Belgische jazz/1960 - 1970

In de jaren 1960 zag men de opkomst van free jazz in de Verenigde Staten en de toenemende suprematie van de rockmuziek. De populariteit van de jazz na de gouden dagen van de swing was overal tanende en jazz werd nu overschaduwd door meer dansbare populaire muziek. De meeste mensen hoorden nu niet graag bebop of freejazz, en jazz was nu de marginale muziek van enkele insiders geworden. Niet alleen slonk het publiek voor jazz, maar daar kwam nog eens bij dat jonge jazzmusici - die in voorgaande perioden het initiatief hadden genomen voor vernieuwing - zich nu meer aangetrokken voelden tot pop. Natuurlijk bleven de meeste Belgische muzikanten, ook degenen die zich interesseerden voor free jazz (the New Thing!) bebop, cool jazz en de oudere stijlen spelen. New Orleans was vooral populair in Vlaanderen, en mainstream swing was nog steeds erg in trek.

Belgische jazz

Voor verwante Wikibooks zie Portaal:Jazz

Afgezien van Fred Van Hove (piano), Babs Robert (alt sax), José Bedeur en enkele anderen, namen Belgische jazzmusici niet echt deel aan free jazz, dat meer volgelingen had in Duitsland en de Nederland. Het orkest van de RTB verdween in 1965, maar het werd overgenomen door dat van de BRT, onder leiding van Etienne Verschueren. Door schaarste aan jobs werkten heel wat muzikanten met orkesten in het buitenland. Jacques Pelzer werkte in Italië, en maakte een tournee met Chet Baker; Toots Thielemans werkte in Duitsland en Zweden, schreef zijn hit Bluesette, en keerde daarna terug naar de VS in 1964; René Thomas stelde een nieuw kwartet samen met Jaspar, speelde met Pelzer en Lee Konitz op Europese festivals, en viel nadien -vanaf 1966 - terug in een magere periode.

Het was niet allemaal kommer en kwel in deze periode. Ondanks deze moeilijke tijden voor de jazz, slaagden een paar jonge muzikanten er toch in om op te vallen: Jean-Pierre Gebler (bariton sax), Robert Graham (gitaar), Marc Moulin (piano), John Linsman (trompet), Robert Pernet (drums), Bruno Castellucci (drums) en Snowy Struvay (trompet). En er was nog meer goed nieuws voor jazz: nieuwe clubs werden geopend: de Blue Note en Pol's Jazz Club in Brussel, de Jazz Inn in Luik, en de Jazz Clu Hnita in Heist-Op-den-Berg. Er werden ook grote evenementen, "festivals" georganiseerd. Comblain-la-Tour is het oudste: de eerste editie vond plaats in 1959.

Aan het eind van de jaren 50 waren er drie jonge muzikanten die op de voorgrond kwamen van de Belgische jazz scene. Drummer Felix Simtaine (1938) debuteerde in het kwartet van Robert Jeanne en vergezelde dan een reeks Amerikaanse en Belgische solisten. Richard Rousselet (1940) was de eerste moderne Belgische hardbop trompettist en werd in het buitenland geëerd met diverse onderscheidingen. Gitarist Philip Catherine (1942), nog voor zijn twintigste jaar, vastgelopen in la Rose Noir, speelde op de festivals van Comblain en Oostende en toerde door Europa met Lou Bennett. Na 1965 begon hij ook te componeren.

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.