Gebruiker:KKoolstra/Infrastructuurplanning/Analysemogelijkheden GIS



Analysefuncties in GIS bewerken

Geografische informatiesystemen maken het niet alleen mogelijk op efficiënt ruimtelijke data op te slaan en te visualiseren; het is ook mogelijk om allerlei analyses uit te voeren op basis van de ruimtelijke gegevens. De mogelijkheden zijn in theorie vrijwel onbegrensd, maar worden in de praktijk beperkt door de functionaliteiten van het gebruikte pakket (en licentie) en door de vaardigheden van de GIS-analist.

De volgende typen analysefuncties horen tot het standaardrepertoire van de GIS-analyse:

  • Overlay-analyse
  • Buffer-analyse
  • Netwerk-analyse

Randvoorwaarde om analyses uit te kunnen voeren met een vector-GIS, is dat het GIS is opgebouwd uit informatielagen (ook wel coverages genoemd) met een topologie.

Topologie bewerken

Topologie is een belangrijk kenmerken van geografische informatiesystemen. Het maakt het mogelijk om allerlei soorten analyses te doen, zoals overlay-, buffer- en netwerkanalyse. Bovendien kunnen topologieregels worden gebruikt om inconsistenties in GIS-kaartlagen op te sporen, zoals bijvoorbeeld het niet juist aansluiten van twee aangrenzende gebieden.


Overzicht bewerken

Een aantal GIS-analysefuncties zijn gevisualiseerd in de onderstaande figuur.


 
Enkele van de belangrijkste GIS-bewerkingen. Op basis van ruimtelijke ligging kunnen verschillende analyses en bewerkingen worden uitgevoerd. Links de input, rechts de output met voorbeelden. [1]


Door dergelijke ruimtelijke operatoren, voegen GIS-applicaties een heel bijzonder soort operatoren toe aan de operatoren die bij de meer gebruikelijke en bekendere administratieve (getalsmatige en tekstuele) databases al bekend zijn (zoals: < > = not, nor, and). Administratieve databases zijn heel goed in staat om objecten te selecteren of te combineren met deze zogenaamde Booleaanse en logische operatoren; Selecteer alle gemeentes groter dan 50.000 inwoners (de operator > wordt hier gebruikt). Een GIS voegt hier operatoren aan toe die een ruimtelijke component kennen. Selecteer alle boringen die - op grond van hun ligging (x- en y- coördinaat) vallen in de gemeente. Net zoals dat door een mens direct op een kaart te zien zou kunnen zijn, zo selecteert een GIS deze boringen op grond van hun locatie. Dat gebeurt dus niet op grond van een (lastig te beheren) koppeling in een relationele database. Andere voorbeelden zijn: selecteer boringen binnen een bepaalde afstand, combineer objecten (merge), etc.


Voetnoten:

  1. Bron: T. Nijeholt, Handboek Geo-visualisatie.
← 9. Dimensionering KKoolstra/Infrastructuurplanning 11. Plan- en projectevaluatie →
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.