Onderwijs in relatie tot P2P/Hyperproductief
Hyperproductief is een nieuw samengesteld woord. Analyseren we het woord hyperproductief, komen we tot een samenstelling van hyper- en productief. Dit laatste betekent ‘veel voortbrengend’ of ‘renderend’. Het van het Grieks afgeleide voorvoegsel hyper-, betekent ‘in sterke mate geldend’ en is een synoniem voor ‘over-‘ (Van Dale Uitgevers, 1961). We kunnen dus afleiden dat hyperproductief aanduidt dat iets abnormaal hoog rendeert.
Hyperproductief en P2P
bewerkenVolgens Bauwens is p2p een hyperproductief systeem omdat de productiewijze van p2p de huidige kapitalistische productiewijze overstijgt. Er zijn drie kenmerken van p2p die maken dat het systeem productiever is dan het kapitalisme:
Het eerste kenmerk is dat p2p een open systeem is in tegenstelling tot het kapitalisme dat een gesloten systeem is. Dat p2p een open systeem is, legt Bauwens uit aan de hand van drie axioma’s:
Het eerste axioma zegt dat Als een systeem, dat steunt op gesloten intellectuele eigendom, dat geen vrije contributies (bijdragen) toelaat, moet concurreren tegen een systeem dat steunt open intellectueel eigendom en vrije bijdragen, dan zal het tweede systeem het ander wegconcurreren (Bauwens & Lieven, 2013). Om deze stelling toe te lichten, is het van belang het onderscheid tussen open en gesloten systemen te begrijpen:
In een gesloten systeem, zoals in het huidig kapitalisme, is de intellectuele eigendom gesloten. De kennis blijft met andere woorden binnen een bedrijf en wordt niet gedeeld met buitenstaanders. In een gesloten systeem is er geen sprake van vrije bijdragen. Mensen worden betaald voor hun werk en worden niet gedreven door passie. Bedrijven streven naar producten die kwalitatief beter zijn dan die van hun concurrenten, maar streven bijgevolg niet naar wat het beste is voor iedereen. Kwaliteit is hier dus relatief (Bauwens, 2009). Denk aan smartphones die gemaakt worden opdat ze beter zijn dan andere modellen, maar die zo gecreëerd worden dat ze slechts enkele jaren meegaan.
P2p is een open systeem omdat kennis en informatie gedeeld worden en participatie voor iedereen mogelijk is. Mensen kunnen vrijwillig bijdragen tot commons en doen dit vanuit hun passie. Men wil bijgevolg streven naar absolute kwaliteit. Een open systeem streeft naar het algemeen belang van de maatschappij, Bauwens noemt dit for-benefit (Bauwens, 2009).
Bauwens zegt met andere woorden in het axioma dat een gesloten systeem, zonder vrije participatie en met oog op eigen winst, verliest van een open systeem dat streeft naar het algemeen belang, for-benefit. Open systemen laten iedereen toe bijdragen te leveren tot commons. Dat maakt dat meer mensen ideeën kunnen introduceren en kennis door iedereen kan worden aangeleverd. Meer kennis en ideeën maakt een constante vernieuwing van materiële en immateriële productie mogelijk. Een productiesysteem waarin innovatie sneller en efficiënter verloopt, is logischerwijs beter dan in een productiesysteem waarin dit innovatieproces veel trager verloopt. De productie is dus hyperproductief. In open systemen wordt gestreefd naar absolute kwaliteit. Dit betekent dat de productie van hogere kwaliteit en dus productiever dan in het kapitlisme waar gestreefd wordt naar relatieve kwaliteit.
Het tweede axioma houdt in dat als twee open systemen met elkaar concurreren, het meer open systeem sterker zal zijn (Bauwens & Lievens, 2013). Met deze wet wil Bauwens aanduiden dat bedrijven die bepaalde elementen van open systemen implementeren, zoals sociale innovatie, crowdsourcing of co-creatie, winnen van bedrijven die dat in mindere mate doen.
Het laatste axioma zegt dat als twee ‘communautaire’ open systemen met elkaar concurreren en één ervan gaat een alliantie aan met een privébedrijf, dan heeft dat hybride systeem meer kans op slagen (Bauwens & Lievens, 2013). Met dit axioma wordt duidelijk dat een open systeem niet duurzaam is op zichzelf. Om te blijven bestaan moet een peerproject aan kapitaal verbonden worden. Er moet ook geld verdiend worden. Niet iedereen blijft vrijwillig aan een project werken, want dan heeft men geen geld om zichzelf te onderhouden. Daarom zou zo’n mogelijke alliantie in een p2p samenleving er als volgt uitzien: Commons moeten ondersteund worden door stichtingen voor organisatorische en financiële steun. Deze for-benefit (batengerichte) verenigingen faciliteren in een p2p samenleving het productieproces, maar controleren het niet. Bovendien zullen er altijd bedrijven blijven bestaan die een marktwaarde creëren, maar gericht op het ondersteunen van de commons. Deze bedrijven maken een commerciële versie van de commons. Met de meerwaarde van hun commerciële activiteiten ondersteunen ze financieel de commoners die de initiële waarde hebben gecreëerd. Hierdoor kunnen zij die bijdragen tot de commons financieel overleven (Lievens, 2012).
Het tweede kenmerk van p2p dat leidt tot hyperproductiviteit is dat p2p een modulair systeem is. Dat wil zeggen dat elk onderdeel van een product in zeer korte tijd kan vervangen worden door een beter onderdeel. Er kan dus sneller een product van hogere kwaliteit geleverd worden. Dat maakt opnieuw dat het proces van innovatie sneller kan verlopen. Een modulair systeem is dus hyperproductief. (Bauwens, 2014)
Een laatste kenmerk is de passie die centraal staat binnen p2p. Een door passie gedreven productie, ziet Bauwens als de belangrijkste voorwaarde voor hyperproductiviteit. Dit is ook de reden waarom het kapitalisme nooit hyperproductief kan zijn in tegenstelling tot p2p. In het kapitalisme worden mensen gedreven door bonussen, promoties en het loon dat ze ontvangen in ruil voor arbeid (Bauwens, 2014). Als mensen daarentegen gedreven zijn, gaan ze streven naar absolute kwaliteit, naar hyperproductiviteit.
Voorbeeld
bewerkenWikispeed is ontstaan door Joe Justice, een softwareontwikkelaar uit Seattle. Hij ontwierp een auto voor een internationale wedstrijd voor autoconstructeurs. De problemen waarmee hij tijdens zijn productie kampte, schreef hij op een blog. Door de respons die hierop kwam door 44 vrijwilligers uit verschillende landen, slaagde het team erin de tiende prijs weg te kapen. Vandaag zijn er al meer dan 100 leden uit 8 verschillende landen die deel uitmaken van het team (Bauwens &Lievens, 2013).
We hebben gezien dat een productie hyperproductief is als het werkt met een open systeem. Wikispeed is hyperproductief omdat het aan de eigenschappen van een open systeem voldoet. Eerst en vooral wordt wikispeed niet gedreven door winst. Wikispeed streeft naar de ontwikkeling van een zo ecologisch en kwaliteitsvol mogelijke auto. Ze streven naar de hoogste kwaliteit. Verder is Wikispeed een modulair systeem, wat maakt dat elk onderdeel aan de auto in een zeer korte tijd vervangen kan worden. Wikispeed is dus gekenmerkt door een proces van voortdurende innovatie. In de huidige auto-industrie is er geen modulair systeem en kan het langer duren wil men aan een bestaand model veranderingen doorvoeren. Aangezien het werk parallel kan verlopen rond de verschillende modules, is de ontwikkeling en productie sneller dan in het oude systeem. Tenslotte is Wikispeed gebaseerd op vrije bijdragen en open intellectuele eigendom. Men maakte gebruik van een blog waarin iedereen zijn ideeën kon posten. Elk teamlid dat zich engageert doet dit vanuit eigen wil, vanuit passie. Aangezien de drie kenmerken van hyperproductiviteit aanwezig zijn, is Wikispeed hyperproductief. (Bauwens &Lievens, 2013).
Hieronder volgen nog enkele concrete voorbeelden van het eerste en het laatste axioma van Bauwens waarin hij uitlegt dat open systemen hyperproductief zijn:
Bewijs voor het eerste axioma van Bauwens vinden we onder andere in de software sector. Een voorbeeld hiervan is het opensourcemodel Linux. Het besturingsysteem van Android is gebaseerd op Linux. Vandaag draaien er meer opensource programma’s op Android dan op Microsoft. Het vrije model van software lijkt dus te winnen voor het ontwikkelen van softwareproducten. Een totaal ander voorbeeld is Wikipedia. Deze vrije encyclopedie verdrong uiteindelijk Britannica, de oudste en meest gewaardeerde Engelstalige Encyclopedie (Bauwens, 2009).
Voor het laatste axioma nemen we als voorbeeld Wikipedia. Om deze common tot stand te brengen, moet er geld zijn voor de ‘servers’ van Wikipedia. Anders zou Wikipedia niet kunnen blijven bestaan. Daarvoor bestaat er de Wikipedia foundation die fondsen voor de servers inzamelt.
Theoretische duiding
bewerkenOm de hyperproductiviteit van p2p te verklaren, gebruikt Bauwens de hierboven uitgelegde wetten. Het woord hyperproductief komt echter ook voor in andere disciplines waar men deels andere uitgangspunten gebruikt. Zo zouden softwareteams op basis van Scrum hun productiviteit kunnen vertienvoudigen. Via de werkmethode 'Scrum' kunnen softwareteams uitgroeien tot de zo genoemde ‘hyperproductieve teams’. Scrum is in de softwarewereld een manier om gestructureerd te werk te gaan, een werkwijze dus. Een groot project wordt opgesplitst in verschillende onderdelen, sprints genoemd, die ongeveer 1 tot 4 weken duren. Zie hier het modulaire aspect van hyperproductief dat ook bij Bauwens' theorie aanwezig is. In het begin van een sprint worden alle taken opgelijst. De taken worden vervolgens op een to-do list geplaatst. Elke dag komt het team samen en ziet welke taken al in ‘progress’ zijn, wat er nog moet gedaan worden en waar mogelijke problemen zitten. Progress is dus de tweede stap. De derde fase is de testfase van de software. De laatste fase noemt men ‘finish’. De taak is voltooid. Op het einde van de sprint moeten alle taken in de kolom ‘finish’ staan (Scrum organisatie, 2014). Dit proces wordt schematisch weergegeven op de afbeelding.
Volgens het systeem van Scrum zijn er vier randvoorwaarden die leiden tot hyperproductiviteit van een softwareteam. Eerst en vooral moet er een ‘product owner’ worden aangesteld. Dit is één persoon die het stuur in handen heeft en verantwoordelijk is voor het succes van het product. Hij is dus verantwoordelijk voor het maximaliseren van de waarde van hetgeen het team oplevert. Hij zorgt ervoor dat de software met de meeste waarde eerst gemaakt wordt (Scrum organisatie, 2014). Er wordt dus ook gestreefd naar absolute kwaliteit, maar binnen een kapitalstisch bedrijf (gesloten systeem). Een tweede randvoorwaarde is het opnemen van werk dat gerealiseerd kan worden binnen de korte termijn van 2 weken. Daardoor is een heldere formulering van de taak nodig. Een derde voorwaarde is het effectief afwerken en testen van de sprint. Zo kan er gemakkelijker worden bijgesteld indien nodig. De laatste randvoorwaarde is dat de sprint moet zorgen voor het beter maken van het team. Er moet geleerd worden. Scrum zegt dat het belangrijk is dat er in teams energie zit en dat de teamleden van elkaar afhankelijk zijn. Omdat iedereen in het systeem van elkaar afhankelijk is om goed te draaien, vergelijkt Scrum zichzelf met een ecosysteem.
De gelijkenissen die we hier zien met de hyperproductiviteit die Bauwens aanhaalt, is dat er gestreefd moet worden naar de Software met de hoogste waarde. Men streeft naar absolute kwaliteit om hyperproductief te worden. Dit is ook bij Bauwens een uitgangspunt om hyperproductiviteit te bereiken. Hier gebeurt dit wel in een gesloten systeem en niet in een open systeem. Verder gebeurt de innovatie snel omdat de werkmethode elke 2 tot 4 weken nieuwe software moet opleveren. Het is in deze hyperproductieve teams gemakkelijk om problemen te detecteren en bij te stellen, net als in het modulair systeem van Bauwens’ p2p-productie. Er zijn dus zeker gelijkenissen wat hun uitgangspunten betreft. Het grote verschil is dat Scrum zijn theorie opstelt vanuit een kapitalistisch perspectief. Het gaat om teams die betaald worden voor wat ze doen in bedrijven met oog op winst. Ook al spreekt Scrum over het belang van energie in het team, passie is volgens scrum niet echt een randvoorwaarde voor hyperproductiviteit. Teamleden worden immers betaald voor hun werk.
Externe links
bewerkenOnder de titel 'How p2p work', wordt in enkele lijnen uitgelegd waarom p2p productiever is dan ons huidig systeem: http://www.redpepper.org.uk/Technological-alternatives/
Meer informatie over hyperproductiviteit en p2p, zie: http://p2pfoundation.net/Place_of_Peer_Production_in_the_Next_Long_Wave#Part_Two:_The_Economics_of_P2P
In dit artikel vind je meer informatie over de werking van scrum en waarom deze werkmethode niet zo evident is: http://www.prowareness.nl/media/High_performing_team/$FILE/high_performing_teams.pdf
Onder de titel ‘Hoe werkt peerproductie die steunt op commons’ vind je meer informatie over de relatie tussen p2p en hyperproductief: http://www.dewereldmorgen.be/blogs/jean-lievens/2012/07/24/peer-peer-productie-en-de-komst-van-de-commons
Meer informatie van wat scrum is: http://www.scrum.nl/site/Wat-is-Scrum-agile-scrum
Referenties
bewerkenBauwens, M. (1 januari 2009) Class and Capital in peer production. Capital and Class, 33, pp. 121-141.
Bauwens, M. (2011). Place of Peer Production in the Next Long Wave: The hyper-productive nature of peer to peer. Retrieved oktober 28, 2014, from http://p2pfoundation.net/Place_of_Peer_Production_in_the_Next_Long_Wave#Part_Two:_The_Economics_of_P2P
Bauwens, M. & Lievens, J. (2013). De wereld redden. Met peer-to-peer naar een postkapitalistische samenleving. Utrecht: Houtekiet.
Bendermacher, C., Kapoor, V. & van Solingen, R. (31 januari 2013). Hyperproductieve Scrum-teams. AutomatiseringGids IT Expert, 4, pp. 26-27.
Lievens, J. (2012). Peer-to-peer productie en de komst van de ‘commons’. Retrieved oktober 29, 2014, from http://www.dewereldmorgen.be/blogs/jean-lievens/2012/07/24/peer-peer-productie-en-de-komst-van-de-commons
Scrum organisatie. (2014). Wat is de Scrum Methode?. Retrieved oktober 29, 2014, from http://www.scrum.nl/site/Wat-is-Scrum-agile-scrum
Sutherland, J., Schoonheim, G., Rustenburg, E. & Rijk, M. (augustus 2008). Fully Distributed Scrum: The Secret Sauce for Hyperproductive Offshored Development Teams. Agile 2008 conference, pp.339-344.
Van Dale Uitgevers. (1961). Van Dale. Hyper-. Den Haag: uitgeverij Nijhoff.
Van Dale Uitgevers. (1961). Van Dale. Productief. Den Haag: uitgerverij Nijhoff.