Leer jezelf ecologisch tuinieren/Plantkunde/Zaad: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
imported>BokimBot
k robot Erbij: ur:بیج
Rasbak (overleg | bijdragen)
Regel 14:
 
 
Bij de tweezaadlobbigen ([[dicotyl|dicotylen]]) is meestal het reservevoedsel uit het endosperm overgegaan in de beide zaadlobben (cotylen), maar bij sommige plantensoorten kan het ook nog in het endosperm zitten. Het endosperm is vaak rijk aan zetmeel ([[maïs]]), olie ([[koolzaad]]olie) en eiwitten ([[erwt]], [[boon]]). Het zaad wordt omgeven door een meer of minder dikke zaadhuid en is afkomstig van de beide integumenten uit het [[vruchtbeginsel]]. De zaadhuid bij [[Appel (vrucht)|appel]] is leerachtig, maar bij [[braam (cultuurbraam) |braam]] of [[rode bes]] versteend. Verder heeft het zaad een navel (hilum), waarmee het aan de zaadlijst heeft vastgezeten en een kiemopening (poortje of mikropyle)(op de foto van de pronkboon boven de navel), waardoor het worteltje van het kiempje bij de [[kieming]] naar buiten komt. Aan de andere kant van de navel (op de foto van de pronkboon onder de navel) zit de plaats waar de vaatbundel (chalaza) eindigt.
 
Aan sommige zaden zit een [[zaadmantel]] of zaadrok, een vlezig (fruitachtig) omhulsel of aanhangsel. Het gaat hier om een uitgroeisel van het zaad of de zaadsteel. De wetenschappelijke term is "arillus".
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.