Wereldliteratuur/Japanse literatuur
De Japanse literatuur, literatuur in de Japanse taal, heeft een geschiedenis van meer dan 1500 jaar. In het begin werd zij sterk beïnvloed door de Chinese literatuur en werd zij ook vaak in klassiek Chinees opgeschreven.
Oude en klassieke literatuur
bewerkenHet schrijfsysteem kanji kwam uit China en was het eerste Japanse schrift. Uiteindelijk evolueerden syllabische karakters uit de Chinese karakters, de voorlopers van de hedendaagse hiragana en katakana. Het vroegste syllabische schrift heet Manyogana. Beroemde werken in het klassiek Chinees en Manyogana uit die tijd zijn onder meer de Kojiki (712), de Nihonshoki (720) en de Manyoshu (759).
De Heian-periode (781 tot 1192) was een bloeitijd voor de Japanse literatuur, met vrouwelijke schrijvers die in hiragana werken schreven zoals het geval was met de 11-eeuwse roman de Genji Monogatari en het uit dezelfde eeuw (ca. 1000) daterende Makura no sōshi (Het hoofdkussenboek), een soort dagboek dat een kritische inkijk biedt in het het hofleven en geschreven is door de hofdame Sei Shōnagon.
Vroegmiddeleeuwse literatuur
bewerkenIn de periode tussen de 12e en de 17e eeuw ontwikkelden zich verschillende nieuwe literaire vormen, zoals renga en noh.
De vele oorlogen tussen rivaliserende kleine prinsen leidden tot een bloei van de oorlogsliteratuur. Een voorbeeld is het 14e-eeuwse werk Heike monogatari, over de gevechten tussen de prinselijke huizen Minamoto en Taira.
Literatuur uit de Edo-periode
bewerkenTijdens het isolationisme van de Edo-periode bloeide de volkscultuur vooral onder de stedelijke bevolking van Edo. Nieuwe theatervormen als kabuki behoren tot die trend, evenals geïllustreerde verhalen. Katsushika Hokusai maakte onder meer tekeningen voor geïllustreerde boeken. Yomihon is een ander populair genre dat opkwam tijdens de Edo-periode. Het is een soort historisch drama, geïnspireerd op soortgelijke Chinese verhalen. De bekendste auteur in het genre is waarschijnlijk Ueda Akinari. In Edo bloeiden eveneens verhalen over misdaad en pornografie.
Moderne literatuur
bewerkenNa de Meiji-restauratie in 1868 werd Japan in de moderniteit geworpen. Veel schrijvers zijn vervolgens geïnspireerd door de strijd van die tijd tussen traditie en modernisme, maar de vroege Meiji-schrijvers wijdden zich aan alles, van verlichtingsliteratuur (Fukuzawa Yukichi) tot sociaal realisme (Futabatei Shimei) en romantiek (Mori Ōgai). De mannelijke auteurs domineren gedurende deze periode; Ichiyō Higuchi is een van de bekende uitzonderingen.
In de jaren zeventig van de negentiende eeuw begonnen er vertalingen van Europese literatuur te verschijnen, wat invloed had op auteurs van een meer westers georiënteerde literatuur. Ukigumo (1887-1889) van Futabatei Shimei wordt beschouwd als de eerste moderne Japanse roman. Ook de poëzie werd vernieuwd door westerse invloeden.
De dominante stroming na de eeuwwisseling was een vorm van naturalisme die een Japanse kleur kreeg. Een van de meest prominente romanschrijvers van die tijd, Natsume Sōseki, die echter aan de zijlijn van deze stroming stond, schreef de klassieker Jag er katt (1905) en het zeer populaire Botchan (1906).
In 1910 verschenen verschillende prominente schrijvers zoals Nagai Kafū, Tanizaki Junichirō en Akutagawa Ryunosuke. Het "Ik-verhaal", Watakushi Shōsetsu, groeide onder invloed van Shiga Naoya als een nieuw genre. Het zijn dubbelbodemse, vaak romantische verhalen geschreven vanuit een eerste persoonsperspectief. De Japanse ik-roman kenmerkt zich door het feit dat de ervaringen van de auteur en de zo realistisch mogelijke weergave ervan dienen als bronmateriaal voor de fictieve gebeurtenissen.
In de jaren twintig ontstond de arbeidsliteratuur, met politiek bewuste schrijvers als Yuriko Miyamoto. Een meer lyrische school werd onder meer gevormd door Yasunari Kawabata, die later in 1968 de Nobelprijs voor Literatuur ontving.
Naoorlogse literatuur
bewerkenIn de periode na de Pacifische Oorlog was de Japanse literatuur doordrongen van de geleden verliezen. Osamu Dazai schreef over terugkerende soldaten en Nobuo Kojima over de Amerikaanse bezetting. Mishima Yukio begon zijn carrière als schrijver na het einde van de oorlog. Kōbō Abe, die werd beïnvloed door het westerse surrealisme en absurdisme, was een andere zeer bekende schrijver uit deze periode.
In de jaren zeventig en tachtig bleven veel schrijvers zich bezighouden met onderwerpen als schuldgevoel en moraliteit. Nobelprijswinnaar Kenzaburo Oe is een van de beroemdste auteurs onder hen.
In de 21e eeuw is Haruki Murakami, met zijn originele romans met elementen van magisch realisme en surrealisme, de bekendste Japanse auteur met ook in de westerse wereld een groot lezerspubliek.
De afgelopen jaren is Japanse manga in het grootste deel van de westerse wereld enorm populair geworden.