Nieuwgrieks/Syntax/Werkwoord/Soorten ww
< Nieuwgrieks | Syntax | Werkwoord
Ενεργητικά ρήματα (actieve werkwoorden)Bewerken
- Actieve werkwoorden drukken het verrichten van een handeling of het overgaan van de ene toestand in de andere uit. In het Grieks hebben actieve werkwoorden niet noodzakelijkerwijs ook een actieve morfologie.
Soorten actieve werkwoordenBewerken
- Actieve werkwoorden worden onderscheiden in transitieve werkwoorden (μεταβατικά ρήματα) en intransitieve werkwoorden (αμετάβατα ρήματα). Transitieve werkwoorden gaan vergezeld van een object waarop de handeling invloed heeft. In het Grieks is dit niet noodzakelijkerwijs een lijdend voorwerp.
- Zinnen met transitieve werkwoorden met een actieve morfologie kunnen over het algemeen omgezet worden naar een zin met een lijdende vorm. Indien de passieve vorm echter de intransitieve betekenis van het werkwoord verwoordt of de reflexieve betekenis, is dit echter niet het geval.
ενσωματώνω (incorporeren, transitief) | ενσωματώνomai (zich conformeren, reflexief) |
- Dit betekent overigens weer niet dat er geen passief tegenwoordig deelwoord zou kunnen bestaan.
έρχομαι (komen, intransitief) | ερχόμενος (de volgende , tegenwoordig deelwoord) |
transitieve werkwoorden met een lijdend voorwerpBewerken
ο υδραυλικός επισκευάζει τη βρύση | de loodgieter repareert de kraan |
ο Πέτρος μοιάζει του πατέρα | Petros lijkt op zijn vader |
- Het lijdend voorwerp kan ook de vorm aannemen van een lijdendvoorwerpszin.
θα δεις ότι δεν είναι αχάριστη | je zal zien dat zij niet ondankbaar is |
κι εγώ θέλω να τρέξω στο πανηγύρι | ook ik wil me naar het feest haasten |
θα κάνω ό,τι μου πεις | ik zal, al wat je me zegt, doen |
φοβάται μήπως κόψουν το νερό | hij is bang dat ze het water afsluiten |
δεν ξέρω πού βρίσκεται | ik weet niet waar hij is |
ρώτησαν αν ο Πέτρος πήγε στη Αθήνα | zij vroegen of Petros naar Athene ging |
werkwoorden met één of twee objectenBewerken
- In het Nederlands is het tweede object over het algemeen het meewerkend voorwerp.
werkwoorden met één objectBewerken
in de accusativusBewerken
- Dit is over het algemeen het lijdend voorwerp.
in de genitivusBewerken
- Dit is over het algemeen het meewerkend voorwerp.
ο Μιχάλης μοιάζει του πατέρα; Του μοιάζει | lijkt Michalis op zijn vader? Hij lijkt op hem |
μίλησε στον πατέρα σου; Του μίλησε | sprak hij met zijn vader? Hij sprak met hem |
φτάνουν αυτά στον Πέτρο; Του φτάνουν αυτά | is dat genoeg voor Petros? Dat is genoeg voor hem |
μου ξέφυγε μια καλή ευκαιρία. Από μένα ξέφυγε μια καλή ευκαιρία | een goede gelegenheid ontglipte me. Een goede gelegenheid ontglipte mij |
- Nb Een meewerkend voorwerp kan vervangen worden door een voorzetselbepaling (εμπρόθετος προσιορισμός)
δεν του μοιάζει. Ο Παυλάκης δε μοιάζει με τον ξάδελφό του | hij lijkt niet op hem. Paulakis lijkt niet op zijn neef |
μου φτάνουν αυτά. Σ’εμένα φτάνουν αυτά | het is voldoende voor mij. Voor mij is het voldoende |
δείξε της Μαρίας το καινούργιο σου φόρεμα. Δείξε στη Μαρία το καινούργιο σου φόρεμα. | laat Maria je nieuwe jurk zien. Laat aan Maria je nieuwe jurk zien |
του ζήτησα βιβλία. Ζήτησα απ’αυτόν βιβλία | ik vroeg hem boeken. Ik vroeg aan hem boeken. |
werkwoorden met twee objectenBewerken
- Indien een werkwoord vergezeld gaat van twee objecten dan zijn dat over het algemeen het lijdend voorwerp (άμεσο αντικείμενο) en het meewerkend voorwerp (έμμεσο αντικείμενο).
met accusativus en genitivusBewerken
η γιαγιά χάρισε της Μαρίας ένα δαχτυλίδι | oma gaf Maria een ring |
met twee accusatievenBewerken
με ρώτησε κάτι | hij vroeg me iets |
ο Γιάννης διδάσκει τον Πέτρο χορό | Giannis leert Petros dansen (een dans) |
werkwoorden met een object en een naamwoordelijk deel van het gezegdeBewerken
έχουν εκλέξει τον Κώστα πρόεδρο | ze hebben Kostas als voorzitter gekozen |
θεωρεί το γείτονα ενοχλητικό | hij vindt de buurman onhebbelijk |
Η γενική προσωπικήBewerken
Het Grieks onderscheidt nog de ‘persoonlijke genitivus’. In het Nederlands zouden we deze als meewerkend voorwerp benoemen.
μου είναι αδύνατο να το κάνω αυτό | het is me onmogelijk dat te doen |
Μέσα ρήματα ('mediale' werkwoorden)Bewerken
- Deze werking wordt gekenmerkt door het feit dat de actie van het werkwoord direct of indirect wordt uitgevoerd op het onderwerp zelf. De (Nederlandse) wederkerende werkwoorden (αυτοπαθές ρήματα) behoren tot deze soort.
De vorm van de werkwoorden is echter niet noodzakelijkerwijs passief.
ο Πέτρος ντύνεται | Petros kleedt zich (aan) |
ο πατέρας ξυρίζεται στο κουρείο | vader laat zich bij de kapper scheren |
ο Γιώργος έκοψε τα μαλλιά του στο κουρείο | Giorgos laat zijn haar bij de kapper knippen |
οι φίλοι αγαπιούνται | vrienden houden van elkaar |
παίρνω εργάτες και σκάβω το αμπέλι μου | ik neem arbeiders om mijn wijngaard te laten spitten |
ράβω το κουστούμι μου σ’έναν καλό ράφτη | ik laat mijn pak maken door een goede kleermaker |
Mέσα ρήματα met een passieve morfologie kennen geen passieve werking. Daarvoor moet zo nodig, net als bij de deponentia, een omschrijving gebruikt worden.
Παθητικά ρήματα (passieve werkwoorden)Bewerken
- Onder passieve werkwoorden worden zowel de werkwoorden men een actieve morfologie en een passieve werking, als ook de werkwoorden met een passieve morfologie verstaan.
- De werkwoorden met een passieve morfologie en een actieve werking (deponentia), de αποθετικά ρήματα, behoren dus formeel tot de παθητικά ρήματα.
- Onder passieve werkwoorden worden de werkwoorden verstaan die een passieve werking hebben. Dat wil niet zeggen dat zij ook een passieve morfologie hebben.
τα δέντρα καταστράφηκαν από την παγωνιά | de bomen werden verwoest door de vorst |
τα χιόνια έλιωσαν από τη βροχή | de sneeuw smolt door door de regen |
- Om de werking van passieve werkwoorden met een passieve morfologie en een actieve werking passief te maken moet een omschrijving worden gebruikt.
Actieve en passieve syntaxBewerken
Omdat er in het Grieks werkwoorden zijn die een actieve morfologie met een passieve werking combineren, is er geen éen op één overeenstemming met het Nederlands. Zowel in het Grieks als in het Nederlands wordt soms gebruikgemaakt van een voegwoord (από respectievelijk door).
ο ήλιος θερμαίνει τη γη | de zon verwarmt de aarde |
η γη θερμαίνεται από τον ήλιο | de aarde wordt door de zon verwarmd |
η ζέστη λιώνει τα παγάκια | de warmte doet de ijsblokjes smelten |
τα παγάκια έλιωσαν από τη ζέστη | de ijsjes smolten door de warmte |
Omzetting van actieve syntax naar passieve syntaxBewerken
werkwoorden die zowel een actieve als passieve werking kunnen hebbenBewerken
- Dit is de gebruikelijke situatie waarin transitieve werkwooren ook passief gebruikt kunnen worden.
η Μαρία βρήκε το θησαυρό. ο θησαυρός βρέθηκε από τη Μαρία |
Maria vond de schat. de schat werd door Maria gevonden |
ο βοσκός χτύπησε την αγελάδα. η αγελάδα χτυπήθηκε από το βοσκό |
de herder sloeg de koe. de koe werd door de herder geslagen |
werkwoorden met een meewerkend voorwerpBewerken
το σχολείο δεν του έδωσε πτυχίο πτυχίο δεν του δόθηκε από το σχολείο |
de school gaf hem geen einddiploma een einddiploma werd hem door de school niet gegeven |
πτυχίο δεν δόθηκε σ’ αυτόν από το σχολείο | een einddiploma werd aan hem door de school niet gegeven |
werkwoorden met twee objecten in de 4e naamvalBewerken
οι καθηγητές εξετάζουν τους μαθητές μαθηματικά. οι μαθητές εξετάζονται μαθηματικά από τους καθηγητές |
de leraren nemen de leerlingen een examen wiskunde af. de leerlingen worden in de wiskunde geëxamineerd door de leraren |
οι μαθητές εξετάζονται στα μαθηματικά από τους καθηγητές | de leerlingen worden in de wiskunde geëxamineerd door de leraren |
werkwoorden met twee objecten waarvan er één onderdeel is van het naamwoordelijk gezegdeBewerken
η κυβέρνηση διόρισε τον Παύλο νομάρχη. ο Παύλος διορίστηκε από την κυβέρνηση νομάρχης |
de regering benoemde Paulos tot burgemeester. Paulos werd door de regering tot burgemeester benoemd |
η συντροφιά χαρακτήρισε τη Μαρία φλύαρη. η Μαρία χαρακτηρίστηκε φλύαρη από την συντροφιά |
het gezelschap karakteriseerde Maria als babbelziek. Maria werd door het gezelschap als babbelziek gekarakteriseerd |
werkwoorden met een passieve morfologie en een actieve werking (deponentia)Bewerken
- In dit geval kan in het Grieks de passieve werking alleen door een omschrijving vorm gegeven worden.
ο υπουργός δέχτηκε το δήμαρχο. Ο δήμαρχος έγινε δεκτός από τον υπουργό |
de minister ontving de burgemeester. de burgemeester werd door de minister ontvangen |
η μάνα περιποιείται το γιο της. ο γιος δέχεται περιποιήσεις από τη μητέρα του |
de moeder verzorgt haar zoon. de zoon wordt door de moeder verzorgd |
οι ισχυροί συνήθως εκμεταλλεύονται τους αδυνάτους. οι αδύνατοι συνήθως γίνονται αντικείμενο εκμεταλλεύσεως των ισχυρών |
de sterken buiten de zwakken gewoonlijk uit. de zwakken worden gewoonlijk door de sterken uitgebuit |
Ουδέτερα ρήματα ('neutrale' werkwoorden)Bewerken
Het Grieks onderscheidt verder nog werkwoorden met een neutrale werking (ουδέτερη διάθεση).
το παιδί κοιμάται | het kind slaapt |
διψάσαμε το μεσημέρι | ’s middags hadden we dorst |
- Deze laten zich vanuit het Nederlands gezien probleemloos onderbrengen bij de overige categorieën.
Aπρόσωπα ρήματα (onpersoonlijke werkwoorden)Bewerken
- Het gebruik van onpersoonlijke werkwoorden verschilt in het Grieks niet wezenlijk van dat in het Nederlands.
πρέπει να με ακούσεις οπωσδήποτε | je moet hoe dan ook naar me luisteren |
δεν πρόκειται να μιλήσω σε καμιά περίπτωση | ik zal in geen enkel geval spreken |
ξημερώνει και βρέχει | het wordt dag en het regent |
ακούστηκε πως σκοτώθηκαν πολλοί | naar verluidt werden velen gedood |
φαίνεται πως δε θα ξαναγυρίσει | het schijnt dat hij niet zal terugkeren |
καλό είναι να ... | het is goed dat … |
κρίμα είναι να ... | jammer dat … |