Onderwijs in relatie tot P2P/Kwestie 2 - Kennis
Situering
bewerkenKlassieke educatieve praktijken – zo luidt vaak de redenering - stellen alles in het teken van een transfer of verdeling van kennis en vaardigheden. Veelal gaat het dan om een soort ruilverhouding tussen leerkracht/expert (die toegang heeft tot die kennis of vaardigheden) en de leerlingen/onwetenden (die daar nog geen toegang toe hebben). Het leerproces is dan in essentie vaak een ruilproces, en met (hoge) punten of een kwalificatie als beloning (zie ook Michael Apple). Kennis is in die klassieke educatieve praktijken dan ook een schaars goed (en dus duur), en de toegang ertoe is strikt geregeld (talrijke examen- en kwalificatiesystemen). In P2P-praktijken, en P2P-leren in het bijzonder, wordt kennis steeds samen geconstrueerd als een common of gemeen goed. Dit gemeen goed is nooit een afgewerkt ‘product’, maar steeds een ‘artefact’ dat kan gebruikt en aangepast worden, en dat dan terug aangeboden kan worden door en aan in principe iedereen. In die zin is er niet langer sprake van één enkele expert (lees: kennisbezitter of kennisproducent die zijn kennis ruilt of verkoopt), maar van peers die samen bijdragen tot collectieve kennis en deze ook vrij kunnen gebruiken. Het is vanuit zijn of haar concrete bijdrage of productie dat aan die persoon een soort expertise wordt toegeschreven (dus steeds na de feiten, na de bijdrage, na de productie). Die expertise geeft die persoon echter niet het recht of de autoriteit om altijd en overal kennis te claimen en de verspreiding ervan te regelen.
Belangrijk in deze kwestie is dat kennis in de huidige samenleving (en in klassieke educatieve praktijken) een soort hiërarchie in het leven roept die te maken heeft met wie kennis bezit en wie niet. Een mooi (voor)beeld is nog steeds dat van studenten die in een aula zitten en luisteren naar de docent die geacht wordt de kennis over te dragen. De vragen die hierbij gesteld kunnen worden zijn: Wanneer noemen we iemand een expert, leerkracht of docent?, Is het voldoende dat iemand een diploma heeft, of zijn er nog andere zaken bepalend?, Hoe en van waar dat diploma?, Wie reikt dat uit en op basis waarvan?. En er is ook de vraag: Is die hiërarchie op basis van al dan niet over kennis beschikken nog prominent aanwezig en nog steeds bepalend? Ook aangaande het tot stand komen van die zogenaamde gewaardeerde kennis kunnen er vragen worden gesteld: Hoe komt de kennis waarover die leerkrachten en docenten beschikken tot stand?, Gebeurt dit op basis van hogere studies die gevalideerd worden met een diploma?, Ontstaat die kennis op basis van wetenschappelijke onderzoek?, Wie voert het wetenschappelijk onderzoek uit?, heb je daar ook een diploma voor nodig, en wie reikt dat op basis waarvan uit?, etc. Aan deze vragen lijkt geen einde te komen. Meer nog, het lijkt een vicieuze cirkel die moeilijk te doorbreken is. Men kan natuurlijk overwegen om (mede afhankelijk van de wijze waarop kennis wordt opgebouwd) te spreken van verschillende soorten kennis. Zo is er naast wetenschappelijk onderbouwde kennis ook ervaringskennis. Het is natuurlijk zo dat in de moderne (en ook huidige) samenleving de wetenschappelijke kennis meer aanzien of waardering heeft dan de ervaringskennis. De vraag is of deze hiërarchie wel overeind blijft vandaag. Tegenwoordig hecht men bijvoorbeeld bij een sollicitatiegesprek meer en meer belang aan ervaring en andere competenties. Het is wel zo dat enkel beschikken over ervaring niet voldoende is, een diploma lijkt nog steeds van belang. Anderzijds lijkt er binnen P2P, en vooral de kennisintensieve sectoren, wel een tendens om werknemers eerder te selecteren op hun eerdere (bewezen) bijdragen, dan wel op een diploma.
Discussie
bewerken
Verdwijnt het klassieke onderscheid tussen expert en niet-expert in P2P-praktijken, en P2P-leren in het bijzonder? Of gaat P2P er eigenlijk vanuit dat we allemaal experten (moeten) zijn, en verschuift daardoor de problematiek gewoon naar wie het ‘meest’ expert is?
bewerkenBinnen P2P zal het onderscheid tussen expert en niet-expert wellicht niet verdwijnen, maar het onderscheid kan wel in een ander perspectief geplaatst worden. Binnen P2P is er sprake van een hiërarchie op basis van geleverde expertise en concrete taken in plaats van op basis van een diploma en een vastgelegde functie/positie. Er ontstaat binnen P2P bovendien ook een wisselende hiërarchie: binnen de ene community kan iemand al meer expert zijn dan in een andere, en die expertise heeft steeds betrekking op concrete taken en dit alles kan dus heel tijdelijk zijn. Ook kan men vanuit intrinsieke motivatie gaandeweg meer expert worden in één of meer onderwerpen. Hierdoor ontstaan er wellicht expertise-gradaties, en aangezien het steeds om taken gaat (en geen posities/functies die men opneemt/bekleedt) kan men elkaar altijd aanvullen en ook leren van elkaar. Een eenvoudig voorbeeld kan het één en ander duidelijk maken. Een klas krijgt een rondleiding door een gids op het strand waar ze een onbekende vis tegen komen. Eén van de leerlingen herkent de vis omdat zijn vader visser is en kan er uitgebreid over vertellen. De rollen verschuiven hier. De leerling wordt expert en de leerkracht en gids worden leerlingen.
Men kan bovenstaande vraag ook op een andere, meer abstracte manier, benaderen. Binnen het kapitalistisch systeem, waarin de markt en de overheid de draaischijf zijn, ligt schaarste aan de basis van productie. In een post-kapitalistische samenleving, gebaseerd op P2P, is de intrinsieke motivatie en de gerichtheid ‘iets maken dat bijdraagt tot maatschappelijk nut’ de motor van productie. Dit zorgt voor een heel andere dynamiek op het vlak van kennis. Niet de kennisverwerving en kennisruil op zich, maar het samen maken van een product met maatschappelijk nut wordt het doel. De kennis is nodig om tot dit product te komen. Binnen P2P educatie moet men leren daarom ook zien als een proces waarin iets geproduceerd wordt, dit wil zeggen, er wordt iets gemaakt gericht op maatschappelijke nut. In P2P educatie is kennis dan geen schaars goed (dat geruild wordt), maar iets dat in overvloed aanwezig is en vrij kan worden gebruikt. Men gaat er bij P2P(-educatie) dus vanuit dat samen iets gemaakt wordt. Binnen een P2P-context kan wellicht ook het bestaan van strikte, vooraf bepaalde leerresultaten (of producten), in vraag gesteld worden. Dit wil niet zeggen dat P2P(-educatie) doelloos is - er is immers een oriëntatie naar maatschappelijk nut en gemeen goed.
In het kader van P2P is het nodig om specifieke voorbeelden te zoeken, en vragen te stellen. Enkel op die manier zien we de uitdagingen en kritische punten. Een voorbeeld kan zijn: de meeste studenten studeren een 5-tal jaren aan een universiteit. Is het de beste manier om die tijd te spenderen zoals we dat nu doen? Of zijn er ook nog andere mogelijkheden? Kan studeren ook maatschappelijk productief of minstens productiever gemaakt worden? Minder een ruilverhouding en meer een productieverhouding? Hier kunnen dan ook vragen gesteld worden zoals: waarom leren en studeren we eigenlijk?, is dit om een eigen diploma te halen (in ruil voor de inspanningen), of omdat we iets willen creëren dat een maatschappelijk nut heeft?, is er tijd en ruimte voor dit laatste?, willen studenten dit? En wat zegt dit over (soorten van) motivatie en soorten van leren? Iemand die een masterproef maakt omdat die erdoor wil zijn (lees: snelle ruil voor snelle punten), gaat wellicht een heel andere leerproces doormaken dan iemand die een masterproef wil maken omdat hij ervan overtuigd is dat het een maatschappelijk nut heeft (lees: bijdraagt tot gemeen goed). Een heel andere voorbeeld. Bij een schooluitstap: kinderen onthouden meer als ze zelf moeten gaan onderzoeken dan dat de gids alles gewoon vertelt. Misschien kan je zeggen dat dit enkel zo is als dat onderzoeken ook altijd op de één of andere manier een gerichtheid op samen iets maken/te weten komen (en dus gerichtheid op gemeen goed) impliceert.
Door wie en op basis waarvan wordt beslist dat iets geldige kennis is, en indien dat beslist wordt, betekent dit automatisch dat je opnieuw een hiërarchisch onderscheid installeert tussen experts en niet-experts, tussen wetende leerkrachten en onwetende leerlingen?
bewerkenWie zorgt er voor de kwaliteitscontrole wanneer het om expertise en kennis gaat? Deze vraag kan ook als volgt geformuleerd worden: wat is het verschil tussen de kwaliteit van iets dat gecontroleerd wordt door 1 expert dan wel door 25 peers? Is er binnen een P2P-context nog een expert nodig die zijn zege geeft? Kan men niet vertrouwen op de aanhoudend, kritische en veelzijdige blik van de mensen die het samen gemaakt hebben en feedback geven? Hier raakt de kwestie van kennis dus rechtstreeks aan de kwestie van feedback.
De expert heeft traditioneel natuurlijk veel aanzien, maar in P2P is de expert eigenlijk geen vaste positie of functie. In een P2P praktijk zijn er enkel peers, en dus gelijken die elk taken opnemen en daarin verschillende vormen en graden van expertise inzetten. In een dergelijke praktijk, zal de kracht van het aantal spelen. 25 peers (en hun feedback) zorgen voor een levend mechanisme. Belangrijk is wel dat in P2P de kennis een proces blijft; het blijft onaf, iedereen kan gebruiken en terug bijdragen leveren, het is open voor discussie en dus voortdurend aanpasbaar. Wikipedia - en alle wiki's erop - zijn in principe steeds in beweging - en er is dus niet 1 expert die vanuit een vaste positie voor eens en altijd besluit dat een wiki 'af(gerond)' is.
Een vraag die zich dan stelt: is dit kwaliteitsvolle kennis? En dus ook de vraag: wanneer is kennis juist, waar of betrouwbaar? Welke zijn de criteria die men gebruikt om te bepalen of kennis betrouwbaar is? Is kennis geldig als er overeenstemming is tussen de mensen die de kennis samen geconstrueerd hebben? Of is kennis geldig als ze overeenkomt met de werkelijkheid, en dus een expert (en zijn methode en onderzoek) dat zo beslist? Maar is het niet zo dat in dit laatste model de expert ook afhankelijk is van peers? Zijn het niet de wetenschappelijke peers die uiteindelijk beslissen of bijvoorbeeld een onderzoeksartikel mag gepubliceerd worden? Eigenlijk verschilt de werkwijze om kennis het label van geldig te geven in een P2P-context niet veel van de werkwijze die gehanteerd wordt vooraleer wetenschappelijke studies en onderzoeken gepubliceerd kunnen worden. Want ook in deze context wordt iets pas als betrouwbaar aangenomen na een peer-review en kan de publicatie nadien nog bijgestuurd worden als er kritiek op komt. En komt dat niet dicht in de buurt van de uitspraak 'kennis is geldig als ze publiceerbaar en studeerbaar is' (dit is het criterium voor deze wiki)? De achterliggende gedachte is dan wel dat deze kennis altijd voorlopig geldig is, en dus altijd open staat voor aanpassingen, correcties, uitbreidingen, etc.
In dit alles is het belangrijk opnieuw te onderlijnen dat, in een P2P-context, men een bijdrage kan doen als men kennis heeft over een relevant aspect en de bijdrage een meerwaarde heeft voor het geheel. Elke bijdrage wordt natuurlijk gewaardeerd. Men wordt binnen de community wel meer gewaardeerd als men meer bijdragen levert. De waardering gebeurt dus niet op basis van een diploma (of een positie of functie). Het is dus niet een diploma dat leidt tot een soort positie of functie, tot meer macht en meer waardering. Iemand die veel bijdragen geleverd heeft, krijgt wel een hogere positie. Denk bijvoorbeeld aan Wikipedia. Verschillend van een klassiek systeem is natuurlijk wel dat die anoniem blijft. Niemand weet bijvoorbeeld wie aan de top van de hiërarchie van Wikipedia staat. Geldt dan voor P2P ook nog steeds: kennis is macht, macht is kennis?
Externe links
bewerkenVoor kennistheorie zie http://nl.wikipedia.org/wiki/Kennistheorie
Gerelateerde kwesties
bewerkenDe thematiek van kennis raakt aan de bepaling van de doelen van educatie, en dus aan de kwestie ‘Curriculum/doelen'
De problematiek van het bepalen van de kwaliteit van kennis door peers raakt aan de kwestie ‘Feedback’
De thematiek van hiërarchie op basis van kennis, komt ook aan bod in de kwestie ‘Gelijkheid’
De thematiek rond diploma als uitdrukking van expertise/kennis, zie ook de kwestie ‘Kwalificatie’
De vraag naar de rol van kennis in leren raakt ook aan de kwestie ‘Leren/vorming’
De vraag naar de concentratie van kennis (in experten/expertise), raakt aan de kwestie van ‘Macht’