2. Terminal afsluiten
    3. De Live CD sessie afsluiten
  3. Basiscommando's
    1. Over het invoeren van commando's
    2. Bestanden tonen met ls
    3. Mappen
    4. Bestandstype
    5. Inhoud van tekstbestanden
  4. Hulp
    1. Manpagina's
    2. Andere manieren om documentatie te raadplegen
    3. Grafische hulp
    4. Uitzonderingen
  5. Met de shell leren werken
    1. Wat is een shell eigenlijk?
    2. Bash truuks
  6. Samenvatting

Uitleg

Standaard Deze commando's zijn hetzelfde op alle Linux distributies.

De prompt

bewerken

Opdrachten of commando's worden ingegeven na de prompt. De prompt is een stukje text dat de shell in je terminal zet en dat informatie kan bevatten. Onze standaard prompt in de Live CD ziet er als volgt uit:

Voorbeeld code om na te doen

bewerken

 

ubuntu@ubuntu:~$ 

Deze prompt bevat volgende informatie:

  • Voor de apenstaart (@): de gebruikersnaam waarmee je op het systeem aan het werken bent. We zullen later dieper ingaan op de verschillende gebruikersnamen. Onthoud nu al dat je op Linux altijd een gebruikersnaam hebt. Op basis daarvan worden je rechten op het systeem bepaald. Op de Live CD is slechts één gebruiker aangemaakt, die heet “ubuntu”.
  • Na de apenstaart: de computernaam van het systeem. Dit is nodig voor netwerkverbindingen. Meer hierover in het laatste deel van de cursus. Deze computer heet “ubuntu”. Het zou kunnen dat je door middel van de netwerkdiensten die actief zijn in jouw netwerk, een andere naam krijgt.
  • Na de dubbele punt: de map waarin je je bevindt. Uitleg hierover volgt zodadelijk.

Een eenvoudig commando: pwd

bewerken

Sommige commando's kan je zonder meer ingeven en op Enter drukken om ze door te voeren. Een voorbeeld van zo'n commando is pwd, wat staat voor “present working directory”: toon de map waarin ik me voor het moment bevind.

Het pwd commando is een van de eenvoudigste die er zijn: je typt het in, drukt Enter en dat is het dan. Maar het is niet altijd zo eenvoudig. Een commando met opties

Andere commando's worden gevolgd door opties, die bepalen hoe het commando zich moet gedragen. Een optie begint gewoonlijk met een streepje (-), zoals bijvoorbeeld in ls -a. Het ls commando geeft de inhoud van een map weer. De -a optie specifieert dat alle bestanden, ook diegene die verborgen zijn, getoond moeten worden.

 

Dadelijk meer We bespreken zodadelijk het commando ls in meer detail, maak je nog niet ongerust over wat het doet en hoe het werkt.

Opties kunnen ook gecombineerd worden, zoals in ls -al. De -l optie duidt aan dat we een lijst van alle eigenschappen van de bestanden willen zien. Gecombineerd met -a willen we dus een volledige lijst van zichtbare en onzichtbare bestanden, en we willen van al die bestanden alle eigenschappen zien. Een commando met argumenten

GNU commando's herken je dikwijls aan het feit dat ze ook humanly readable opties hebben, dat zijn namen van opties die voluit geschreven worden in plaats van afgekort. Een voorbeeld is

 

ls --version

wat uitleg geeft over de versie van het ls programma. Noteer dat we hier twee streepjes gebruiken om voor het commando aan te duiden waar de optie begint, terwijl we voor de gewone opties slechts één streepje zetten.

 

Humanly readable Deze term betekent letterlijk “leesbaar voor mensen”, in tegenstelling tot de vaak cryptische, uit slechts één karakter bestaande opties.

In laatste instantie kunnen commando's ook argumenten herkennen. Dit zijn objecten waarop het commando zal inwerken. Bijvoorbeeld: ls /etc geeft een overzicht van de inhoud van de configuratiemap /etc.

Hoe een commando zich kan gedragen wordt uitgelegd in de online help pagina's. Noteer dat we met online in deze context doelen op documentatie die op je computer staat, niet op het Internet. Meer hierover in Hulp.

 

Wat is een Commando?

  1. Wat is een prompt?
  2. Een prompt ben je wel eens eerder tegengekomen, namelijk bij het programmeren in Python. Er zijn veel overeenkomsten, maar ook verschillen. Wat is de grootste overeenkomst en wat is het grootste verschil?
  3. Beschrijf hoe het stukje informatie voor de prompt in elkaar zit. (zie de tekst onder de voorbeeldcode om na te doen met ubuntu@ubuntu:~$)
  4. Waarom is jou prompt anders dan in het boek?
  5. Maak in je logboek een apart hoofdstuk voor commando’s aan. Zet alvast de commando’s ls en pwd erin. Hierin kun je al je aantekeningen kwijt. Zo heb je een geheugensteuntje hoe een bepaald commando heet. Je moet zelf bepalen hoe je dit wilt indelen. Misschien is een alfabetische volgorde handig.
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.