Toetsenbank/Algemene toets rekenen/Antwoorden
Opdracht 1
bewerkenReken uit! Bij sommen waar een vraagteken staat, moet je op het vraagteken het juiste teken invullen.
9 73 891 8 4 61 529 -47 4 72 897 -35 4 40 102 -19 + - - x
Max: 5 pt
Opdracht 2
bewerkenHoeveel dagen hebben de volgende maanden?
31 30 31 31 28 of 29 31 31 30 31 30 30 31
Max: 3 pt
Opdracht 3
bewerken51
Max: 1 pt
Opdracht 4
bewerken3 4 14 100
9 289 10.201 1.002.001
Max: 2 pt
Opdracht 5
bewerken- tien
- honderdenelf
- duizendvierentwintig
- veertigduizendvierenzeventig
- honderdduizend
- een miljoen
- tien miljoen
- honderd miljoen
- een miljard
- tien miljard
- achthonderdtweeëntwintigmiljardnegenhonderdzestienmiljoenachthonderddrieënveertigduizendachthonderdtweeënnegentig.
Max: 3 pt
Opdracht 6
bewerken- één tweede
- twee achtste
- acht negende
- twee zesde
- drie tweehonderdeenenvijftigste
Max: 2 pt
Opdracht 7
bewerken103 minuten of 1 uur en 43 minuten.
Max: 1 pt
Opdracht 8
bewerkenWaar bestaan deze getallen uit?
4942 4 duizendtallen 92.942 9 tienduizendtallen ---- 9 honderdtallen ------ 2 duizendtallen 4 tientallen 9 honderdtallen 2 éénheden 4 tientallen 2 éénheden
Max: 2 pt
Opdracht 9
bewerkenReken deze procentsommen uit!
20 125 393,3 370 273 72,9 149,1 712,8 126 762,3
Max: 2 pt
Cijfernormering
bewerkenptn cfr ptn cfr ptn cfr pt cfr ptn cfr 0 1 5 3,1 10 5,3 15 7,4 20 9,6 1 1,4 6 3,6 11 5,7 16 7,9 21 10 2 1,9 7 4 12 6,1 17 8,3 3 2,3 8 4,4 13 6,6 18 8,7 4 2,7 9 4,9 14 7 19 9,1